240
DE VOORZITTER:
Mevrouw Van Mourik, Partij van de Arbeid.
MEVROUW VAN MOURIK:
Dank u, voorzitter.
Mijn voorgangers konden niet duidelijker zijn. Ook de Partij van de Arbeid zal niet instemmen met
het voorstel voor het invoeren van parkeergeld bij de Galderse Meren. Het is al gezegd, 7,—
ongeacht de duur van het bezoek, is voor ons gevoel verkapt entreegeld. En daar kunnen wij
gewoon niet mee akkoord gaan. U maakt hiermee de Galderse Meren onbereikbaar voor mensen
met een kleine portemonnee die niet de mogelijkheid hebben om naar het strand of naar het
buitenland te gaan. U maakt van de Galderse Meren een melkkoe en dat is wat ons betreft
onacceptabel. Voorzitter, dit college wil geen toeristenbelasting heffen en gooit in de stad de
parkeermeters dicht en het gaat wel 7,-- vragen bij een laagdrempelige voorziening. Dat is
inconsequent beleid. Volgens de Partij van de Arbeid kleedt het college hiermee een groot deel van
de bezoekers verder uit dan eigenlijk hun bedoeling was. Dank u.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Mijnheer Ügerler.
DE HEER ÜgERLER:
Voorzitter, misschien een korte reactie op de tegenstanders. Het is inderdaad een uitvoering van
de motie die door de meerderheid is aangenomen en het is ook een pilot. De uitvoering hoe dat
verlopen is, komt dus later in de commissie of in de raad terug.
Ik heb een verzoek aan de wethouder, aan het college, die ik ook in de commissie naar voren heb
gebracht en dat is parkeren voor invaliden, of daar ook in voorzien kan worden.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Mijnheer Ernst, VVD.
DE HEER ERNST:
Voorzitter, de raad heeft inderdaad in meerderheid bij de takendiscussie de motie van Trots op
Nederland aangenomen om de exploitatie van de Galderse Meren kostendekkend te maken.
Mevrouw Van Mourik: kostendekkend. Door het heffen van parkeergelden voor auto's wordt dan
ook meteen het probleem van verkeersdrukte en overlast aangepakt. En we zijn, - anders dan u
denkt mevrouw Van Mourik -, voor parkeerheffing wanneer het gaat om het verdelen van de
schaarste. We zouden ook liever gezien hebben dat er een verschil zou hebben gezeten in de
tarieven voor korte en lange bezoeken. Maar de antwoorden van het college dat hiermee de
invoering wel een stuk ingewikkelder zou worden, zijn voor ons afdoende om met het voorstel
akkoord te gaan.
Nog even over het amendement van de heer Stubenitsky. Vooralsnog gaan we daar niet mee
akkoord. Niet alleen omdat dit emancipatorisch nogal rammelt, want er gaan niet alleen heel veel
moeders, maar ook heel veel vaders met hun kinderen een verfrissende duik nemen.
DE HEER STUBENITSKY:
Een interruptie, voorzitter.
DE HEER ERNST:
Maar we zijn ook bang dat de business case niet meer sluitend zal zijn. We wachten even de
wethouder af wat hij daar van vindt.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Stubenitsky.
DE HEER STUBENITSKY:
Ik wil de heer Ernst er even op wijzen dat er volgende week een wedstrijd flauwe opmerkingen
maken is. Misschien kan hij meedoen.
DE HEER ERNST:
En dan mag ik met u zeker om de wedstrijdbokaal strijden?
DE HEER STUBENITSKY: