DE VOORZITTER:
Mijnheer Dijkhoff.
DE HEER DIJKHOFF:
Voorzitter, dank u wel.
Ik wil de wethouder danken voor het volledig beatwoorden van mijn in le termijn gestelde vraag,
namelijk over hoe hij de verhouding zag tussen een eventueel ondernemersfonds waar de laatste
dagen geluiden over zijn en de in te voeren toeristenbelasting, zoals nu in de begroting
voorgesteld. Ik hoor dat de wethouder vooral een middel voor zich ziet waarin die naast elkaar
bestaan en dat hij ook het vermoeden heeft dat het niet per se bijdraagt als we de
toeristenbelasting daarvoor in ruil zouden zetten. Dat lijkt me een op zich zinnige analyse. En de
vraag die wij ook gesteld hebben, was ook niet omdat wij denken dat het anders gaat lopen maar
omdat het nog niet helemaal duidelijk is wat het ondernemersfonds zou kunnen zijn en wat de
ondernemers willen en dat er ook een geluid is, - het zou goed kunnen dat volgende week zou
blijken dat het niet klopt -, maar dat er ook een geluid is dat zegt dat een deel van de
ondernemers eigenlijk alleen mee zou willen doen als de daar in hun ogen gelegenheidsbelastingen
als toeristenbelasting niet ingevoerd zouden worden. Wij willen ook niet oproepen om nu een keus
te maken voor een alternatief, we roepen zelfs niet op om het college van ga actief aan de slag om
een alternatief te bedenken. Het enige wat we zouden vragen, is: mochten nu in de komende
weken de ondernemers er uit komen over een fonds en een van hun voorwaarden is het niet
invoeren van de toeristenbelasting, en hun fonds draagt op dezelfde voldoende gedekte manier bij
aan de begroting als de toeristenbelasting nu, of het college daarvoor open zou willen staan als
ondernemers er mee komen en dat aan de raad zou willen voorleggen zodat wij op dat moment,
als het er al komt, een keus kunnen maken.
WETHOUDER MEEUWIS:
Het antwoord daarop kan ja zijn omdat het voorstel voor de toeristenbelasting, duidelijk waar
mevrouw Haagh ook naar vraagt, nog niet aan deze raad is aangeboden, met tarieven en dat soort
zaken. Dat doen we in de raadsvergadering en in de commissievergaderingen van december. Dan
bespreken we inhoudelijk het voorstel van de toeristenbelasting en dan kan dus dit element als dat
zich materialiseert, wat mij betreft, daar een op een, al dan niet in de vorm van uw voorstel, in
meegenomen worden.
Dan pak ik meteen even de 2 moties die zijn ingediend.
De eerste is de motie...,
Amendement 1...,
Amendement 7, u had uit mijn eerste beantwoording al kunnen begrijpen wat het advies van het
college op dit amendement zou kunnen zijn. Het gaat niet alleen over de 260.000 overnachtingen
waar mevrouw Boelema het over had. Dat zijn de hotelovernachtingen. We hebben in Breda ook
nog bed and breakfast, een behoorlijk aantal, we hebben in Breda, niet veel, maar ook nog een
aantal campings. En het lijkt mij niet handig om, even dan het tarief als eerste pakkende, want dat
lijkt een wat willekeurig bedrag te zijn om 2,50 toeristenbelasting per persoon per nacht te
vragen zodat een gezin dat met 5 personen op de camping in Ulvenhout gaat overnachten, meer
aan toeristenbelasting dan aan staanplaats kwijt is.
MEVROUW HAAGH:
Voorzitter, mag ik daar even op reageren? Want kijk, we hebben heel uitgebreid gevraagd naar
cijfers, technische vragen gesteld, maar duidelijk is, die 260.000 daar hebben we ons op
gebaseerd. Dat zijn uw cijfers, dat zijn hotelovernachtingen en wij praten niet over campings. Dus
wat dat betreft, wil ik wel even meegeven dat het op uw cijfers gebaseerd is, het voorstel zoals het
hier ligt.
WETHOUDER MEEUWIS:
Ja, en het cijfer klopt, het zijn de hotelovernachtingen. Maar er zijn dus meer etablissementen
waar op basis van een verordening voor toeristenbelasting ook belasting geheven en geïnd zal
worden. Het voorstel...,
MEVROUW HAAGH:
Aan u dus om het uit te werken...,
WETHOUDER MEEUWIS:
Dat voorstel komt er ook en dat voorstel zal in ieder geval uit 2 delen bestaan.
Het eerste deel, of de eerste twee delen, het tarief, daar zal dus een differentiatie worden
aangebracht, wat ons betreft, waarbij we dus een apart tarief ook voor campings hanteren omdat