461 zeggen: daar moetje nu op voorsorteren. Zo meteen zijn alle investeringsmiddelen op en kunnen we er niks meer van maken. DE VOORZITTER: Anderen nog? Mijnheer Dijkhoff. DE HEER DIJKHOFF: Voorzitter, dank u wel. Mevrouw Haagh had een nieuwe strategie door mij niet te laten interrumperen maar wel in de bijdrage heel vaak naar mij te kijken. Dat beantwoord ik natuurlijk graag. Ik heb met heel veel belangstelling het stuk van de Partij van de Arbeid gelezen. Daar is erg veel werk in gestoken en het is een gepassioneerd betoog. Ik was zelf na pagina 1 al tevreden omdat daar in ieder geval in stond: de PvdA zal niet ontkennen dat er 30 miljoen bezuinigd moet worden. Ik merkte alleen wel toen ik het hele stuk had gelezen, dat er vooral ook heel veel signalering in zit van problemen en dat als we dan naar de oplossingen gaan,- en dat is ook heel logisch -, dat dat vooral ook in de wensensfeer zit. Omdat er natuurlijk niet een plan bij zit waarbij alles of heel veel teruggedraaid kan worden omdat die situatie nou eenmaal is zoals die is. Dus ik zal ook niet gaan emmeren over geen alternatieven of zo maar ik iaat het bij de constatering dat u ook niet alles zou kunnen veranderen wat u wel signaleert en ook deels aanwrijft. Concrete vraag is wel of de motie over de onderwijshuisvesting, daar zie ik dat er 10,5 miljoen investering komt met een dekking van 1,05 miljoen. Begrijp ik dan goed dat u daarmee, het dure woord is kapitaliseren, maar in principe gaat lenen? MEVROUW HAAGH: Nee dat begrijpt u niet goed. Het is een financiële constructie die heel gangbaar is in Breda. Als je structureel 10 jaar iets weg bezuinigd, dan sla je dat om naar een investeringsbedrag. In dit geval 1 miljoen structureel bezuinigen is 10 miljoen investeren. Misschien moet u uw buurman aankijken want die kent de constructies prima. Maar ik vind het wel interessant dat u een vraag stelt die niet over de rest van uw betoog gaat dat u toch even hield. Want het mooie is van die signaalfunctie die in ons stuk zit, dat we inderdaad zeggen: je moet daar nu nog niet op voorsorteren. Je moet goed onderzoeken nu wat de effecten zijn van de stapeling. Je moet je ogen daarvoor willen openen. Want daar kun je dan gericht iets mee doen. En ik neem dat uw partij daar net zo over denkt, dat u het ook niet wilt dat hier mensen kopje onder gaan door een ongewenste stapeling die er nu op mensen af komt. En dat is wat wij ook vandaag nu van u vragen zodat we volgend jaar daar echt over verder kunnen praten. DE VOORZITTER: Laatste vraag of opmerking. De tijd is gepasseerd. DE HEER DIJKHOFF: Ja voorzitter, het is fijn dat we een verhaal terug krijgen. Ja die constructie was me bekend en daarom benoemde ik die ook want dat is dus het woord kapitaliseren. Maar dan constateer ik toch, want het is niet 10 jaar 1 op 1, daar gaan toch wel extra kosten aan. Dus wij kunnen die motie dan niet steunen omdat u dan toch weer het financiële beleid voert waarvan we net gedacht hadden afscheid te hebben genomen, door nu al vast dingen in te boeken die niet in investeringen gaan maar wel in uitgaven. DE VOORZITTER: Goed. MEVROUW HAAGH: Misschien moet u dan als reactie ook eens goed naar uw eigen bezuinigingstaakstelling kijken en daar de 5 miljoen die u daar zelf in wilt kapitaliseren. Want daar zit precies dezelfde methode achter. DE VOORZITTER: Ik ga naar een afronding. Er is een motie stapeling ingediend en die luidt: Verzoekt het college van B W om de stapeling van landelijke en lokale maatregelen die van invloed zijn op de inkomens- en koopkrachtpositie van Bredanaars door middel van een stapelingsscan in kaart te brengen. De projectdefinitie van deze scan voor het einde van 2011 ter bespreking voor te leggen aan de raadscommissie Maatschappij en economie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 15