414
getracht gaat worden om groepen in de Driesprong juist met elkaar in verbinding te brengen. En
dat lijkt me een heel nobel streven, juist vanuit wijkontwikkeling. En ik wil graag nog even van de
wethouder horen hoe hij dat voor zich ziet. Die verbinding die hij wil leggen tussen groepen in een
wijk, lijkt mij juist een zeer nobel streven.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, tot slot een opmerking.
Afspraak is afspraak en er zijn 2 partijen bij betrokken. En als de Molukse gemeenschap niet
betrokken wordt bij eenzijdig wijzigen van zo'n afspraak, denk ik dat u hier wel een enorme plank
mis slaat. Dus ik hoop dat de wethouder hier anders op reageert dan u. Ik hoop dat de wethouder
dan wel tegen ons zegt: ik ga met de Molukse gemeenschap praten over wijziging van die
afspraak. Dan doen we wel een beetje recht aan het historische perspectief waarin die afspraken
zijn gemaakt, lijkt me.
DE HEER AKINCI:
Ja, maar we gaan met alle groepen praten volgens mij. Dat is in eerste instantie al gebeurd met
een mededeling van de besluitvorming in de nota. En dat gaat nu gebeuren door met iedereen in
gesprek te gaan over mogelijke perspectieven in de toekomst en dat maatwerk wat ik net al
genoemd heb. Bestuurlijk ga je met elkaar in gesprek. Ook dat is weer een vanzelfsprekendheid
die volgens mij niet in een motie afgedwongen hoeft te worden, tenzij de wethouder straks
expliciet gaat zeggen: nee, ik weiger het om maatwerk te verlenen. Maar ik geloof niet dat de
wethouder dat van plan is.
Voorzitter, afrondend. Ik denk dat het onderwerp nog wel een keer terug komt. Ik weet niet of dat
in de vorm van een bespreeknotitie moet zijn maar ik wil wel nog even vragen aan de wethouder
om ergens gedurende de eerste helft van 2011, - en we hebben dat in de commissie ook al
gevraagd -, eens even een stand van zaken op te stellen en de commissie daarvan op de hoogte te
stellen, van hoe staan we nou in dit dossier, 4 of 6 maanden na de jaarwisseling. Dat is toen wel
toegezegd inderdaad, maar ik wil het graag hier in de raad nog eens expliciet horen.
Dank u wel, voorzitter.
DE VOORZITTER:
Dank U zeer.
Het woord is aan mijnheer Van Lunteren, SP.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ik zie dat mijnheer Meeuwis geniet van het boek. Dat doet me deugd.
Voorzitter, de SP heeft de afgelopen maanden versteld gestaan van dit dossier. Dat zal u niet
ontgaan zijn. Het kenmerkt zich door opportunisme, onwetendheid en zeer slechte voorbereiding
en uitvoering. Zelfs een motie van wantrouwen mocht niet baten om enige verbetering te brengen.
Meerdere partijen, zowel 17 insprekende partijen, oppositie, coalitie, ze hebben allemaal hun
verbazing uitgesproken over het proces. Óm met de woorden van de heer Aartsen van de VVD te
spreken: de onderste steen moet boven. Want voorzitter, ik vraag de wethouder nogmaals: hoe
kan dit, hoe is het mogelijk dat zo'n proces zo verlopen is? Ik hoor allemaal mensen die tevreden
zijn over het proces, dat partijen wel op tijd zijn benaderd, dat ze allemaal wel van tevoren wisten
dat er een mokerslag aan zou komen. Ik denk persoonlijk dat ze dan echt wel gebukt zouden
hebben.
Ik heb toch een motie om toch te vragen om dat interne proces eens te bekijken van hoe kan dat
nou zo gebeurd zijn. Want hier moeten we toch lessen uit leren. Het gaat wel om mensen uit de
stad en niet alleen maar om kille begrotingscijfers. U wilt hem eerst voorlezen?
DE VOORZITTER:
Ja. Motie luidt: verzoekt het college bij de toegezegde evaluatie in maart 2012 naast de resultaten
en effecten in de stad ook nadrukkelijk het interne proces van besluitvorming en uitvoering in de
motie te betrekken en de raad daarover te informeren. Wordt ondersteund door de fractie Partij
van de Arbeid, Breda'97, SP.
Maakt deel uit van de beraadslagingen.
Gaat u verder.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ja, dank u wel.
Vervolgens voorzitter, zeker nu achteraf ook nog eens blijkt dat er 6,5 ton te halen blijkt bij die
buurthuizen, dan vinden wij dat wel een hele schrale opbrengst voor de maatschappelijke schade
die het oplevert. Dat staat in geen verhouding. Wij zouden dus eigenlijk ook liever alle buurthuizen
open gehad hebben. Dat was eigenlijk wat wij voor ogen hadden: we houden ze allemaal open.