196
De overige leden.
De motie is verworpen.
Dan komen we bij de opslag van kernafval op of onder het grondgebied van de gemeente Breda.
Mevrouw Schokker, GroenLinks.
MEVROUW SCHOKKER: j u
Voorzitter, op 26 september 2011 hebben de gemeenteraden van de meerderheid van de inwoners
van West Brabant het bestuur van de gemeenschappelijke regeling West Brabant verzocht in de
Strategische Agenda op te nemen dat er geen opslag van kernafval op of onder het grondgebied
van de regio zal worden toegestaan. Toch heeft het algemeen bestuur van de West Brabantse
samenwerking deze amendementen afgewezen omdat het bestuur van mening was dat de
Strategische Agenda niet het goede platform zou zijn waar deze discussie plaats zou moeten
vinden. Het bestuur was het wel eens met de gemeenteraden dat deze discussie in West Brabant
qevoerd moest worden. Want de opslag van kernafval is nog steeds actueel. West Brabant staat
nog steeds op de kaart als zoekgebied voor de opslag van Nederlands kernafval. En nu is ook de
Belgische regering een onderzoek gestart naar de mogelijkheden van opslag aan de Nederlandse
grens. Hierbij is de grens ten zuiden van Breda ook in beeld. Inmiddels hebben zich al 43
qemeenten uitgesproken niet mee te zullen werken aan de opslag van kernafval, waaronder de
qemeenten Werkendam, Oosterhout, Baarle Nassau, Alphen Chaam in onze regio, maar ook grote
steden zoals Dordrecht en Eindhoven. Een aantal gemeenten zullen nog volgen. Daarom is het van
belang dat er ook een uitspraak van de gemeenteraad van Breda over haar eigen grondgebied
komt. Met de uitspraak van Breda zal er een aaneengesloten gebied van gemeenten ontstaan die
gevrijwaard willen worden van kernafvalopslag op hun grondgebied.
Daarom heeft de GroenLinks fractie, mede namens D66, 2 vragen aan de raadsfracties.
Kunt u zich uitspreken over de vraag of Breda moet meewerken aan de opslag van kernafval op of
onder het grondgebied van de gemeente?
En de 2e vraag is of u uw bezorgdheid zou willen uitspreken over de opslag van Belgisch radioactief
afval onder de grond nabij de Nederlandse grens en deze bezorgdheid ook kenbaar zou willen
maken aan de Belgische autoriteiten.
Tot zover, voorzitter.
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Wie wenst het woord?
Mijnheer Ernst, WD.
DE HEER ERNST:
Dank u wel, voorzitter.
Het begint er een beetje bij te horen: het Tweede Kamer simulatie uurtje in Breda, voorafgaand
aan de raad.
We gaan hier als lokale overheid niet over. Het gaat zelfs om iets wat aan Europa is.
E als u bij de overwegingen kijkt, dan begint u ook wel dat er nog geen onderzoek is gedaan, en
daarna somt u een hele hoop kansen en mitsen en maren. En eigenlijk zijn dat dus de
onderbuikgevoelens en die moeten dan een basis vormen om een oordeel te vellen voor ons. We
vinden het ook een beetje hypocriet om in Nederland wel kernenergie te hebben en dat alle
gemeenten dan zo'n motie gaan aannemen en zeggen: bij ons mag het kernafval niet. Dan zegt u
dus eiqenliikdan maar naar het buitenland. Dat vinden wij ook als WD niet netjes, los nog van
het feit dat er een Europees besluit ligt dat ieder land een aantal gebieden zou moeten aanwijzen.
Dus ja, we gaan er ook niet over. Het wil niet zeggen dat we zeker voor zijn. Maar we vinden in
ieder geval dit geen reden om ons nu uit te spreken.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Stubenitsky.
DE HEER STUBENITSKY:
Ja voorzitter, eigenlijk zou ik het helemaal met mijnheer Ernst eens moeten zijn. Maar vorig jaar is
door een meerderheid van de gemeenteraad een amendement aangenomen waarin we het niet
opslaan van kernafval in de bodem van Brabant op de Strategische Agenda van West Brabant
wilden hebben. En in meerdere gemeenten van West Brabant is zo'n amendement aangenomen.
Leefbaar Breda heeft het amendement toen niet gesteund maar respecteert een democratisch
qenomen beslissing. Tot ieders verbazing kwam het niet op de Strategische Agenda. We kregen te
horen dat een stuk of 6 gemeenten het op hun verlanglijstje hadden gezet. Welke gemeenten dat
waren en hoeveel bewoners die vertegenwoordigden, kregen we niet te horen. Ik heb steeds meer