396
dat de heer Hardorff net ook al proberen uit te leggen: die zorg moet heel centraal staan. Maar
juist vanwege de data en de timetabels waar we aan vast zitten, thuiszorg loopt nog tot eind 2013,
een aantal decentralisaties worden ook pas naderhand geëffectueerd, kan het geen
beleidsvoornemen voor het jaar 2013 zijn maar voor het moment daarna. En dan is het omdat het
niet iets is voor de begroting 2013 maar een opdracht aan het college,was ons idee nou juist....,
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Beperkt u zich tot de vraag.
DE HEER AKINCI:
Een amendement is niet gepast; het moet een motie zijn. En daar lijkt u nu helemaal aan voorbij
te gaan.
MEVROUW HAAGH:
We begrijpen uw idee maar ik zit niet zo vast aan timetabels.
Ik kijk naar de zorgbehoeften die er nu zijn en de veranderingen die nu op ons afkomen. En dan:
het gewoon helemaal niet noemen als speerpunt in deze Voorjaarsnota is een groot gebrek. Dus
wij hebben ook geen amendement. Het is een motie want wij gaan niet de tekst voor deze coalitie
schrijven. Het is een motie maar daarmee zeggen we wel: college, draag uit dat dit een speerpunt
is naast wonen, leven en werken. Dat is het enige wat we vragen en ik denk dat dat een hele
belangrijke is op dit moment en dat het vooral gehoor geeft aan de vraag vanuit de stad en uit de
raad.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Mevrouw Groeneweg.
MEVROUW GROENEWEG:
Ja mevrouw Haagh, u heeft mij al een aantal keren genoemd, met mijnheer Hardorff al 2 keer.
Ik vraag mij af: wat voegt dit precies nou feitelijk toe aan wat we al hebben afgesproken en
uitgezet en al lang met elkaar hebben besloten? Want volgens mij gaan we heel veel aan die zorg
doen en is alleen maar het noemen van we hebben een speerpunt zorg..., En dat gaan we nou weer
uitwerken, we zijn al met allerlei uitwerkingen bezig. Is het niet wat overbodig omdat we juist
reeds al die dingen aan het uitzetten zijn, met name naast de motie die GroenLinks al doet?
MEVROUW HAAGH:
Wij vinden dat niet overbodig.
Het is een speerpunt wat echt de volle aandacht behoeft. En wat ons betreft, gaan we dat pro
actief uitdragen en dat doen we door eerst te zeggen: het hoort bij die 4 punten die wel genoemd
zijn. En aan u de vraag om te kijken of u dat overbodig vindt of dat u net als in de
commissiebehandeling zegt: dit is echt een gemis en laten we dit met z'n allen oppakken. Het is
een signaal.
DE PLAATSVERVANGEND RAADSVOORZITTER:
Goed. Dat was uw bijdrage? Dank u wel.
Dan geef ik het woord aan mevrouw Van Beek.
MEVROUW VAN BEEK:
Dank u wel.
Een paar weken geleden kreeg ik een folder in de bus en op dat foldertje stond dat er bij mij om de
hoek een kuub zand gestort zou worden.
DE HEER SZABLEWSKI:
Dat was de Voorjaarsnota.
MEVROUW VAN BEEK:
Dat was niet de Voorjaarsnota. Het was een folder vanuit buurtbewoners, die aangaven, dat waren
6 moeders die het initiatief hadden genomen, zij hadden gezien dat er wijkdeals gesloten konden
worden. Zij hadden de kans gezien om een terrein wat al jaren braak ligt, waar ze heel veel
initiatieven willen ontplooien maar wat tot nu toe nog niet gelukt was, zagen zij een mogelijkheid
dit nieuwe speelbeleid en vervolgens werd er een mogelijkheid geboden om met de kinderen met
zand te spelen. De bewoners gingen het van tevoren zelf met de kinderen in orde maken. Ik zeg,
en daarmee stond er eigenlijk een multiplyer effect. Wat dat eigenlijk te maken heeft met de 2e
termijn weet ik ook niet, maar het laat wel zien dat het CDA dit soort initiatieven waardeert en ook
ziet als nieuwe kansen van het nieuwe beleid. En ik denk dat het daar ook om moet gaan. Wat zijn
