83 DE VOORZITTER: Mijnheer Van der Horst. DE HEER VAN DER HORST: Ik begrijp het mevrouw Giebels. Maar in 2011 is er een haalbaarheidsstudie voor de businesscase gemaakt en daar was u heel enthousiast over. MEBVROUW GIEBELS: Nee, daar kom ik zo nog op want..., DE HEER VAN DER HORST: Ja, wel. MEVROUW GIEBELS: Ja, er is geen haalbaarheidsstudie naar de businesscase naar ons toegekomen. Dat heb ik vandaag uitgezocht. Wat er is geweest is een totaalplan, gewoon een schets van wat we zouden willen. Daarna is er op 5 april, - dat kan ik onthouden want dat was mijn verjaardag -, op 5 april 2011 is er naar ons toegekomen in de kennismakingsstukken een vraag om een startnotitie om een haalbaarheidsstudie naar een businesscase te doen. Ik had het hier staan; het komt dadelijk. Ik zal het nu al even doen. Dat is alles. Dus wij hebben een startnotitie gezien, dat ze een onderzoek gaan doen of ze eventueel een businesscase zouden gaan uitzoeken. En dat is alles. Voor de rest hebben wij daarna niets meer gehad en behandeld. Dus wij hebben heel die businesscase niet gezien want volgens mij is die er ook niet. Er is een haalbaarheidsstudie gedaan. DE VOORZITTER: Gaat u verder. MEVROUW GIEBELS: Dus ik was, wat voor mij dan een businesscase is, vrij simpel, wat kost het, waar komen de inkomsten vandaan, zijn er extra bestedingen van bezoekers, verwachte inkomstenstroom, subsidies, bijdragen van marktpartijen, simpeler kan ik het niet maken. Nou is dat stuk, nou spreekt de wethouder in zijn in haast samengestelde brief van gisteren, dat er een businesscase zou zijn. Maar ik heb het net al uitgelegd, we hebben een startnotitie voor de uitvoering van een haalbaarheidsstudie naar de businesscase in de kennismakingsstukken gehad. Zeg maar een voor- vooronderzoek om daarna eventueel te gaan werken aan die vermaledijde businesscase. En daar doet de PvdA het dus niet voor. Waarover de verbazing ook wat stijgt, is de opeenstapeling van handelingen van dit college. U heeft het zojuist al een beetje geïllustreerd. Want het standaardgedrag van dit college is om bij elke meevaller die maar op ons pad komt, om meteen dat naar de algemene reserve toe te sluizen. Waarom is dit ineens anders? En stevenen we nu volgens de wethouders, met name de wethouder Financiën, niet meer af op een tekort op de jaarrekening van 2011? Wat zojuist ook al ter sprake was, kapitaliseren van inkomsten was tot nu toe altijd uit den boze. Waar is dat dan nu veranderd? Daarbij: we moeten het stuk nog behandelen want het komt hierna. Het staat voor de PvdA helemaal nog niet vast hoe die verdeling van die toeristenbelasting zal zijn. Wij zouden dat per jaar willen vaststellen tijdens de begrotingsbehandeling. Nou, dan het geld over de herstructurering bedrijventerreinen. Daar heeft de PvdA ook in eerdere begrotingsbehandeling gezien, de kans om dat geld beter in te zetten. Maar dat was toen onbespreekbaar. En nu is het ineens wel mogelijk om dat in te gaan zetten. En wat ons ook opvalt, is het volgende. Waarom gebruikt het college in vredesnaam elke keer diezelfde techniek? Elke keer krijgen we stukjes om over te besluiten en als het er door is krijgen we het volgende stuk. Ik ben zo benieuwd wat daar de achterliggende gedachte bij is. En dan ook nog een ander irritatiepunt: die deadlines waar wij elke keer tegen aan lopen. Connex, Biomassa, en nu ook weer. Het is weer eens 5 voor 12 en we moeten dan weer snel over iets beslissen. Het lijkt mij dat je dat soort zaken als goed bestuurder toch aan ziet komen. Daar houd je toch rekening mee in je planning, en zeker als er dus blijkbaar een haalbaarheidsonderzoek is geweest naar eventueel een businesscase. Want daar stond namelijk ook in dat er gekeken zou worden wat de subsidiemogelijkheden zouden zijn. En die is van mei vorig jaar. DE VOORZITTER: Kunt u tot een afronding komen, mevrouw Giebels? MEVROUW GIEBELS: Ja, ik had hier staan: kortom.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 31