433 toch van onze kant uit als gebaar naar de stad willen: u heeft gelijk, we hebben misschien hier en daar wel wat steken laten vallen, dat gaan we onderzoeken en daar trekken we lering uit. Dat lijkt mij een faire deal naar de stad MEVROUW KOGER: Maar schrikken is niet fouten maken. Dat hoeft niet het gevolg te zijn van fouten maken. Schrikken is het gevolg van een ernstige boodschap. DE HEER VAN LUNTEREN: Nou ja, kijk, het is maar net hoe je die boodschap brengt. Als u zegt: we moeten 36 buurthuizen gaan sluiten of we hebben 36 buurthuizen, we willen er 18 van sluiten en we gaan gezamenlijk met u kijken hoe we dat het beste kunnen doen, waar de klappen moeten vallen, dan is dat een andere manier van praten dan dat je na 5 maanden intern proces in het gemeentehuis, in een keer een brief op de deur krijgt en een half gesprek: nou we gaan sluiten. DE VOORZITTER: Ik stel voor dat u verder gaat mijnheer Van Lunteren. DE HEER VAN LUNTEREN: En precies dat stukje zou ik graag onderzoeken. Ik ben eigenlijk wel klaar. Ik vind het een slecht plan dat de buurthuizen gesloten worden en daar blijf ik bij. En alle moties zijn ter verbetering. Dank u wel. MEVROUW VAN BEEK: Ja ik vond, we hebben zo prettig samen gewerkt aan het plan van als er goede initiatieven zijn dan hoeft het beëindigen van een wijkfunctie niet sluiting te betekenen en dan beëindigt u toch weer mijnheer Van Lunteren, met: ik vind het jammer dat we het allemaal gaan sluiten. En dat vind ik een verkeerd beeld opwekken op basis van de motie die we hebben gemaakt. DE HEER VAN LUNTEREN: Ik zeg: het blijft een slecht plan wat voorligt. En wij hebben nu moties ter verbetering ingediend. Dat plan, daar zullen wij tegen stemmen want het blijft een slecht plan. Maar alle moties ter verbetering kunnen onze steun van harte krijgen. Ik ben ook heel blij met die goede samenwerking die uiteindelijk is ontstaan. DE HEER AKINCI: Ik wil toch voorzitter, als u mij toestaat, ook nog een laatste vraag stellen. Ik heb net goed naar de heer Hardorff geluisterd en die heeft een aantal kritiekpunten maar zegt ook tegelijkertijd: ook wij zien dat het open houden van alles niet nodig en..., DE VOORZITTER: Korte vraag, mijnheer Akinci. DE HEER AKINCI: U gaat alleen maar uit van de huidige situatie. Heel arbitrair, het zijn er nu toevallig 38, als het er 36 zouden zijn geweest, zou u er nu 36 open gehouden hebben. Als u nu Breda zelf op de tekentafel zou hebben liggen, hoeveel buurthuizen zou u dan geopend hebben? DE VOORZITTER: Korte reactie, mijnheer Van Lunteren. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, dit is een herhaling van zetten van de commissievergadering. Moeten we dit serieus aan het einde van het hele proces nog een keer doorakkeren? DE HEER AKINCI: Ik ben wel benieuwd wat uw eindstadium is. DE HEER VAN LUNTEREN: Ik zou zeggen; leest u mijn boeken maar. DE VOORZITTER: Ik stel voor dat dit gewisseld is.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 41