511
Ik zal hem zo meteen een compliment geven voor zijn hele snelle beantwoording maar hij zei zelf:
het flankerend beleid zal misschien wei tonnen meer kosten. We willen het niet weten. Dat waren
zijn woorden. En dat accepteert u allemaal voor die 180.000,— inboeken nu.
DE HEER AKINCI:
Ik vraag me af of dat zo is. Maar nogmaals ik heb gezegd, wat u...,
Want luister, er wordt een maatregel genomen en u zegt, en dat doet u dan samen met uw collega
Hardorff: o, dat gaat deze onwenselijke en deze onwenselijk en deze onwenselijke gevolgen
hebben. En op basis daarvan zegt u: doe het niet. Mag ik eerlijk zijn? Ik wil nog wel eens zien of
dat zo is. Daarom vraag ik aan de wethouder, en ik heb dat net al gevraagd en ik vraag het nog
een keer en volgens mij kan het in de notitie mee die de heer De Beer ook al gevraagd heeft aan
de wethouder: houd dat nou bij, volg dat, monitoor dat, en als op een moment blijkt dat uw vrees
bewaarheid wordt, dan zeg ik met u en dan staan we samen vooraan: beter ten halve gedraaid
dan ten hele gekeerd. Of nee, beter ten halve gekeerd dan ten hele gedwaald. Ik moet het wel
goed zeggen.
DE HEER VAN DEN BERG:
Voorzitter mag ik nog
DE VOORZITTER:
De heer Van den Berg, tot slot.
DE HEER VAN DEN BERG:
Ik begrijp dat KBO niet het meest sexy onderwerp is voor de heer Akinci maar...,
DE HEER AKINCI:
Ik denk in beelden, mijnheer Van den Berg.
DE HEER VAN DE BERG:
Oké. Maar die bijeenkomst waar ik het net even over heb gehad, daar zat ook een fractiegenoot
van u, de heer Scheltens, die ik dezelfde woorden heb horen bezigen als de heer Lips. Maar die zal
ik dan ook wel verkeerd verstaan hebben.
DE HEER AKINCI:
Ik durf niet te zeggen, ik kan me niet woordelijke herinneren en ik weet ook niet want ik was er
niet bij welke woorden de heer Scheltens precies heeft gebezigd. Dus ik kan me voorstellen dat u
daar onderling uitkomt en dan wil ik daar straks bij de stemverklaringen best nog iets over
zeggen.
DE VOORZITTER:
Goed. Ik dank u zeer mijnheer Akinci.
Tot slot het woord aan mijnheer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Dank u wel, voorzitter.
In de eerste plaats dank voor de brede steun voor en de fijne samenwerking om tot goede moties
te komen op de premiernorm. En die 50.000,— incasseer ik graag om een plafond te leggen. Als
er maar vast een plafond is. Een plafond kan altijd nog zakken. Dat is ook goed voor de
energiebesparing, een laag plafond.
En de steun natuurlijk voor de thuiszorgmotie.
En ik zei het net al, mijnheer Willems die heeft sneller beantwoord dan ik ooit zou kunnen dromen.
Voor de vraag gesteld was, had ik de antwoorden blijkbaar al binnen. Ik zal ze morgen gaan
bestuderen.
Het jaar van de kanteling werd het genoemd. Ik ben altijd bang wat het draaipunt is waarover
gekanteld wordt. Gaat dat over de rug van de marge? Ik hoop het niet. Ik hoop dat de marge in
beeld blijft zoals de mensen op straat dat ook hopen. Het lijkt een beetje niet zo te zijn. Ik bedoel,
we gaan nu een prachtig onderzoek doen. Altijd goed, onderzoek, de stapelingen, mooie aanvulling
op wat de wethouder ook al zei, onze eerdere voorstellen daarover. Maar ja, een onderzoek blijft
toch maar een onderzoek. Dat levert in de stad nog niet zo heel veel op en daarom toch onze steun
voor alle voorstellen richting de KBO. Dat is toch hard nodig, dat is een belangrijke organisatie die
houdt met zijn subsidiebeleid toch nog een heleboel andere dingen in stand. Ik zou daar toch nog
graag, sowieso de raad, maar ook de wethouder nog eens over willen horen over dat KBO
gedeelte. Waarom niet zo'n belangrijke club in de stad toch een beetje tegemoet komen.