Verzoekt het college om te bezien of in samenwerking met private partijen tot opknappen van
enkele inloopstraten kan worden overgegaan en zo ja, hiervoor een substantieel bedrag te
reserveren uit het beschikbare investeringsvolume.
Gaat u verder.
DE HEER VAN DEN BERG:
Voorzitter, waar de politiek ook goed in is, dat is zaken complexer maken dan ze wellicht werkelijk
zijn. Vandaar dat we onze laatste 2 moties samenvatten onder een kopje Bereikbaarheid/Mobiliteit.
De visie van Breda'97 is eigenlijk dan ook simpel. Fietsen moeten we enthousiasmeren en daarom
mogen we die gratis parkeren. Deze slogan is eventueel beschikbaar voor 12 september. U kunt
ook auto invullen waar fiets staat. En als we het dan over auto's hebben voorzitter, ook auto's
parkeren doen wij het liefst gratis bij de Galderse Meren. Deze motie echter zou bij voorbaat
kansloos zijn. Daarom in onze motie, met pijn in het hart wel te verstaan, wel betalen, maar een
schappelijk maximaal dagtarief hanteren. Daar kan in deze economisch wisselvallige tijden
tegenwoordig toch niemand tegen zijn.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Motie nummer 15. Evaluatie fietsparkeren.
Verzoekt het college in november 2012 de resultaten van de proef betaald fietsparkeren eerst aan
de commissie Ruimte voor te leggen, alvorens bij de begrotingsbehandeling in de raad het
definitieve besluit te nemen over verplichte betaling ad 0,50 per geparkeerde fiets per 1 januari
2013.
En dan motie 16. Parkeren Galderse Meren.
Draagt het college op vanaf heden het dagparkeertarief voor auto s bij de Galderse Meren te
maximeren op 2,—.
En dan wil ik nu even het woord geven, als interruptie, aan de heer Ernst.
DE HEER ERNST:
Dank u wel, voorzitter.
Mijnheer Van den Berg, u zei dat u een financieel degelijke partij bent en dat u dat ook uitdraagt.
Alleen met de laatste 2 schiet u wel al een gat in de begroting. En er staat ook niet bij hoe u dat
wilt dekken.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Mijnheer Van den Berg.
DE HEER VAN DEN BERG:
U heeft het nu over het fietsen en de Galderse Meren, begrijp ik?
Fietsen en de Galderse Meren, we hebben het dan over bedragen van 1,5 ton bij de Galderse
Meren en wat we dan niet helemaal niet kunnen inboeken, want die 2,-- krijgen we dan nog
steeds, en dat fietsen, dat zou dan voor 90.000,-- of 80.000,-- uit mijn blote hoofd, op
jaarbasis zijn om dat te genereren. Dat vinden wij eigenlijk een dusdanig..., Ik bedoel, het is geen
klein bier maar een dusdanig bedrag in deze grootte..., Ik bedoel, als we zien wat er nu nog aan
investeringsruimte ligt, dat we daar misschien toch nog eens met elkaar over moeten praten of
daar geen mogelijkheden zijn.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
De heer Ernst.
DE HEER ERNST:
Ja voorzitter, maar u heeft het over investeringsruimte. Dat is eenmalig geld. En waar u het nu
over heeft, dat is gewoon exploitatie. En volgens mij is financieel degelijk gewoon sluitend.
DE HEER VAN DEN BERG:
Dat is correct. Ja goed, er zijn wel meer eenmalige gelden. Dus ik denk dat we als raad daar met
elkaar over gaan praten dat we daar dan ook wel mogelijkheden voor zien. Dus u moet dat meer
als een soort visie zien en het geld daar komen we echt wel samen uit volgens mij.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Goed. Dank u wel.
Gaat u verder.