478
DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER:
MEVROUW VAN DER SANDEN:
DE HEER DE JONG:
Dank u voorzitter.
Even een hele korte reactie. De wethouder zei 365 dagen is het eigenlijk de dag van de vrijwilliger.
Dat klopt wel maar ik vind toch een expliciete uitdrukking van waardering op één specifieke dag,
dat blijf ik toch wel steunen en van belang vinden en daarom hebben wij de motie mede
ondertekend.
DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
Nog iemand van uw raad?
Nee.
Dan geef ik het woord aan wethouder Bergkamp.
WETHOUDER BERGKAMP:
Voorzitter, het zou toch zonde zijn dat daar waar we zo breed met elkaar laat ik zeggen het belang
van het ondersteunen van vrijwilligerswerk delen, dat we dat op zo'n relatief naar mijn idee klein
punt, datje dat met moties moet invullen. Dus ik wil met alle plezier namens het college zeggen
dat wij 7 december als dag van de vrijwilliger extra aandacht zullen geven aan die vrijwilliger. En ik
neem aan dat daarmee de noodzaak en de behoefte vanuit de indieners van de moties ook vervalt.
Wat dan spreek je ook samen iets af. Dus als dat zo is, dan gaan wij 7 december gewoon extra
aandacht geven aan die vrijwilligers. We kijken nog even hoe we dat doen, naast het feit dat we
dat op heel veel andere manieren ook zullen doen op de momenten die zich aandienen. En u zult
als raadsleden daar natuurlijk ook uw bijdrage aan leveren door op veel van die evenementen
aanwezig te zijn en die waardering ook daar uit te spreken.
Mevrouw Van der Sanden, interruptie.
Bedankt. En in dat geval trekken we de motie in.
WETHOUDER BERGKAMP:
Wat betreft die quickscan, en in relatie tot die norm rondom de salarissen, blijf ik even herhalen
dat ik het toch wel heel erg jammer vind als langs die lijn, los even van de principiële discussie die
je daarover kunt en moet voeren, - die houd ik nu even weg -, los van het feit, dat zult u
begrijpen, dat ik daar wel een expliciete mening over heb, maar dat doet er nu even niet toe. In
relatie tot dit onderwerp zou het gewoon zonde zijn. Neem nu een voorbeeld van Thebe, een hele
grote club die heel veel met vrijwilligers werkt, heel veel, niet een 10-tal maar een paar honderd
vrijwilligers. Nou ja, de kans is dus heel groot dat je zo'n organisatie gaat missen als je zo'n norm
heel expliciet zou opleggen. Ik zou dat gewoon heel erg jammer vinden. Dus nogmaals, als u die
discussie ten principale wilt voeren, dan voert u die in de raad op het moment dat u denkt dat het
moet. Maar koppel hem niet aan deze nota omdat dat een ongewenst neveneffect heeft wat ik zelf
heel erg jammer zou vinden. Dat is wat ik er op toe te lichten heb.
DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
Dan stel ik voor om over te gaan...,
DE HEER ÜgERLER:
Voorzitter...,
DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER:
Wie wil nog?
Mijnheer Ügerler.
Is het nog een interruptie op de wethouder?
DE HEER ÜCERLER:
Een vraag eigenlijk of ik goed heb begrepen voorzitter, bij deze termijn. Ik heb de motie ingediend.
Ik heb uit de woorden van de wethouder begrepen dat hij bereid is om onderzoek te doen. Als het
zo is, dan is de motie volgens mij overbodig.
WETHOUDER BERGKAMP:
Voorzitter, als u me er niet aan houdt dat ik me beperk tot de skybox, want dan kunnen we maar 3
vrijwilligers per keer uitnodigen want u weet inmiddels dat we onze aanwezigheid daar iets hebben
