551 MEVROUW GIEBELS: Weet u wat het is, voorzitter? Deze nota is al vele malen onder onze aandacht gebracht. Het begon met een bijeenkomst in het restaurant van het stadskantoor met deskundigen. Het is twee maal in de commissie geweest. Er is een werkbijeenkomst geweest onder leiding van deskundigen en nu dan vanavond in de raad. En eigenlijk is de grootste verandering in dat proces dat we van excellent in de basis naar het hoogst haalbare zijn gegaan. Dat is wat ons betreft, geen verbetering. Inmiddels zijn er in de periferie allerlei zaken bijgekomen. Toezeggingen, aanvullingen, veranderingen, over hoe om te gaan, hoe om wordt gegaan met mensen die niet goed zijn met de computer, over overgangsregelingen van de advertenties in het Stadsblad, en er komt een plan over hoe om te gaan met sociale media. Allemaal zaken die wat ons betreft allang in het plan hadden moeten staan. Daar zal de wethouder toch ook wel eerder over hebben nagedacht. Maar de PvdA blijft erbij dat het plan in de basis al niet goed was. Wat ons betreft, had er een duidelijk onderscheid moeten worden gemaakt in twee belangrijke basisuitgangspunten. Enerzijds hoe gaat het communicatietraject op basis van services naar de Bredanaar. Dus hoe vraag ik een vergunning aan, hoe maak ik een afspraak om praktische zaken te regelen, waar vind ik wat, zaken die goed geregeld moeten zijn en die zeker geschikt zijn om vooral digitaal op te pakken. En anderzijds die veel moeilijkere kant van overheidscommunicatie, de dialoog. Nu worden daar slechts een paar regels aan gewijd. Dat onderscheid zou er vanaf het begin veel nadrukkelijker in gemaakt moeten zijn. En dan was er, wat ons betreft, een grotere kans geweest op een goed plan. Nu is het vooral oplapwerk, patchwork van allerlei kleine stukjes. Alles digitaal dat is volgens dit college de grote vernieuwing. Dat is het dus niet. Er zijn veel middelen om een goede dialoog aan te gaan met onze inwoners. Een aantal kanalen waren al ingezet en die hadden verfijnd kunnen worden. Dat zijn kanalen waar andere steden nu wel op doorgaan en waar andere steden van ons geleerd hebben. Ik bedoel stadsgesprekken, de manier van opbouwen van een gesprek die ons met name in waarderend vernieuwen werd geleerd. Maar er zijn ook andere manieren en daarover kunnen we bijvoorbeeld veel leren van de marketing kant. Meer vernieuwende ideeën dan sec een advertentie digitaal maken. Maar goed, dat alles heeft zijn weg niet gevonden naar de nota Communicatie@Breda. En die ligt hier nu voor. En daar moeten we het mee doen. Er rest de PvdA niets anders dan te berusten, te berusten in het lange proces, te berusten in het hoogst haalbare, te berusten in het feit dat veel is toegezegd in brieven en vergaderingen maar niet verwerkt in de eigenlijke nota, kortom, te berusten in deze, wat ons betreft, niet voldragen nota. Vandaar dat ik graag een motie wil indienen. De motie van berusting. DE VOORZITTER: Verzoekt het college te behouden en te koesteren wat er op het gebied van communicatie met de stad goed loopt en wordt gewaardeerd. Voortaan met meer voldragen, respectievelijk beter uitgewerkte nota's naar de raad te komen. Maakt deel uit van de beraadslagingen. Het woord is aan de heer Ernst, VVD. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, mag ik mevrouw Giebels nog wel een vraag stellen? DE VOORZITTER: Gaat uw gang. DE HEER VAN LUNTEREN: Zij zegt nu: berusting. Maar gaat u dan akkoord met wat er nu voor ligt of juist niet? Dat is dan een beetje in het midden. MEVROUW GIEBELS: We gaan akkoord met de nota en al die toezeggingen die er omheen zijn gedaan. En onder andere ook de motie van het CDA, zullen we ook steunen. Maar nogmaals, we vinden wel dat dat eigenlijk allemaal in het eigenlijke plan al zou hebben moeten staan. DE VOORZITTER: Goed. De motie heb ik nog niet gezien maar dat kan nog altijd natuurlijk. Het woord is aan mijnheer Ernst, VVD. DE HEER ERNST:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2011 | | pagina 28