288
Maakt deel uit van de beraadslagingen.
Het woord is aan mijnheer Aartsen, VVD.
DE HEER AARTSEN:
Dank u wel, voorzitter.
Voorzitter, het zal niemand in deze zaal verbazen dat de VVD tevreden is over dit stuk wat voor
ons ligt, Meedoen@Breda. Eindelijk ligt er een beleid wat zorg, welzijn, participatie en werk niet ais
aparte beschutte stukjes ziet maar juist samen met elkaar verbindt. Er ligt een beleid wat mensen
niet langer als zielig bestempelt, als kansarm bestempelt. Maar er ligt een beleid wat tegen
mensen zegt dat ze te waardevol zijn om aan de kant te blijven staan.
Voorzitter, we gaan in deze stad niet meer naar de mensen toe om te vertellen wat hun problemen
zijn en wat ze allemaal niet kunnen. De VVD gaat de stad in om mensen te vertellen wat ze wel
kunnen en waar hun kansen liggen. In Meedoen worden keuzes gemaakt om mensen vooruit te
helpen en om mensen stappen te laten zetten op de zogeheten participatieladder. Het kan zijn dat
ze van werkeloosheid naar een baan gaan, maar er zijn ook andere stappen. Zoals het niet meer
thuis zitten maar vrijwilligerswerk doen, erop uit gaan. Of gehandicapten die volwaardig mee doen
op school, vereniging of zelfs werk.
Voorzitter, de WD vindt het goed dat werkgevers nu een stukje compensatie krijgen wanneer zij
iemand met een beperking in dienst nemen. Hierdoor krijgen deze mensen een echte kans om
volwaardig mee te doen in deze samenleving, kansen die deze mensen verdienen.
Ook het eigen leerwerkbedrijf vindt de VVD een goed idee. Nou zijn we niet de grootste fan als het
gaat om overheidsinstellingen optuigen en daarom moeten we er ook voor waken dat het niet meer
verzandt in een logge bureaucratische molen. Kan het college dan ook toezeggen dat er voldoende
wordt samengewerkt met marktpartijen zodat deze mensen ook kunnen doorstromen naar
volwaardige echte banen?
Wanneer we het dan toch over die marktpartijen hebben, - ik heb het tijdens de commissie ook al
eerder gezegd -, vindt de VVD dat het college meer zou moeten samenwerken met het
bedrijfsleven. Betrek de bedrijven bij dit beleid. Zij hebben namelijk een economisch belang bij
deze projecten. Zorgverzekeraars die door middel van ouderenprojecten stimuleren dat ze vitaler
blijven. Of een ondernemer die zijn werknemers stimuleert om te sporten. Of die bekende
snoepjesfabrikant uit Breda met die leuke beertjes, die kinderen op Bredase scholen leert wat
gezond voedsel is. Allemaal belangrijke zaken die kunnen helpen en beter zijn voor onze stad,
voorzitter.
Ook is de VVD blij met de financiële keuzes die worden gemaakt. Er wordt duidelijk gekozen wat
belangrijk genoeg is om geld te krijgen vanuit de overheid. Dat betekent niet dat zaken die nu
geen geld meer krijgen vanuit de overheid, per definitie slecht of onzinnig zijn, voorzitter. Ze
krijgen alleen geen geld meer omdat ze niet aansluiten bij de doelen vanuit de gemeente.
Er wordt invulling gegeven aan het ondersteunen van vrijwilligers en mantelzorgers waar tijdens de
bijeenkomst met de partners in de stad zo'n enorme vraag naar was.
In deze tijden van forse bezuinigingen voorzitter, - maar liefst 30 miljoen euro -, kunnen
vrijwilligers in Breda rekenen op 800.000,—. Daarvoor complimenten aan het college.
Voorzitter, ik zal afronden. Meedoen@Breda biedt mensen in de stad de kans om iets van hun
leven te maken en dat spreekt de VVD aan. De kans om een baan te krijgen ondanks je handicap.
En de kans om volwaardig mee te doen en mee te draaien in de samenleving. Kansen die deze
mensen verdienen, volgens de VVD.
Dank u, voorzitter.
DE VOORZITTER:
U ook zeer bedankt.
Mevrouw Koger.
Neemt GroenLinks wel het woord?
DE HEER SCHELTENS:
Ik denk dat ze even een sanitaire stop aan het doen is.
DE VOORZITTER:
Dan graag...,
DE HEER SCHELTENS:
Dat overleggen wij niet hoor, bij ons.
DE VOORZITTER:
Ja, dat is ook meedoen.