200
DE VOORZITTER:
De procedure is dat de motie gerelateerd is aan het vraagstuk en daar deel van uit maakt. Dus er
wordt gevraagd, en dan vind ik het redelijk dat u daar een oordeel over geeft, dat is een afweging.
U heeft daar een andere interpretatie. Ik denk dat op basis van mijn voorbereiding dat het zo kan
en zo mag. Maar het is aan uw raad om te zeggen of u de motie al dan niet in stemming brengt. En
dan kunt u ook nog vanuit die benadering uw keuze daarin maken. Er is dus gevraagd om een
schorsing. Het is 16.15 uur. Ik schors tot 16.25 uur.
SCHORSING.
DE VOORZITTER:
De beraadslagingen worden heropend. De wethouder wil kort naar aanleiding van het gewisselde
vanuit uw kant, het woord. Het woord is aan wethouder Meeuwis.
WETHOUDER MEEUWIS:
Dank u, voorzitter. Ik zal inderdaad pogen het kort te houden. Ik heb even overleg gehad met
diverse raadsleden. De motie als zodanig met de opdracht die daar staat, daarvan heb ik
aangegeven dat ik, - en dat herhaal ik hier -, dat ik dat op die manier niet zou willen insteken. Ik
wil wel graag de toezegging doen dat ik met de diverse organisaties, retail, de Koninklijke Horeca
Nederland en ook met de natte horeca, het overleg aan zal gaan, ook met hen zeg maar de casus
en de juridische indicaties zal bespreken. Ik zal daarvan ook terugkoppeling aan u geven bij de
behandeling bij de volgende commissie waarin dit, wat mij betreft, geagendeerd gaat worden. En
dan zal het uiteindelijk aan de raad zijn om te beslissen hoe zij het uiteindelijk hebben wil.
DE VOORZITTER:
Mevrouw Giebels.
MEVROUW GIEBELS:
Wij dienen hem niet in maar wij rekenen op een constructief overleg.
DE VOORZITTER:
Andere leden nog?
WETHOUDER MEEUWIS:
U kent mij.
DE VOORZITTER:
Dan is dit...,
DE HEER SZABLEWSKI:
We willen de motie alsnog indienen.
DE VOORZITTER:
Ik zou zeggen: het kan snel verkeren.
U ziet: 5 minuten geleden regende het en nu schijnt de zon.
Ik ga verder. De raad begint vandaag op een...,
De heer Ernst nog.
DE HEER ERNST:
Voorzitter, ik neem aan dat we nog steeds bij het vaststellen van de agenda zijn.
Ik heb eigenlijk even 2 punten van orde.
In het jaaroverzicht, er zijn ook twee vergaderingen gepland die om 16.00 uur beginnen, de
Voorjaarsnota en de Begroting. Deze vergadering is eigenlijk pas 2 weken geleden vervroegd naar
16.00 uur. En voor sommigen, zoals u het ziet, is het op korte termijn ook niet mogelijk om de
persoonlijke agenda zo te wijzigen om hier te kunnen zijn. Het is ook al in het
fractievoorzittersoverleg aan de orde geweest. Wij stellen voor om de stemmingen pas aan het
einde van de vergadering plaats te laten vinden.
En ik heb nog een ander puntje van orde. Punt 3, 4 en 5 gaan over de Stationslaan en de OV-
terminal. Die hebben zo'n samenhang dat ik zou willen voorstellen om die samen te behandelen.
De stemmingen kunnen uiteraard per punt plaats vinden.
DE VOORZITTER:
Het laatste was al mijn voorstel. Ik denk dat het verstandig is.
