452 DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER: Dank u wel. Mevrouw Bijlsma. MEVROUW BIJLSMA: Ja voorzitter, wat de Partij van de Arbeid betreft, draait de discussie nog om een ding: vertrouwen. De wethouder heeft ons eerder gevraagd om vertrouwen te hebben in zijn goede bedoelingen voor de wijk Brabantpark, ook wat betreft het sociale actieprogramma. Een motie om een sociaal actieprogramma parallel op te laten lopen met het bestemmingsplan, heeft het helaas niet gehaald. Er werd wel aangegeven dat het de wens was om hier zo snel mogelijk mee te beginnen maar het was ook duidelijk dat de prioriteiten elders lagen. In de commissie werd meerdere malen gerefereerd aan het op handen zijnde document of bijvoorbeeld de Brede School, het is hier vanavond al eerder genoemd, en dit moet wel meer duidelijkheid scheppen. We hopen dat de wethouder Onderwijs daar ook iets meer duidelijkheid over kan scheppen want wederom werd hier gevraagd om vertrouwen. Nu ben ik in de basis niet echt een wantrouwend persoontje. Maar ik ben ook opgevoed met de tegeltjeswijsheid van mijn vader: vertrouwen krijg je niet maar moetje verdienen. En over het algemeen heeft mijn vader best af en toe zinnige dingen te zeggen. Mijn vraag aan de wethouder is dan ook: hoe kunt u ons en de wijkraad het vertrouwen geven dat Brabantpark voldoende aandacht krijgt? Kunt u ons vertellen wat er naast het integreren van de sociale paragraaf in het bestemmingsplan, gedaan is in de praktijk met thema's betreffende de leefbaarheid? Vertrouwen wordt immers sneller gewonnen met daden dan met mooie woorden. Wat heeft de wethouder dus de afgelopen maanden gedaan om te werken aan de thema's die zo belangrijk zijn voor deze wijk? Leefbaarheid, segregatie, onderwijs, de winkelstructuur en andere onderwerpen. Kortom, welke stappen zijn hier gezet om de leefbaarheid in deze wijk te verbeteren los van de elementen die, - overigens naar veel tevredenheid -, zijn verwerkt in het bestemmingsplan? En dan nog een puntje wat betreft het bestemmingsplan. Eerder op deze avond is ook al de wijzigingsbevoegdheid voor het voetlicht gekomen. Daarbij wil ik even gebruik maken van een citaat van wethouder Arbouw in de commissie van november 2010. Er moet drastisch gestuurd worden op inzet van ambtenaren en er moet dus flexibiliteit ingebouwd worden bij het maken van een nieuw bestemmingsplan. Bij te voorziene ontwikkelingen dienen dus wijzigingsbevoegdheden opgenomen te worden waardoor niet elke keer separaat procedures gevolgd moeten worden. Op korte termijn zal er meer duidelijkheid zijn over te maken keuzes en dan zijn ook snelle wijzigingen na het vaststellen van het bestemmingsplan Brabantpark te voorkomen. Einde citaat. Volgens mij een heel helder verhaal. Op korte termijn zou er meer duidelijkheid komen. Maar wat is er dus sinds november gebeurd? Want duidelijke keuzes zijn dus blijkbaar uitgebleven. Voorzitter, ik kijk met vertrouwen uit naar de antwoorden van de wethouders. DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER: Dank u wel. Mijnheer Van Lunteren. DE HEER VAN LUNTEREN: Dank u wel, voorzitter. Mijn voorgangster, mevrouw Bijlsma, heeft haarfijn eigenlijk de pijnlijke plekken wel bloot gelegd. Ik wil alleen nog even benadrukken dat de SP wel vindt dat het ooit is begonnen om de integraliteit van alle bestemmingsplannen in Brabantpark eens bij de kop te pakken en te kijken wat nou de samenhang der dingen is. Daar is een prachtige structuurvisie op gekomen. En nou wordt er toch een bestemmingsplan consoliderend van aard aangenomen en dreigt er toch weer dat we met allerlei projectbesluitjes die integraliteit weer over het hoofd gaan zien straks. En dan krijg je straks allemaal projectbesluitjes die weer zelfstandig staan. Wij hopen toch echt wel dat die integraliteit die nodig is voor Brabantpark voor de verkeersontsluiting, sociale paragraaf, noem het allemaal maar op, het onderwijs, de AHOED, dat dat wel in een klap bekeken wordt, dat dat niet een los staand geheel wordt. Ik hoop dat we de wethouder op zijn blauwe ogen kunnen geloven, maar ik denk dat we dat per projectbesluit of per bestemmingsplan toch weer met hem moeten bespreken. Dus ik hoor graag hoe hij daar tegenaan kijkt. DE WAARNEMEND RAADSVOORZITTER: Dank u wel. Nog iemand van uw raad? Nee. Dan geef ik het..., Pardon, mijnheer Adank. DE HEER ADANK:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 6