308
komt. Onze verwachting op dit moment is niet dat er een substantiële aanpassing voor de
behoefteraming komt voor Breda. Maar ik heb wel toegezegd natuurlijk moet je als er nieuwe
cijfers zijn, actualiseren en dus ook kijken van datgene wat we nu in de scenario's hebben staan
past dat dan of past dat dan niet. En ik heb ook aangegeven dat we dat uiteraard met u delen.
Voorzitter, misschien toch nog een opmerking vanuit de reactie van D66, mevrouw De Bie, want
vergeet niet dat datgene wat nu in de scenario's beschreven is, dat dat onderbouwd is vanuit een
heleboel criteria waarin onder andere de financiële positie van de gemeente natuurlijk een van die
criteria is. Dus ik heb ook in de commissie al aangegeven, als je alles op een rij zet en je kijkt naar
waar zijn dan nog draaiknoppen en mogelijkheden om dingen bij te sturen, dan zijn die niet zo
verschrikkelijk groot.. Als ik kijk naar de stedelijke programmering, hoeveel programma hebben
we, wat is de behoefte aan bedrijventerreinen, de positie van het grondbedrijf, de financiële
kerngegevens die aan de orde zijn in de Voorjaarsnota van de gemeente, kortom reken u enerzijds
niet rijk in de verwachting dat u een heleboel dingen kunt aanpassen. Hetzelfde geldt, zorg voor
een reëel beeld en verwachtingsmanagement naar de bewoners in Bavel voor datgene wat er nu
vanuit deze scenario 's en het oplopen van de nota van uitgangspunten uiteindelijk het resultaat
zal zijn. En hetzelfde geldt dus voor de uitkomsten van de IDOP. Heel belangrijk dat dat met elkaar
oploopt. Ik heb ook in de commissie aangegeven dat het college het ook echt belangrijk vindt om
de knelpunten die er zeker aan de orde zijn de komende tijd, want hebben we uiteindelijk met het
rondmaken van Wolfslaar hebben we dat ook kunnen constateren, belangrijk dat we dat goed
inzichtelijk hebben zodat je voor de langere termijn kunt kijken wat dan nodig is om te realiseren.
Maar wees ook reëel ten aanzien van het financieel perspectief en de gelden die daarvoor nodig
zijn. En het zal volop creativiteit vragen om daar tot een goede implementatie te komen.
Ik denk voorzitter, dat ik dan de meeste punten wel gehad heb.
De heer Lips deed nog een pleidooivoor een groter aantal woningen. U weet hoe dat op het
ogenblik de discussie is met de provincie en u weet ook dat deze 100 woningen nog niet in de
groene lijst zitten. Dat is al een uitdaging om op te pakken. Maar goed, dat komt in het tweede half
jaar in het debat met de raad nog volop terug.
Dank u wel.
MEVROUW HEERKENS:
Voorzitter, mag ik kort vragen de wethouder nog in te gaan op wat u zo helder zei in de commissie.
Maar het is wel echt cruciaal denk ik voor Bavel en voor de nota van uitgangspunten dat het niet
voorstelbaar is, ook niet voor het college, dat er alleen maar bedrijventerrein wordt toegevoegd.
WETHOUDER ARBOUW:
Ja, nee, terecht dat u nog even daar, dat had ik al opgeschreven, dat ik dat nog even zou
moeten....
Ik heb die woorden gebruikt, dat het wat mij betreft niet voorstelbaar is dat alleen maar
bedrijventerrein ontwikkeld is, ontwikkeld wordt, en ik kan het zelfs nog wel harder zetten, dat zou
ook geen ontwikkeling zijn die in balans is zoals u ook in alle stukken heeft aangegeven, is ons
oogmerk voor de ontwikkeling in Bavel dat uiteindelijk het dorp in balans uiteindelijk terug komt.
2e termijn.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Behoefte aan aanvullende punten voor een tweede termijn?
Mevrouw De Bie.
MEVROUW DE BIE:
Heel kort. Het antwoord van de wethouder is inderdaad vergelijkbaar met wat deze week in de
commissie is gezegd, wij krijgen ook andere signalen als het gaat over de behoefte. Dus wij gaan
echt heel graag met u die discussie aan of die inderdaad nog zo groot is. En natuurlijk snappen wij
ook dat er heel veel parabelen zitten in zeg maar in de scenario's en we kennen natuurlijk ook de
financiële situatie van de gemeente. Het zal toch echter niet zo zijn dat Bavel eigenlijk nog meer
dan datgene wat ze willen aan voorzieningen dat zij dat helemaal zelf zullen moeten opbrengen,
met de verkoop van de gronden rondom de bedrijventerreinen. Er is natuurlijk toch ook een hele
stad waar we hier mee mogen rekenen. Dus daar gaan wij wel van uit.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer.
Dan stel ik voor dat we over gaan tot de stemmingen.
Wenst iemand hoofdelijke stemming?