538 DE HEER VAN LUNTEREN: Dank u wel, voorzitter. We hebben het er over gehad in de commissie. In principe is de wethouder in het mes van zijn eigen prijsvraag gevallen. Hij zit met een project waar hij eigenlijk helemaal niks mee kan, waar de stad helemaal niet op zit te wachten en dat wordt dan goedgepraat met een prognose of een onderzoek van een grote makelaar, een grote onbekende makelaar in de stad, die zegt dat er zeker wel vraag is naar het project. Kansloos, heb ik het idee en hebben wij als SP het idee. Ook de provincie zegt: er is een totale mismatch tussen wat daar nou gebouwd gaat worden bij Heilaar en wat de werkelijke vraag is in de stad en Breda dreigt in die mismatch tussen vraag een aanbod te vallen. En daar waren we net een beetje aan het uit kruipen, had ik het idee. Wij vinden als SP eigenlijk dat de stad nou eindelijk eens duidelijkheid moet hebben. Wat is nou de vraag, we hebben het er al een keer of tig nu inmiddels over gehad met de wethouder, van wat is nou de vraag, wat zijn nou de toekomstvisies, de prognoses waar u uw beleid op baseert, zodat we ook dit soort projecten ook daarop kunnen beoordelen en niet alleen hoeven te vertrouwen op de blauwe ogen van een hele onbekende makelaar die blijkbaar zegt dat hij daar wel brood in ziet. Maar wat ons betreft, wordt daar nou gewoon gebouwd voor de leegstand en dat is doodzonde. En om dit soort dingen in de toekomst te voorkomen, hebben wij een motie opgesteld die het college verzoekt om heel snel nou eens die toekomstvisie en die scenario's en prognoses waarop zij haar woonbeleid baseert, met ons te delen zodat we voortaan op een onderbouwd verhaal ons oordeel kunnen vellen. Alstublieft. DE VOORZITTER: Verzoekt het college binnen 3 maanden de raad een duidelijke keuze voor te leggen in het na te streven toekomstscenario en bijbehorende prognoses over de vraag naar woningen, zodat voor alle betrokkenen helder is voor welke doelgroep en welke woonvraag dit college de komende 3 jaar de bouwvergunningen wenst af te geven. Motie maakt deel uit van de beraadslagingen. Ik dank u zeer. Het woord is aan de heer Quaars, VVD. DE HEER QUAARS: Dank u wel, voorzitter. Volgens de VVD bleven er in de commissie twee belangrijke punten open staan. Dat was de invulling van het gebied en het verkeer en daar is uitgebreid over gesproken. En daarnaast was er de vraag uit een groot gedeelte van de raad aan het college om nou eens in te gaan op dat grotere geheel. Daar is door de wethouder gehoor aan gegeven onlangs en daar heeft de VVD fractie ook geen vragen meer over. Wat betreft de invulling van het gebied, is dit natuurlijk een proces met een behoorlijke historie. Daar werd al aan gerefereerd. In 2000 is het gestart. Volgens de VVD is het altijd duidelijk geweest dat er de mogelijkheid was om hier 100 woningen te bouwen, sterker nog, in het bestaande bestemmingsplan nog meer. En de reden van die verandering is ons duidelijk. Dus ook daar geen opmerkingen of vragen meer over. Dan spitst het zich toe op het verkeer. Mevrouw Schokker had het er al over. Want wij hebben als VVD in de commissie al aangegeven dat wij vinden dat het verkeerskundig gezien niet noodzakelijk is om een aanpassing te doen aan het plan. Er zijn meerdere kruisingen in Breda waar 900 verkeersbewegingen per dag zijn en die zijn ook verkeersveilig. Dat is iets anders dan de wens om dat te doen, verkeerskundig gezien, zeg ik met nadruk. Na de vorige commissievergadering is de wethouder aan de slag gegaan en hij heeft per brief laten weten, ook op vraag van de fractie van GroenLinks, wat de consequenties zouden zijn van het verleggen van de verkeersontsluiting in verschillende varianten. Deze opties zijn ai eerder bekeken, zo is ook in de commissiebehandeling naar voren gekomen, en kwalitatief niet haalbaar geacht. Maar uit het schrijven van de wethouder blijkt ook voorzitter, dat een deel van de grond niet in het bezit is van de gemeente, dat er afgeweken moet worden van het traject, dat het straatprofiel extra ruimte vraagt en het woongenot van de terraswoningen enkele belemmeringen zijn. Dit heeft tot gevolg dat, als je zo'n verandering toe zou passen, dat ook weer andere mensen, die misschien wel tegen deze activiteiten of veranderingen zijn, de gelegenheid moeten krijgen om daar weer op te reageren. Dat betekent dat het plan opnieuw ter inzage zou moeten. Dan zijn er extra plankosten voor de gemeente, is er vermindering van de grondopbrengst, zijn er extra kosten voor het bouwrijp maken, is er een extra ontsluitingsweg, is er renteverlies en eventueel nog een claim van de ontwikkelaar omdat we met z'n allen de uitstel faciliteren. Deze wijzigingen leiden tot een vertraging van minimaal een jaar en de grondexploitatie gaat er fors op achteruit. Dat is, wat ons als VVD fractie, duidelijk is geworden. En los daarvan, zijn er nog behoorlijke juridische risico's. Voorzitter, al deze zaken, in combinatie met die ruime geschiedenis, de afspraken die in het

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 15