256
Het is overigens terecht zo dat de re-integratiemiddelen omlaag gaan. Dat gaat over de hele linie
omlaag. Maar het oorspronkelijke plan, wat de inzet was van de onderhandelingen met de VNG,
was een stuk beroerder dan wat er nu ligt. Er is in de onderhandelingen 400 miljoen aan
herstructureringsmiddelen beschikbaar gekomen om overgang naar het nieuwe regime mogelijk te
maken en dat is voor Breda ook een paar miljoen euro die de komende jaren beschikbaar kunnen
komen.
Er zijn ook afspraken gemaakt, - en niet alle afspraken zijn duidelijk, dat meldt u ook terecht -,
over hoe men bepaalde doelgroepen, als het gaat om subsidiëren van niet rendabele arbeid en hoe
daarmee omgegaan moet worden. Er zijn afspraken gemaakt die af te leiden zijn uit het akkoord
en die gaan over op welke manier het inkomensdeel van wat wij in uitkeringen verstrekken, hoe
dat berekend wordt. En dat zijn positieve zaken, dingen die bijdragen, die in onze begroting, in
onze doelstellingen helpen. En dan is de afweging eigenlijk heel simpel. Niet of je het wel of niet
eens bent met wat er voorligt, niet of we het wel of niet eens zijn dat we eigenlijk liever meer
middelen zouden hebben, ik ondersteun dat van harte, maar de vraag is hoe realistisch het is om
te veronderstellen dat als we die 400 miljoen weg gooien of verwerpen, als we die andere
maatregelen verwerpen, als we ook de invoeringstermijn, onderdeel van het
onderhandelingsresultaat welke met een jaar is opgeschoven, verwerpen, wat we daarvoor terug
krijgen. Mijn taxatie is, - en ik heb net als u waarschijnlijk, ook de lijnen naar Den Haag liggen -,
mijn taxatie is dat het dan niet beter wordt. Mijn taxatie is dat we een risico nemen door te
zeggen: we vinden dit onderhandelingsresultaat niet goed genoeg. En daar is best iets voor te
zeggen. Maar de vraag is: gaat het alternatief ons meer euro's opleveren als Breda? En dan denk ik
even aan de andere kant van dit vraagstuk. In hoeverre is Breda een gemeente die zwaar getroffen
gaat worden door datgene wat nu voorligt? En dan denk ik, en dan zie ik gewoon hoe wij het in
Breda doen en dat is niet mijn verdienste, dat is de verdienste van de stad, en ook van voorgaande
bestuurders, die doelbewust geïnvesteerd hebben in een sterk SW bedrijf wat, als je naar de
doelstellingen van het Kabinet kijkt, over waar ze naar toe willen, met interne en externe
tewerkstelling, ze willen van 90.000 mensen die beschut werken bij wijze van spreken naar 30.000
toe. Als je dan naar de Bredase getallen kijkt, naar de 1000 mensen die in de Sociale
Werkvoorziening zitten, tweederde zit al gewoon buiten de deur. Van een derde wat beschut werk
doet, zit een derde ook bij bedrijven gedetacheerd op beschutte werkplekken ter plaatse,
bedrijven in de hele regio. Daarmee voldoen wij al in belangrijke mate aan de uitgangspunten die
de nieuwe wet formuleert. Het is niet genoeg. Maar ik heb vertrouwen in ons BSW bedrijf, ik heb
ook vertrouwen in ons zelf dat wij de financiële uitdaging ook met de nieuwe kaders, kunnen
vervolmaken, dat wij daar invulling aan kunnen geven. Waarom denk ik dat? Omdat we namelijk
natuurlijk deze kaders al enige tijd kennen, omdat wij weten wat de zwakke en sterke kanten van
onze Sociale Werkvoorziening zijn. Wij dragen als gemeente in tegenstelling tot, ik weet het niet
precis maar zeg even meer dan 90% van alle sociale werkplaatsen in Nederland, geen euro bij uit
de gemeentekas aan de sociale werkplaats, aan de sociale voorzieningen, of de sociale
werkvoorzieningen. Niet een euro. In het plan en de scenario's die nu voorliggen op basis van deze
uitgangspunten gaat dat ook in de toekomst niet gebeuren. We hebben weliswaar een uitdaging
met reserve want we hebben die reserve in belangrijke mate nog overeind gehouden. Die staat nog
bij dat BSW bedrijf. Daar zal voor een deel uit geïnvesteerd moeten worden om deze uitdaging te
vervolmaken maar ik heb de overtuiging dat we dat voor eikaar kunnen krijgen. Dus ik heb de
overtuiging dat Breda, in tegenstelling overigens en dat geef ik u ook gelijk mee, in tegenstelling
tot andere steden en andere sociale werkplaatsen, daar goed gepositioneerd is. Dat hebben we
gewoon goed voor elkaar. Dus dat risico voor Breda is zeer overzichtelijk. Als u dat nou combineert
met wat we weg gooien aan additionele middelen die hier in het bestuursakkoord voor liggen, geeft
dat mij de conclusie dat we deze motie in deze vorm niet zouden moeten aannemen. Omdat we het
signaal af kunnen geven dat wij dit wel voor elkaar kunnen krijgen. En dat wij
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, mag ik nu wel
DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER:
De heer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voelt u zich nou gehouden aan het regeerakkoord in Den Haag of bent u nu gewoon voor de
mensen in Breda aan het praten en bent u nou als wethouder van Breda het onderste uit de kan
aan het halen voor de stad?
WETHOUDER MEEUWIS:
Ja, dat laatste.
