534
DE HEER AKINCI:
Voorzitter, om te beginnen, herken ik me niet helemaal in het beeld van de onbekendheid van de
hele kandidatuur Brabant Culturele Hoofdstad, zoals de heer Stubenitsky die omschreef. Er zijn 70
projecten uit Breda ingediend en nog talloze uit de regio van Breda. Dus wat dat betreft, kan je
duidelijk zien dat binnen het culturele veld het hele idee van de kandidatuur Culturele Hoofdstad
2018 wel leeft. Maar dat wil niet zeggen dat we niet als stad meer kunnen doen, als gemeente ook
meer kunnen doen om het over het voetlicht te brengen bij die mensen die wellicht minder
betrokken zijn bij het culturele veld en die wellicht ook nog wat minder gehoord hebben over het
hele initiatief om die nominatie binnen te slepen. Dus wat dat betreft, steunen wij de motie.
Daarnaast hebben wij nog steeds heel veel vertrouwen in die kandidatuur. Kijk even naar het
Europese beeld op dit moment. Er is geen gezamenlijkheid, er is geen leiderschap en er is zelfs
geen Europees gevoel. Ons motto is de kunst van het samenleven en ik zou graag als Brabant
Europa die kunst van het samenleven willen laten proeven en willen leren. Ik hoop dat we daar al
voor 2018 mee kunnen beginnen. Want daar is deze crisis groot genoeg voor.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Hardorff, Partij van de Arbeid.
DE HEER HARDORFF:
Dank u wel, voorzitter.
Het zal voor u geen verrassing zijn dat voor de Partij van de Arbeid de 5 miljoen euro die wordt
uitgetrokken voor het witboek in zijn totaliteit, wat ons betreft, echt veel te veel is. Wat ons
betreft, kan dat minder en dat is bijvoorbeeld de raad en het college van Eindhoven al met ons
eens. En dat heeft u kunnen lezen in artikel 41 vragen van ons van gisteren. Want in Eindhoven is
het bedrag per jaar gemaximeerd op in principe 100.000,-- en alleen onder voorwaarden zou
daar na een besluit van de raad iets bij kunnen komen. Dat is al een ander verhaal en stelt ook de
antwoorden van de wethouder vorige week bij de begrotingdiscussie in een ander licht. We zijn het
eens met de woorden die ook de heer Stubenitsky sprak: niet alles om iets goed te doen kost extra
geld. Liever een ton goed besteed, dan 2 ton slecht en onzichtbaar. En daarom stelden wij ook
vragen over de manier waarop nu vanuit het stadskantoor wordt geopereerd en hoe de leemte die
het beëindigen van het contract met de cultuurmakelaar wordt opgevuld. Wij kunnen nu alleen
maar constateren dat we worden voorbijgelopen door Chaam en door Zundert. En dat past Breda
niet, wat ons betreft. Voordat we begonnen met Culturele Hoofdstad en de 5 steden bekend
werden, werd er wat lacherig gedaan over Helmond, alsof dat het 5e wiel aan de wagen zou
worden. Maar als je nu de geluiden in Brabant beluistert, lijken wij die rol wel een beetje te krijgen.
Kortom, wij lezen de motie van de heer Stubenitsky als: wethouder, u doet nog niet goed genoeg
uw best. En dat is ook de reden dat wij hem steunen.
DE VOORZITTER:
Andere leden van uw raad?
De heer Van Lunteren. Gaat uw gang.
En mijnheer De Jong.
Mijnheer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Het zal duidelijk zijn dat de SP nooit heel erg enthousiast was voor de Culturele Hoofdstad. Maar
als die er eenmaal is, moet je dat natuurlijk wel goed aanpakken, zeker omdat het geld zou worden
besteed aan cultuur in Breda, konden we er nog in meegaan. Maar als nu blijkt dat er helemaal
niks gebeurt, - kijk de hamvraag wordt niet gesteld aan de wethouder -, misschien dat hij of zij er
bij het advies over de motie nog op in kan gaan, hoeveel geld is er nou inmiddels is besteed wat
blijkbaar gewoon in een bodemloze put is gevallen want het heeft nog weinig effect geresulteerd.
Hoeveel geld is er al op van dat hele budget wat daarvoor beschikbaar is? We zullen de motie
steunen om het signaal te geven van doe je best als je ergens voor gaat. Maar enthousiast blijven
we er nog steeds niet over.
Dank u wel.
DE VOORZITTER:
Mijnheer De Jong.
DE HEER DE JONG:
Dank u voorzitter. Wij zijn van Trots op Nederland niet echt onder de indruk van een journalist die
slecht onderzoek heeft verricht. Maar het is wellicht toch wel een teken aan de wand. En ook wij
vinden dat beter gepromoot moet gaan worden en wij steunen de motie van de heer Stubenitsky.