593
DE VOORZITTER:
Mijnheer Spapens, SP.
DE HEER SPAPENS:
Het merendeel is al gezegd. Wat ik kort kan zeggen, is dat voor ons de discussie duidelijk was en
niets veranderd heeft aan onze instelling. Wij zijn wel heel erg benieuwd naar hoe zo meteen het
antwoord van de wethouder is en daarop de reactie van het CDA, omdat wij wellicht daarop weer
een reactie hebben. Dus ik houd het met spanning in de gaten, de beantwoording voor dit
moment.
DE VOORZITTER:
Dat kan niet want dan gaan we naar een 3e termijn. Dus schorsen, dat kan.
Dan geef ik anderen nog het woord. Wie van u?
Het woord is aan wethouder Boelema.
WETHOUDER BOELEMA:
Dank u wel, voorzitter.
Een van de redenen waarom we deze verordening nu bespreken, is dat we met elkaar ook een
ruime termijn hebben om voor het aanvangen van het nieuwe schooljaar zorgvuldig de
communicatie te doen. Daar hebben we al wat over gezegd vandaag. Die handschoen neem ik dan
maar meteen op, om zorgvuldige communicatie naar de doelgroep te doen. En dat doen we ook
samen met bijvoorbeeld de BCG maar ook de MR, de ouderraden van een aantal scholen in Breda,
om te zorgen dat mensen ook op tijd weten hoe deze nieuwe regeling in elkaar zit en wat dat voor
hen zou kunnen betekenen. Maar ook dat als je inderdaad binnen die 6 kilometer valt, wat je dan
bijvoorbeeld moet aanleveren om aan te kunnen tonen dat jij inderdaad niet in staat bent, ofwel
jouw kind gaat zelf naar school, ofwel je kunt je kind naar school brengen. Dus ik denk dat we die
termijn ook nodig hebben en juist ook om te zorgen vanaf april, vanaf wanneer de nieuwe
aanvragen binnen kunnen komen, dat we ook met elkaar een formulier ontwikkelen wat
toegankelijk is, wat je snapt als ouder hoe die aanvraag zit, en waar ook duidelijk in staat wat je
bijvoorbeeld aan extra dingen zou kunnen meeleveren of van een ouder of van een
begeleidingscommissie of van de school, of een doktersverklaring of iets dergelijks wat jouw
aanvraag kan onderbouwen. Want uiteindelijk ligt de bewijslast natuurlijk niet omgekeerd bij de
gemeente, maar bij de ouder natuurlijk om aan te tonen dat die niet zelf in staat is. Dat is ook het
hele idee achter deze verordening en vanzelfsprekend, op het moment dat daar discussie over
ontstaat, hebben we natuurlijk, en zo hebben we afgelopen half jaar ook al gedaan, hebben we dan
ook, zeker voor ouders die daar niet altijd zelf toe in staat zijn, ook contact gezocht bijvoorbeeld
met'de school, of met een arts om dat nog eens een keer toe te lichten, zo'n verklaring om dat
toch nog toe te voegen. Dus dat maatwerk, daar wordt al mee geëxperimenteerd en dat zullen we
uiteraard ook blijven leveren. Ik denk dat het ook heel goed is om na een jaar van dit systeem, dus
laat ik zeggen in het najaar van 2014 zitten we dan, nee het najaar van 2013, schooljaar 2012
2013, dat je in dat najaar eens na een jaar evalueert wat nou de redenen van toekenning zijn,
zodat je daar een beetje een cijfermatig gevoel bij krijgt, wat zijn nou afwijzingsgronden maar ook
hoeveel bezwaarschriften zijn uiteindelijk wel gegrond verklaard. Want dat zegt natuurlijk ook iets
over de zorgvuldigheid waarmee je de dingen doet. Op dit moment zien we eigenlijk juist door die
mediation en natuurlijk als mensen een bezwaarschrift indienen, wordt er eerst gebeld, u heeft een
bezwaarschrift ingediend, kunt u nog eens uitleggen wat uw bezwaar is en daarover gaat dan het
gesprek. Dus dat we dat ook voor u inzichtelijk maken. Want dat is niet alleen voor u interessant
maar zeker ook voor ons sturingsinformatie als college van doen we de dingen wel op de juiste
manier en voldoen we uiteindelijk ook aan de doelen die we met elkaar gesteld hebben en die de
motie ook heeft beoogd. Dus dat kan ik u in ieder geval toezeggen.
En dat breder horen, ja ik hoop dat ik u daar in ieder geval een wat bredere inkijk in heb gegeven
over hoe we dat op dit moment doen en hoe we dat ook voor ons zien in de toekomst. En ik denk
dat het ook zeker een onderwerp is in de hele implementatiefase wat wij in ieder geval met de BCG
nog eens zorgvuldig kunnen doorspreken maar ook met een aantal anderen. Bijvoorbeeld de MR
van de Liduinaschool heeft ook met ons meegedacht en een aantal anderen die echt kenner zijn
van de doelgroep maar ook van de ouder. Laten we ook eerlijk zijn, een aantal van deze ouders
vindt het ook heel lastig om zo'n aanvraag te doen en heeft daar ook enige begeleiding bij nodig.
En die moeten we hen dan ook geven.
DE VOORZITTER:
Goed. We hebben in 2 termijnen gesproken. De wethouder heeft een aantal toezeggingen gedaan
naar aanleiding van datgene wat gevraagd is door de commissie.
Ik ga nu over tot het afleggen van stemverklaringen. Mijnheer Oomen, de status van?
