510
vanwege die andere onwenselijke gevolgen, weer overwegen of je het toch niet weer gratis wilt
laten zijn. Dat is het verhaal en volgens mij is daar niks on-GroenLinks aan.
DE HEER HARDORFF:
Volgens mij is het on-GroenLinks want volgens mij staat uw partij namelijk voor het stimuleren
van het fietsen, om milieuredenen, om reden dat de binnenstad inderdaad opgeruimd is. En
volgens mij, als we dan uw gedachtegang doortrekken, kunnen we ook entree gaan heffen voor het
Jazzfestival. Dat hebben we tientallen jaren gesubsidieerd. Mensen zijn er aan gewend, die komen
ook wel als ze 5,— moeten betalen als ze de binnenstad in lopen. Dat doen we toch ook niet? Dus
waar het volgens mij om gaat, is dat het feit dat het succesvol is, de reden is om het af te
schaffen. Sorry, ik kan die gedachtegang niet volgen als u aan de andere kant die redenering niet
volgt, voor het parkeren in die inloopstraten.
DE HEER AKINCI:
U kunt het brengen zoals u wilt en u kunt allerlei argumenten aandragen van wat u wilt, maar na 4
jaar is de tijd aangebroken om te kijken of deze extra voorziening, en er zijn enorm veel bewaakte
fietsenstallingen bijgekomen. Na 4 jaar is er een moment waarop je logischerwijs kunt zeggen,
goh, kan deze voorziening nu op eigen benen staan. Als dat kan, geweldig. Als dat niet kan,
heroverwegen. Zo consequent is het verhaal van GroenLinks op dit punt al sinds dat herinvoeren
tarifering fiets voorzieningen aan de orde is gekomen. Dat is niet leuk, we zouden het ook liever
niet hebben gedaan, maar in deze tijd waarin we 30 miljoen structureel jaarlijks moeten gaan
bezuinigen als gemeente Breda, gaan we van alles wat we doen als gemeente onszelf afvragen of
de tijd is aangebroken of het op eigen benen kan blijven staan. Dat doen we met buurthuizen en
dat doen we dus ook met fietsenstallingen.
DE HEER HARDORFF:
Ook me het parkeren in de Boschstraat mijnheer Akinci? Is dat dan ook tegen het licht aan
gehouden?
DE HEER AKINCI:
Ja...,
DE HEER HARDORFF:
Kijk het is dus helder, de VVD wil het koste wat kost de nek omdraaien en u heeft zich gewoon
laten ringeloren.
DE HEER AKINCI:
Ja geeft u er uw eigen draai aan. Ik lees het stukje morgen wel op uw website. Ik vind het
fantastisch.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, mag ik in dit licht nog een vervolgvraag stellen?
DE VOORZITTER:
Ja hoor.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Want ik heb net de wethouder horen zeggen dat het flankerend beleid om deze maatregelen weer
teniet te doen zeg maar in al die milieudoelen, dat dat wel eens in de tonnen kon lopen. Vindt u dat
niet een zorgelijk signaal dat we eerst eens even moeten uitzoeken voordat we 180.000,— gaan
verdienen en 500.000,— of misschien wel meer tonnen aan flankerend beleid moeten gaan
invoeren?
DE HEER AKINCI:
Ik snap dat u het allemaal...,
Nee ik snap eigenlijk niet wat u bedoelt.
DE HEER VAN LUNTEREN:
De wethouder, - volgens mij was het uw eigen wethouder -, zegt...,
DE HEER AKINCI:
Die wethouder is van ons allemaal. Hij is ook van u. Wij delen graag.
DE HEER VAN LUNTEREN:
