199 gewoon toezegt dat hij alles nog een keer bekijkt en ook dat meeneemt naar de commissie, is het wat mij betreft genoeg. DE VOORZITTER: De essentie is dus of er wel of niet ook nog belanghebbende groeperingen geconsulteerd worden in de opmaat naar de commissie. Het woord is aan de wethouder. WETHOUDER MEEUWIS: Voorzitter, volgens mij is de discussie die in de horeca ontstaan is, ingegeven door dezelfde vraag als die hier door de commissie is voorgelegd. Dus in die zin is het overleg met de horeca over de regeling als zodanig naar mijn beleving goed gevoerd. Ik wil graag toetsen of getoetst hebben dat de mogelijke ongewenste neveneffecten van de versoepeling van de met name horeca I categorie, of dat geen uitstraling heeft die wij of die de raad als niet wenselijk acht. En daar is een nader overleg met belanghebbenden naar mijn beleving niet voor nodig. Daar zijn voldoende de argumenten mee gewisseld. Het is mij ook bijgebleven uit de inspraak en de opmerkingen vanuit de horeca, dat die zich vooral ook op mogelijke ongewenste juridische effecten van deze verbreding of van mogelijkheden toespitst. Dus ik zie geen aanleiding om dat overleg opnieuw op te starten. MEVROUW GIEBELS: Ik zou graag de motie dan willen handhaven. Want wij denken daar anders over. Maar ik hoop op steun. DE VOORZITTER: Goed. Dan wordt deze motie nu in stemming gebracht en is nu aan de orde. Besluit het voorstel..., DE HEER ERNST: Voorzitter, moeten we daar geen meerderheid voor hebben? DE VOORZITTER: Wat zegt u? Eerst in stemming brengen of men vindt dat de motie in stemming gebracht mag worden? Natuurlijk. Dan breng ik eerst de motie. Besluit het voorstel van het college voor aanpassing van de horeca categorie niet in stemming te brengen tijdens de raadsvergadering van 31 mei 2011 maar in plaats daarvan het college opdracht te geven een proces van overleg te starten om overeenstemming te bereiken met relevante horeca- en detailhandel belangenorganisaties in Breda over de vernieuwde horecacategorieën. Het college opdracht te geven de raad na het zomerreces, doch uiterlijk in december, een aangepast voorstel voor te leggen waar de belangenorganisaties mee instemmen. Alvorens de motie in stemming te brengen, vraag ik of u wilt dat deze motie nu in stemming gebracht wordt. MEVROUW VAN BEEK: Voorzitter..., DE VOORZITTER: Stemverklaring mevrouw Van Beek. MEVROUW VAN BEEK: Het is misschien een beetje vroeg omdat we nog maar 5 minuten zijn begonnen maar ik zou eigenlijk heel kort even schorsing willen aanvragen. DE VOORZITTER: Dat kan. Daar gaat u over. Dus akkoord? DE HEER AKINCI: Voorzitter, even procedureel, want het gaat nu heel snel. Ofwel er is een agendaverzoek om het punt van de agenda af te halen. Daar stemmen we over. Ofwel we halen het punt van de agenda en dan wordt het niet behandeld en dan is de motie ook vreemd aan de orde van de dag. Ofwel behandelen we het punt wel, al dan niet in een termijn ter bespreking en dan kan de motie ingediend worden. Dat is volgens mij de correcte procedure. De inhoud laat ik graag aan mijn collega over.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 7