DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER: Dank u wel. Nog iemand anders van uw raad? Dan geef ik het woord aan wethouder Willems. WETHOUDER WILLEMS: 3a voorzitter, ik heb niet veel vragen meer gehoord, wel reacties. Het is uiteraard mogelijk om de proef wat korter te doen zoals de heer De Beer vraagt. Als de meerderheid dat voorstel steunt, trouwens als de meerderheid dat niet steunt, ik wil dat graag meenemen in mijn invoering van de pilot. Laat ik even wel helder zijn: er is geen gat in de begroting dit jaar. We kunnen dus tijdelijk bekijken of de pilot voldoende oplevert in deze stallingen om het volgend jaar structureel in te voeren omdat dit gat in de begroting gedicht is doordat de verbetervoorstellen die nu op ongeveer 3,5 ton staan aanzienlijk lager zijn dan de kosten die wij in de begroting hadden opgenomen voor de aanpassing van de nieuwe stalling. Dus dat is de ruimte die we hebben dit jaar in de begroting. Die hebben we volgend jaar niet; op een gegeven moment is die ruimte weer weg. Maar die ruimte willen we dus nu gebruiken om dit uit te proberen om daarmee de proef volgend jaar al dan niet definitief te maken. Er moet inderdaad betaald worden en dat denken wij op deze manier te kunnen doen vanuit hetzelfde vertrouwen zoals ook vanuit de CDA fractie wordt uitgesproken en anderen. Maar dan blijft het een experiment. U noemt het zelf ook innovatief. Maar ik ben zeker bereid om snel na de zomervakantie, als de proef eenmaal loopt, om dan met u te overleggen over de effecten zoals we die dan kunnen meten en dan met elkaar conclusies te trekken. Overigens ten overvloede: het voorstel gaat niet over het invoeren van de betaling van de fiets. Dat was het commissiestuk wat wij aan de commissie ter bespreking hebben gelegd. Dus vandaar dat het ook nu aan de orde is. Maar het voorstel als zodanig gaat echt over de kwaliteitsverbetering die nodig is en ook samenhangt met het handhavingsbeleid en met het invoeren van het betaald stallen. De motie van de VVD had ik nog niet gezien. Die krijg ik nu voor mij. Ik probeer er even achter te komen op welk moment dit moet ingaan. Zo te zien, staat dat er niet in. Misschien moet dat nog even helder worden want als de motie zou worden aangenomen, is het natuurlijk wel handig om te weten wanneer we dat kunnen gaan invoeren. Daar zijn wel voorbereidingsmaatregelen voor nodig. DE HEER DIJKHOFF: Meteen. DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER: Kunt u daar een antwoord op geven..., DE HEER DIJKHOFF: Ja..., DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER: wanneer dat ingevoerd moet worden. DE HEER DIJKHOFF: Zo spoedig mogelijk, op de termijn dat eerst de pilot in zou gaan. En dan heb ik ook een vraag aan de wethouder. Want hoor ik hem nu een structureel bedoelde opbrengst die dan niet gehaald wordt, compenseren met incidenteel geld wat we nu nog een jaar hebben? Want volgens mij is voor meerdere jaren in de begroting gewoon die opbrengst opgenomen en niet van dan doen we wel even iets niet. DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER: We gaan geen 3e termijn doen. Dat is niet de bedoeling. Mevrouw Van Mourik, u heeft het antwoord van de wethouder gehoord. Wat is uw reactie hierop? Wilt u een schorsing of wilt u geen schorsing? MEVROUW VAN MOURIK: Nou ja, ik heb eigenlijk 2 vragen. Komt de wethouder met een nieuw voorstel? En handhaaft de heer De Beer zijn voorstel?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 61