63 DE VOORZITTER: Dank u zeer. Mijnheer Quaars, VVD. DE HEER QUAARS: Dank u wel, mijnheer de voorzitter. Ja, kijk mijnheer Van Lunteren is natuurlijk wel bekend met het feit dat dit een voorstel is van de heer René Leegten, VVDer in de Tweede Kamer. Nou is dat voor ons, - zo eerlijk moet ik dan ook zijn -, niet altijd automatisch een reden om precies hetzelfde antwoord te geven. Zo liberaal zijn we dan ook wel weer. Maar in dit geval wil ik er toch wel over kwijt dat we er in eerste instantie niet over gaan. Het is een landelijke discussie waarvan de VVD fractie van mening is dat we die ook vooral landelijk moeten houden. Die lagen en verantwoordelijkheden zijn niet voor niks verzonnen en het lijkt ons totaal niet logisch om elke discussie hier te gaan voeren waar we niet over gaan. Als tweede opmerking, - en dat is een inhoudelijke opmerking -, geeft u in de motie aan, zeg maar, dat u er van uit gaat dat er meer zwerfafval komt. Daar zijn wij als VVD fractie niet van overtuigd. Zoals u weet, is het statiegeld op dit moment van toepassing op alle drankverpakkingen. Nou zijn er dusdanig veel uitzonderingen dat, als je die er allemaal afhaalt, dat je grofweg de 1,5 literflessen, plastic van de frisdrank, de bierflesjes en de kratten bier over houdt, die op dit moment in dat systeem worden gewaarborgd. De VVD ziet er niet de kans in dat mensen bierflessen en kratten bier uit hun auto gaan gooien of 1,5 liter flessen extra op straat gaan gooien. Dus we zijn er nog niet van overtuigd dat het zal leiden tot extra zwerfafval. Al met al, conclusie voorzitter, zal de WD deze motie niet steunen. Ik heb nog wel een vraag. Want ik ben totaal niet bekend met de inhoud van de overeenkomst die door wie dan ook getekend is. Wellicht dat daar nog een toelichting op kan komen want die is mij niet bekend. DE VOORZITTER: Ik neem aan dat de heer Van Lunteren dat straks..., MEVROUW SCHOKKER: Voorzitter..., DE VOORZITTER: In de afrondende reactie zal geven. Eerst de andere leden. De heer Stubenitsky. DE HEER STUBENITSKY: Dank u, voorzitter. Ik weet dat dit landelijk beleid is. Maar ik heb in dit geval toch een goede reden om de SP te steunen. Vorig voorjaar heb ik een motie ingediend om het weg werpen van afval op straat strenger aan te pakken en de BOA's meer bevoegdheden te geven. Die motie, waar ik waarschijnlijk een meerderheid voor had kunnen krijgen, heb ik toen ingetrokken omdat 2 wethouders en de burgemeester ons vertelden dat ze bezig waren om eind 2011 met voorstellen te komen om dit aan te pakken. Om hen alle vrijheden van handelen te geven, heb ik die motie toen ingetrokken. Ik heb verder nog niets op dat gebied zien verschijnen maar ik heb geleerd dat je in de politiek geduld moet hebben en ik voel me nog jong genoeg om nog even te wachten. Deze motie gaat gedeeltelijk over hetzelfde onderwerp, namelijk het terug dringen van zwerfvuil. Daarom krijgt de SP van mij mijn volledige steun. DE VOORZITTER: Mijnheer Van den Berg, Breda'97. DE HEER VAN DEN BERG: Dank u wel, voorzitter. Inderdaad, landelijk, maar zwerfafval is toch voornamelijk lokaal en in dit geval zegen wij: baat het niet, dan schaadt het zeker niet. DE VOORZITTER: Dank u zeer. Mijnheer De Jong, Trots op Nederland. DE HEER DE JONG: Dank u, voorzitter.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 11