411 De heer De Beer rondt af. DE HEER DE BEER: Dat had ik eigenlijk al gedaan, voorzitter. DE HEER VAN DEN BERG: Voorzitter, mag ik een vraag stellen? DE VOORZITTER: De heer Van den Berg. DE HEER VAN DEN BERG: Over de motie die u ondertekend heeft. Als nou niet voor iedereen de vraag achter de vraag achter de vraag achter de vraag meteen zo duidelijk is, zou u dan bereid zijn om het tijdspad in het dictum aan te passen? DE HEER DE BEER: Ja, maar ook ik heb een beetje moeite met de harde datum die er in staat. Want ook dat is gewoon maatwerk. Ze hebben minimaal een opzegtermijn van 6 maanden maar soms kan het ook zijn dat het wat langer duurt. En soms kan het ook zijn dat ze nu al zeggen: de exploitatie liep al niet zo denderend, laten we anders maar heel snel beginnen met onderbrengen van alternatieve locaties. En dan blijft er in zo'n geval ook weinig over. Dus ook daar is gewoon maatwerk. Dus die harde grens van 1 juli 2012 lijkt me niet passend bij al die verschillende accommodaties die we hebben. DE HEER VAN DEN BERG: Maar ik had het eigenlijk eerder over die grens van 1 februari 2012 uit uw eigen motie. DE HEER DE BEER: 2011 is dat hoor. Als er 2011 staat..., O, 1 februari 2012. DE HEER VAN DEN BERG: Ja. DE HEER DE BEER: Nou, dat moet lukken. Dat moet lukken. Ja. DE HEER VAN DEN BERG: Dat verlengen bedoelt u? DE HEER DE BEER: Ja kijk, het is heel makkelijk om in deze raadszaal te vragen om garanties en verlengen en tijdspad. Kijk, we moeten natuurlijk wel iets; het moet wel in beweging blijven. En er zijn al heel veel voorbeelden van organisaties die al geherhuisvest zijn en eigenlijk best wel blij zijn met die nieuwe locatie. En er zijn ook al voorbeelden en mevrouw Van Beek noemde die ook al, Dobbelsteen, Zilverberk, die juist al heel erg voor lopen op dat pad. En ik denk dat dit haalbaar zou moeten zijn. DE VOORZITTER: Dank u wel. Het woord is aan de GroenLinks fractie, de heer Akinci. DE HEER AKINCI: We hebben het hier al zo lang over gehad in de commissie. Ik wil het dus niet al te uitgebreid over doen. Het is een moeilijke beslissing; dat is door sommigen al gezegd. Maar het is volgens mij ook een noodzakelijke beslissing omdat we, - en ik zegt dan toch maar even: dank zij de bezuinigingen -, eindelijk eens een keer genoodzaakt zijn om te kijken naar wat er eigenlijk allemaal is in de stad en of het op een aantal punten niet wat te veel was. En de buurthuizen is zo'n dossier. En ik zal het maar heel eerlijk zeggen: ik denk dat je inderdaad achteraf bekeken zou kunnen zeggen dat Breda vrij ruim in het aantal buurthuizen zat. Dus in die zin is deze besparingsoperatie ook een operatie geweest waarbij de ogen even open gingen. Dat laat onverlet dat het natuurlijk een lastig dossier blijft omdat uiteindelijk bij een heleboel mensen in buurten en wijken het gevoel in ieder geval nu

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 19