312
bij wijze van spreken niemand meer de bewaakte fietsenstallingen gaat gebruiken, ik verwacht
het overigens niet dan moeten we op onze schreden terug keren. En hetzelfde geldt op het
moment dat de invoering van het betaald fietsparkeren leidt tot een onverantwoorde toename van
de automobiliteit en een druk op de toegangswegen en de parkeervoorzieningen. We moeten dat
dus vooral goed gaan monitoren. En tot slot waren wij uiteindelijk best wel blij dat de wethouder
met een voorstel kwam, innovatief: laten we niet beginnen met een vast bedrag maar laten we nou
eens vragen aan de fietsers wat zij in eerste instantie bereid zijn om voor een dergelijke
voorziening te betalen. We hebben daar best wel wat vertrouwen in. En zeker in het aangepaste
voorstel omdat we nu ook gewoon heel consequent zeggen: we gaan het experiment in alle
bewaakte fietsenstallingen doorvoeren.
Een vraag heb ik nog wel aan de wethouder. In het voorstel staat voor de aanloop...,
U hoopt €0,30 per fiets op te halen in de aanloopfase en een marge van 10% is daarbij acceptabel.
Wijkt de opbrengst op 1 november meer dan 10% van de doelstelling af, dan wordt op 1 januari
2013 een vast tarief van 0,50 ingevoerd. Ik neem aan dat het alleen maar geldt voor een marge
van 10% naar beneden. Op het moment dat het 10% meer blijkt op te leveren, dan zou ik, - en ik
neem aan dat de rest van de raad dat met mij eens zal zijn -, vooral doorgaan met het experiment.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
De heer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Dank u wel, voorzitter.
Ik blijf even hier zitten.
De wethouder heeft het zich weer niet makkelijk gemaakt met dit voorstel. Wat ons betreft, was
het eerste oorspronkelijke voorstel al helemaal niets. Fietsen moeten gewoon, wat de SP betreft,
qratis te stallen zijn in de binnenstad. En dit voorstel, - u maakt het helemaal erg -, het is 3 keer
niks. Een kortere pilot en nog eens in alle stallingen. Het lijkt, wat ons betreft, wel heel erg een
rechtse hobby van zure autorijders te worden, een beetje fietsertje pesten.
De SP stemt dus gewoon tegen het voorstel. Leve de fietsers. Gezonder en beter voor het milieu.
De binnenstad in, wat ons betreft.
Dank u wel.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Dank u wel.
De heer Van den Berg.
DE HEER VAN DEN BERG:
Dank u wel, mevrouw de voorzitter.
Hoeveel commotie kan er eigenlijk ontstaan om een fietsenrek?
Fietsparkeren. Breda'97 is van een groene, leefbare en verkeersvriendelijke stad. Ja, wie niet
natuurlijk? Het hebben van voldoende en kwalitatief goede fietsparkeergelegenheid maakt wat ons
betreft, integraal onderdeel uit van een dergelijke visie. Je stimuleert de mensen om met de fiets
naar de binnenstad te komen, je zorgt als stadsbestuur voor een adequate faciliteit en als bonus
krijg je bijna vanzelf, qua fiets dan althans, een mooi opgeruimd beeld in de binnenstad. Van
Breda'97 had dan ook eigenlijk het vorige fietsplan zonder meer zo in uitvoering mogen worden
gebracht. Wel met de toevoeging dat een en ander gratis zou blijven. Bijna geen betere manier om
mensen te stimuleren, dan middels de portemonnee.
Voorzitter tijdens de eerste behandeling van dit plan tijdens de commissie, viel ik wel van de ene
in de andere verbazing. Want afgezien van het feit dat de coalitiepartners geen spaan heel lieten
van het voorstel, moest zich een groot aantal Bredanaars klaarblijkelijk ook nog de geuzentitel
fietshufter laten aanmeten. Althans, zo werd volgens mij de betalingsbereidheid van de gemiddelde
fietsparkeerder op waarde geschat in deze coalitie.
MEVROUW VAN OOSTERHOUT:
Voorzitter, mag ik daarop interrumperen?
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Mevrouw Van Oosterhout.
MEVROUW VAN OOSTERHOUT:
Dat is volgens mij niet zo gegaan, die discussie. U verwijst, denk ik, naar de terminologie die mijn
collega er voor heeft gebruikt. Hij bedoelde dat zo dat degene die niet zou betalen en niet degenen
die er wel wat voor over hebben.