557
Ik ga even opnieuw.
Er gaat even iets...,
een sluit het ander niet uit. En tegelijkertijd heeft u ook in deze nota kunnen lezen dat, waar het
brieven bevat die naar burgers gestuurd worden, wij ook samen met het Florijncollege een project
hebben gestart om ook die brieven zowel juridisch inhoudelijk goed te hebben maar ook in
begrijpelijke taal, dus op die manier ook die boodschap kort en bondig en in zijn volledigheid met
elkaar te realiseren. Dus ook op die manier zijn we met onze dienstverlening bezig.
Ja, en waar het gaat, want ik heb toch het idee dat u wat doelt op die verzameladvertentie, die
kost nou eenmaal 70.000,— uw informatie ten spijt. U heeft het niet aan mij gevraagd en ik weet
niet waar u de informatie wel vandaan heeft. Waar de verwarring misschien zou kunnen ontstaan,
is dat datgene wat nog wel blijft bestaan, omdat we daar met elkaar van zeggen, dat is zo
belangrijk om daar toch iedere week aandacht aan te besteden, dat kost ruim 20.000,—. Dus
misschien zijn de bedragen omgedraaid. Dus dat is wat ik hier over deze motie nog te zeggen had,
voorzitter.
DE VOORZITTER:
Goed, we hebben in 2 termijnen gesproken.
We gaan over tot stemming.
Is er behoefte aan het afleggen van stemverklaringen?
Aan de orde is de motie.
Als eerste komt aan de orde de motie van berusting, hoewel, die zou je misschien als laatste motie
moeten doen. En dan de motie van het CDA.
Wie wenst er een stemverklaring over de motie van berusting?
Mijnheer van Lunteren, SP. Gaat uw gang.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, de naam zou kunnen doen vermoeden dat wij als oppositie zouden berusten in iets.
Maar dat doen we dus niet maar het dictum is wel weer iets om te steunen. Dus we steunen zeg
maar het dictum maar we willen niet de suggestie wekken dat we ergens in berusten. Dat u niet
die indruk zou hebben. Maar we steunen het dictum, laten we het zo zeggen.
DE VOORZITTER:
Goed. Dan mevrouw Giebels.
MEVROUW GIEBELS:
Je hebt verschillende soorten berusting, wat mij betreft. En dit is een ietwat cynische vorm van
berusting.
MEVROUW KOGER:
Mijnheer de voorzitter, misschien is het dan een verzuchting.
DE VOORZITTER:
We gaan over tot stemming.
Wie is voor de motie?
De leden van de Partij van de Arbeid, Trots op Nederland, Leefbaar Breda, SP, Breda'97.
Wie is tegen de motie?
En GroenLinks.
Wie is voor de motie?
Even GroenLinks. Ik wil even..., Soms gaan er vingers..., Nee, het is toch even belangrijk.
Wie is tegen de motie?
De motie is aangenomen.
Jawel.
Ik wil nog even opnieuw.
Wie is voor de motie?
De motie: 19 voor, 20 tegen.
De motie is verworpen.
Dan is aan de orde de motie van het CDA.
Wie wenst daar een stemverklaring over af te leggen?
Mijnheer Van den Berg.
DE HEER VAN DEN BERG:
