280
Nog iemand?
Mijnheer Ernst.
DE HEER ERNST:
Even heel kort kan ik me bij dat eerste gedeelte van de heer Van Lunteren, laten we gewoon gaan
bouwen, aansluiten.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
Nog iemand?
Dan geef ik het woord aan wethouder Arbouw.
WETHOUDER ARBOUW:
Voorzitter, dank u wel.
We hebben inderdaad uitgebreid in de commissie erover gesproken. Het is ook, zoals Breda'97
aangeeft, ook een project wat eigenlijk onderdeel uitmaakt van een groter programma, het
programma Kraayenberg, wat eigenlijk al dateert van begin jaren 90. En dit is eigenlijk het laatste
gebiedje van dat totale plan, wat nu voor ligt. Als je naar het totale plan van 225 woningen kijkt,
en wat ook al in de tussentijd aan premie A woningen, huurwoningen, starterswoningen en
patiowoningen in dat gebied gemaakt is, en daar is onze conclusie op gebaseerd als college, dat
met deze laatste afronding het totale plan aan die 30% starterswoningen ook werkelijk voldoet
zoals ook in de Nota van uitgangspunten Ulvenhout is verwoord.
Ik heb inderdaad nog contact gehad met de heer Van Hofwegen omdat ik me natuurlijk ook even
verdiept heb in de historie en met hem ook even overlegd heb van, de commissie gehoord
hebbend, - want dat heeft hij uiteraard gevolgd en ook in de krant gelezen -, waar zitten er
wellicht nog mogelijkheden. Maar goed, als je dan goed kijkt hoe de situatie is, want we hebben
natuurlijk over dit plan al 3 jaar met elkaar gesproken. De gemeenteheeft gevraagd om de
appartementenblokken waar men inderdaad nog steeds vergunning voor heeft, om te vormen naar
de grondgebonden woningen. Er is inmiddels al een woning afgevallen van 29 naar 28. Hij heeft
nog een extra grondstrook aangekocht op ons verzoek van de gemeente van Staatsbosbeheer en
ook van de gemeente zelf om uiteindelijk met 3000 meter extra een beter kwaliteitsplan te kunnen
maken en dat plan ook beter te kunnen afronden. En als je dan kijkt dat ook daarnaast nog, naast
die starterswoningen, er ook nog 2 goedkope gezinswoningen in zitten, is mijn conclusie bestuurlijk
dat wij uiteindelijk kunnen terug kijken op een lang proces, met uiteindelijk wel een veel beter plan
dan wat er lag. En wat mij betreft, hebben we hiermee ook een punt bereikt waarvan ik zeg:
volgens mij kan ik dat in goed vertrouwen, ook kijkend naar een sterke programmering, aan u
voorleggen, als je naar de locatie kijkt, - ik heb het er de vorige keer al over gehad -, die matrix
van afwegingen en belangen, als je dan kijkt uiteindelijk met alle aanpassingen die nog op grond
van de inspraakbijeenkomsten ook nog uitgevoerd zijn, denk ik dat het uiterste wel uit de kan is
gehaald.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter...,
WETHOUDER ARBOUW:
Mijn voorstel is dan ook om niet mee te gaan met het verzoek om het onderwerp niet in stemming
te brengen en pas volgende maand te behandelen. Mijn voorstel is om met name vanavond
hierover positief te besluiten zodat we zo snel mogelijk aan de gang gaan.
Een laatste punt nog even: de vraag over de vergunning. Want realisatie staat bij ons voorop. En
we hebben, zoals u weet, als een van de instrumenten van sterke programmering de
bouwvergunning omgevingsvergunning verleend als middel waar een termijn aan vast zit. Dat
hebben we met elkaar afgesproken. En als hij daar geen gebruik van maakt, en dat er dus niet
gebouwd wordt, hebben we de mogelijkheid om hem weer terug te halen.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Goed. Dank u wel voor de beantwoording.
2e termijn.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Heeft iemand behoefte aan een 2e termijn?
Mevrouw Schokker.
MEVROUW SCHOKKER: