485 toeristenbelasting. Dus het is niks nieuws. En nu doet u net of u een heel uitgewerkt verhaal heeft. Dat verbaast me een beetje, 2 dagen nadat een club mensen bij elkaar gekomen is. Ik snap niet op welke vraag of op welke motie u nou eigenlijk reageert. Of had u het even nodig om een promotiepraatje te houden? DE VOORZITTER: Mag ik daar even als voorzitter..., DE WETHOUDER: Wat is uw vraag? DE VOORZITTER: Ik stel vast, even in alle voorzichtigheid, de wethouder reageert op een initiatief wat afgelopen dagen naar buiten is gekomen en de verbindingsvraag die ook gelegd werd. Ik geef dat even mee in de observatie. Gaat u verder. WETHOUDER MEEUWIS: En het is natuurlijk niet zo dat die bijeenkomst van afgelopen dinsdag een soort startpunt is geweest maar ook een onderdeel in het proces van het denken wat wij als gemeente samen met ook de ondernemersclubs in de stad al in ieder geval sinds mijn aantreden ais wethouder voeren. Dat we met een terugtredende overheid die niet alle middelen altijd maar beschikbaar heeft om die kwaliteit en die citypromotie en dat soort zaken blijvend en met enige voortdurendheid te kunnen financieren, en dat we dus een beroep doen op de eigen verantwoordelijkheid, - daar heeft u het woord weer -, van ook die ondernemers in de binnenstad, die ook baat hebben bij een mooie en een aantrekkelijke binnenstad. Dus die uitdaging is daar 1,5 jaar geleden al neergelegd en daar is men over in conclaaf gegaan en uiteindelijk heeft dat in deze mooie bijeenkomst met draagvlak geresulteerd. MEVROUW HAAGH: Voorzitter, als ik toch even mag, want ik hoor nu dezelfde woorden als die welke u een jaar geleden tegen ons uitsprak toen we met het voorstel van die toeristenbelasting kwamen. Dat u in gesprek ging, dat er over de hoogte gesproken moest worden en dit en dat, en ik hoor exact hetzelfde verhaal..., WETHOUDER MEEUWIS: Dat hebben we ook gedaan. MEVROUW HAAGH: Ja, maar nog steeds is er dan niks bekend over de hoogte wat het daadwerkelijk voor onze begroting betekent. U neemt het voorbeeld van Eindhoven, wat absoluut een interessant voorbeeld is maar dat zou betekenen dat je de bedragen die nu in onze begroting staan op het gebied van citymarketing, op het gebied van evenementen, op het gebied van schoonhouden van de binnenstad, dat je die ook terug laat vloeien naar de algemene middelen omdat je het dan op een andere manier opvangt. Dan hebben we een goed plaatje en dat plaatje had ik dan van u verwacht want dat heeft u vorig jaar namelijk al toegezegd dat u daar naar toe ging werken. DE VOORZITTER: De heer Dijkhoff. De heer Dijkhoff wilde ook een reactie..., DE HEER DIJKHOFF: Ik had gewoon een vraag aan de wethouder. Dus misschien..., DE VOORZITTER: Nog even een reactie op de opmerking van mevrouw Haagh en dan is het woord aan de heer Dijkhoff. Mijnheer Meeuwis. WETHOUDER MEEUWIS: Ja goed, we hebben het hier inderdaad meerdere malen over gehad. Er worden stappen gezet. U ziet nu dat de ondernemers intussen zo ver zijn, dat wij intussen hebben nagedacht over het idee van toeristenbelasting en dat dat op een mogelijke wijze op een interessante wijze samen kan voegen, als ondernemers doorpakken en als u dat besluit neemt over zo'n toeristenbelasting.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 39