418 uitmaak, hebben we nadrukkelijk met elkaar gesproken over hoe kunnen scholen die functie die wij van hen vragen, ook als wijkschool invullen. Daar waar dat mogelijk is, doen zij dat ook. En we zien daar echt goede voorbeelden van. Datzelfde geldt voor de zorginstellingen waar wethouder Bergkamp nadrukkelijk mee bezig is. Dus daar waar we dat bestuurlijke duwtje kunnen geven als dat ambtelijk niet voldoende is, dan doen we dat met elkaar want uiteindelijk gaat het er natuurlijk om, - en dat zei de heer De Jong heel nadrukkelijk ook, en dat is ook onze ambitie, dat het niet gaat om een vermindering van activiteiten maar dat dit er op gericht is om de activiteiten op een goede manier in de stad te spreiden omdat we natuurlijk ook, laten we wel zijn, dit gaat niet alleen maar om een vastgoedbezuiniging maar dit gaat ook om het beheer waarop we vanuit Meedoen bezuinigen, maar ook het aantal subsidies wat voor de huur terugbrengen. En dat alles maakt dat we met elkaar tot een nieuw gezond evenwicht en balans in de stad moeten komen. Ik heb een aantal keren, daar gaat motie 1 ook over, de vergelijking met Tilburg gehoord. Daar hebben wij ons natuurlijk ook laten informeren. In zoverre is de situatie te vergelijken met Breda dat we daar waar we het over die 5 buurthuizen in Tilburg hebben die onder het beheer stonden van de Tilburgse equivalent van Surplus. Met Surplus hebben wij met de huizen waar Surplus het beheer voert, ook nadrukkelijke afspraken gemaakt waarin zij ook zulke lijsten maken met gebruikers en kijken op welke manier we samen tot goede matches kunnen komen. Als ik dan toch even op motie 1 in wil gaan, uw vraag naar alternatieven. Dat hebben wij naar onze mening goed uit de doeken gedaan. Daar waar onze gebiedsmanagers actief zijn en al die clubs ook kennen want ze zijn vaak al heel lang actief als ambtenaar in die wijk, daar ook de gesprekken voeren en zorgen dat mensen elders terecht kunnen. Ik heb ook het voorbeeld van het Erasmusplein genoemd. Daar waar we dan nog even een extra telefoontje nodig hebben, plegen we dat ook als gemeente. En als ik dan toch nog even op motie 1 verder ga. U gaat uit van de verantwoording die alleen op onze schouders rust en wij gaan uit van een gezamenlijke verantwoordelijkheid, zoals we die ook zien in de stad. Dus in die zin hebben we met elkaar nog even de tijd. We hebben ook gezegd: we respecteren die termijnen die er ook staan rondom huurcontracten. Dat geeft ons met elkaar even lucht om te kijken of juiste oplossingen te bedenken zijn. Dus een verlenging van die termijn lijkt ons op dit moment niet nodig maar in die schrijnende gevallen kunnen we daar met elkaar verder over praten maar dat is dan wel dat maatwerk wat zich bijvoorbeeld in maart 2012 zou moeten uitwijzen. DE HEER HARDORFF: Voorzitter, mag ik een vraag stellen aan de wethouder? Wat bedoelt zij met schrijnende gevallen? Wanneer is daar sprake van? Als organisaties nog geen andere plek hebben kunnen vinden, is dat al schrijnend? WETHOUDER BOELEMA: We gaan er natuurlijk over, wat is de weging, wat heb je er zelf aan gedaan. We kunnen nooit iemand garanderen dat we op dezelfde donderdagmiddag weer ergens anders diezelfde activiteit kunnen laten plaats vinden. Kijk, maatwerk vraagt van iedereen inschikkelijkheid en daar zullen we naar kijken. Maar het gaat er ook om hoe waarderen wij het initiatief wat daar genomen wordt, hoe past dat in onze visies. Want daar is natuurlijk nadrukkelijk bij dat kader waarbij we tot deze weging zijn gekomen vanuit gegaan, en dan moeten we daar met elkaar naar kijken. Maar nogmaals, ik ga er van uit dat we die gevallen eigenlijk niet tegen komen. En daar waar we die wel tegen komen, dat binnen een halfjaar hebben opgelost met elkaar. Daar gaan we voor en we hebben dat ook in beeld. Daarnaast staat het ons ook niet altijd toe dat wij dingen afdwingen. Want een van de dingen vanuit het verleden die we wel in stand houden, is nadrukkelijk het werken met vrijwillige besturen. Dat betekent ook dat wij niet alle zeggenschap hebben over die locaties. Daar kiezen we bewust voor omdat we zeggen: die besturen zijn geworteld in die wijk, die weten wat er leeft en speelt en dat goede principe houden we in stand. Maar dat betekent ook dat we met elkaar moeten wheelen en dealen, wat is er mogelijk. En daar kunnen wij in die zin ook geen bestuursdwang zomaar even op uitoefenen. Dus dat is een onderdeel van dialoog. En dat gaat lukken want ik zie heel veel beweging bij besturen die zeggen: het geeft ons ook kansen als we wel open blijven om ook onze exploitatie op een goede manier te gaan draaien. Dan de financiële taakstelling. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter..., DE VOORZITTER: De heer Van Lunteren:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 26