378
Want de constatering dat daar op korte termijn middelen nodig zijn, daar kunnen wij ook niet blind
voor zijn.
En tot slot voorzitter, de toeristenbelasting.
Bij de takendiscussie stemden wij...,
MEVROUW HAAGH:
Voorzitter, ik vind het toch te interessant wat u nu zegt. Die 10 miljoen die bestaat even niet meer
sinds de uitspraak van de wethouder, wat mij betreft. Maar als we die preprioriteit toch samen
kunnen stellen, vind ik hem ook wel weer interessant. Dus wat mij betreft, schorsen we nog even
hierover. Want ik wil hier toch wel even over doorpraten.
DE HEER AKINCI:
Dat mag.
MEVROUW HAAGH:
Het is te belangrijk, het onderwijsveld, om het zo maar nu even te laten schieten, als u het ook zo
belangrijk vindt.
DE HEER AKINCI:
Het is ook volgens mij te belangrijk om dat even in een schorsing van 10 minuten dicht te
timmeren met een voorstel wat straks misschien toch niet daadwerkelijk de revenuen oplevert die
nodig zij voor de investeringen. Dan wacht ik inderdaad liever de agenda op dat punt af. Er zijn
nog inventarisaties en dergelijke...,
MEVROUW HAAGH:
Maar dan trekt u zich terug voor die preprioriteit. Kijk het is nu wel de avond dat we deze
Voorjaarsnota vast gaan leggen en het kan zo maar zijn dat die 10 miljoen niet meer bestaat als
we hem nu zo laten passeren zoals hij nu wordt ingediend. Dus we zullen dan toch nu actie moeten
ondernemen en als u het niet vanavond wilt met onze dekking, dan heb ik daar alle begrip voor
maar ik wil de avond dan niet zomaar voorbij laten gaan. Daar is het me even iets te zwaar voor.
DE HEER DE BEER:
Voorzitter, mag ik...,
DE VOORZITTER:
Mijnheer De Beer.
DE HEER DE BEER:
Dit wordt nu toch wel een beetje bijzonder. Wat we hebben het over de Voorjaarsnota waar wij
uitspraken doen voor de begrotingsbehandeling en dan pas heeft dat een materieel effect. Dus het
hele nu of nooit en het hele spannende schorsen dat heeft dus helemaal geen effect op dit
moment. Laten we nu het onderwijsveld dat vertrouwen geven, dat stel ik dan maar als vraag aan
de heer Akinci, bent u dat niet me eens dat dat nog een extra argument is om op dit moment even
te zeggen, laten we dat in kaart laten brengen. Laten we dan de werkelijke behoefte in kaart laten
brengen, laten we het onderwijsveld vertrouwen geven, niet op de zaken vooruit lopen en in 10
minuten tijd 4 miljoen euro eens op de plank neer leggen.
DE HEER AKINCI:
Laat ik het zo zeggen, en dan rond ik hem wat mij betreft ook in een of twee zinnen af, dat ik er
van uitga dat mevrouw Haagh mijn woorden ook serieus neemt en serieus weegt dat als wij
zeggen dat daar een grote prioriteit ligt, niet de ultieme preprioriteit boven alle andere prioriteiten
ever, maar dat is dan de enige slag om de arm die ik daar bij houd, maar dat het een van de
belangrijkste opgaven is die in de toekomst toch op de een of andere manier opgelost moet
worden. Maar dan hoop ik ook dat mevrouw Haagh die woorden van mij heel serieus neemt.
MEVROUW HAAGH:
Voorzitter, ja hij stelt een vraag en ik heb geen termijn meer, dus ja, ik neem die woorden zeker
serieus. Ik schrik tegelijkertijd ook van de woorden van de heer De Beer die nu eigenlijk zegt van
ja het zijn vanavond maar de kaders en met de begroting komt het pas echt. Volgens mij zijn de
kaders zeer strikt die wij meegeven en geef je daarmee aan het college een hele heldere opdracht
en je mag echt niet zomaar in die cijfers gaan lopen rommelen. Dus het is wel degelijk vanavond
het moment om die kaders uit te zetten. En ik vind het ook prima dat we er 35 miljoen van maken,
dan weten we zeker dat we die ruimte houden. Dat vind ik ook een goed idee. Maar als je nu 40
miljoen meegeeft aan het college, dan heeft het college ook de vrijheid om die verder daar