137
De heer Ernst.
DE HEER ERNST:
Ook even naar aanleiding van dit punt. Want volgens mij doen wij eigenlijk niks anders. Ik bedoel:
ik zie heel veel fracties artikel 41 vragen stellen over beleid, het vragenuurtje, je hebt zelfs een
interpellatiemogelijkheid. We hebben volgens mij genoeg mogelijkheden om in te grijpen op het
proces, zoals u dat volgens mij bedoelt.
DE HEER VUIJK:
Voorzitter...,
DE VOORZITTER:
Nee, nee, ik ga afronden. De 2e termijn krijgt u nog. U kunt op elkaar reageren.
Het is nu aan de heer Van den Berg tot slot. Ik denk dat het teveel is als u als fractiegenoot ook
nog het woord...,
Het woord is aan de heer Van den Berg.
DE HEER VAN DEN BERG:
Daarop ingaand, heel kort: daar heeft u ook gelijk in. Maar dat is dus een ingrijpen op een
ingrijpen op een ingrijpen op een ingrijpen. En ik wil het integreren in het proces. Dus zo dat die
terugkoppeling gewoon blijft doorlopen, van zijn we nog steeds op de goede weg. Ik wil het een
soort van bestendigen in de bedrijfsvoering. Dat is de intentie.
DE VOORZITTER:
Akkoord.
Dan dank ik de heer Van den Berg.
Ik schors de vergadering tot 19.30 uur. Gezien de tijd, wil ik proberen tot 19.30 uur. Is dat
bezwaarlijk? Tot 19.30 uur is de vergadering geschorst.
SCHORSING.
2. Reactie van het college.
DE VOORZITTER:
Mag ik de leden vragen de plaatsen in te nemen?
Mag ik u vragen de plaatsen in te nemen?
Ik zal even wachten tot de heer Oomen zijn plaats heeft ingenomen.
Goed. Ik heropen de beraadslagingen.
Even nog voor de duidelijkheid en ook even voor de positionering, het volgende. Ik zou het zo
willen voorstellen dat het college dadelijk zal trachten om puntig de moties te becommentariëren.
Ik zeg ook puntig omdat ik denk dat we moeten voorkomen dat, - dat zou afbreuk doen aan het
karakter van deze beraadslagingen -, dat het niet leidt tot een dispuut van het college versus raad,
maar dat het er vooral om gaat dat u als raad met elkaar kennis nemend van de opvatting, het
advies van het college, over de moties, de nodige ruimte hebt om na die beantwoording met elkaar
in 2e termijn tot een verdere oriëntatie en opvatting te komen, wat dan zijn bekomst krijgt in de
stemmingen.
Dus het college zal puntig ingaan op wat zij vinden van die moties in de context maar daarnaast is
het de bedoeling dat u vooral de ruimte benut om als raad met elkaar tot een verdieping van de
geleverde opvattingen en moties die ingediend zijn, te komen. Dat zou ik even met u willen vast
stellen, dat dat de aanvliegroute is. Ja?
Dan geef ik als eerste het woord aan wethouder Boelema van Financiën, en nog andere terreinen,
Onderwijs, P O, enzovoorts.
Het woord is aan wethouder Boelema.
WETHOUDER BOELEMA:
Dank u, voorzitter.
Er zijn behoorlijk wat moties ingediend.
Ik zal allereerst ingaan op de motie die gaat over solide financieel beleid, financieel degelijk beleid.
Dat komt een beetje op hetzelfde neer. Vanzelfsprekend neemt het college dat over. Dat zijn de
kaders zoals we die in het coalitieakkoord hebben meegekregen en dat is voor ons een
vanzelfsprekendheid, ook gezien het rekeningresultaat, dat we dat met elkaar waar kunnen maken.
En voor wat betreft uw verzoek om criteria te ontwikkelen, het volgende. Zoals wij ook in de brief,
die wij u hebben toegestuurd over de update van de financiële positie, ook al hebben verteld,