248
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
De heer Blankenstein.
DE HEER BLANKENSTEIN:
Kijk, als u deze gegevens allemaal zo op een rijtje zou kunnen zetten zoals u nu zegt, dan lijkt het
me toch geen probleem om gewoon een overzicht te presenteren. Ik heb het ook al in de
commissievergadering aan u gevraagd. Toen zei u dat u met het overzicht zou komen maar dat
heb ik niet gekregen. En natuurlijk, bij moties is het misschien de gebruikelijke gang van zaken
geweest in het verleden maar we staan als stad wel voor een omvangrijke bezuinigingsoperatie
van 30 miljoen euro die grote consequenties heeft voor het financiële meerjarenperspectief in de
stad. Dus dan is het toch volstrekt logisch dat we dat misschien ook een keer op een andere wijze
doen dan gebruikelijk zodat u zich daar goed op verantwoordt en dat wij ook in de toekomst daar
rekening mee kunnen houden als we keuzes moeten maken.
WETHOUDER BOELEMA:
Ja, zoals ik al zeg, kent iedere begroting fluctuaties. En dat geldt voor gelden die we extra krijgen.
Ik noem even een voorbeeld. God zij dank krijgen we af en toe ook extra geld van het rijk.
Bijvoorbeeld op het gebied van voorscholen, maar ook op het gebied van vroegtijdig schooluitval,
om maar even in mijn eigen portefeuille te blijven. Daarvan laten we ook niet in een apart lijstje
zien op welke wijze we dat geld extra inzetten want daar heeft u immers voorstellen voor
gekregen op welke manier we dat de komende jaarschijven willen effectueren. En datzelfde geldt
natuurlijk ook als er wat van de begroting af gaat. Dus daarvan heeft u ook, om maar even in mijn
eigen portefeuille te blijven, over accommodatiebeleid, daar zit een duidelijke taakstelling op,
daarvan hebben we met elkaar afgesproken, daar heeft u op 22 september vorig jaar een besluit
over genomen. We rapporteren ook nu dat een gedeelte van die taakstelling die over 2011 gold,
dat we die niet gehaaid hebben en waarom we die niet gehaald hebben, en ook wanneer u wel
informatie krijgt over hoe we daar dit jaar mee omgaan. Ik weet niet zo goed wat ik daar meer aan
moet toevoegen dan die tussentijdse informatie die u daar iedere keer over krijgt en de vragen die
u daarover ook kunt stellen. Dus dat is waarom ik zeg tegen u: misschien vinden we de oplossing
vanavond niet zoals u hier bij elkaar zit maar moeten we daar op een ander moment over verder
praten, over welke dingen u dan wel of niet extra informatie wenst en dat u mij kunt aangeven van
welke dingen de informatie ook niet duidelijk is. Want volgens mij zijn wij met elkaar zoals we hier
zitten kampioenen raadsbrieven schrijven om u op de hoogte te houden over op welke manier we
afwijkingen constateren, verantwoording afleggen voor het beleid en op welke manier we dat willen
verbeteren. Daarover willen we altijd heel graag met u in gesprek.
DE HEER BLANKENSTEIN:
Voorzitter...,
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Mijnheer Blankenstein.
DE HEER BLANKENSTEIN:
Ik denk dat het dan juist heel makkelijk is als je het juist met een tabel doet. Want dan kunnen we
het gewoon makkelijker volgen en dan hoeven er ook niet zo veel raadsbrieven geschreven te
worden. Ook met name op het gebied van de taakstelling arbeidsparticipatie zouden we toch graag
helder willen blijven volgen hoe het daar nu mee staat. Want in eerste instantie was de taakstelling
arbeidsparticipatie maar tegenwoordig is het vooral taakstelling WMO en ander beleid.
WETHOUDER BOELEMA:
Ja, ik heb daar suggesties bij gedaan en daar blijf ik bij. En ik ben benieuwd hoe de meerderheid
van de raad daarover denkt. Goed...,
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, mag ik dan nog op dit punt een vervolgvraag stellen?
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Mijnheer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Want de wethouder zegt: we doen ons uiterste best om transparant en per raadsbriefkampioen de
raad te informeren. Maar de wethouder begint haar betoog met we sluiten af met een licht positief
resultaat, terwijl nou net de conclusie is van iedereen die daar naar gekeken heeft, het is helemaal