443 alleen maar beter. Ik heb al gezegd: de festivals zouden niet meer plaats kunnen vinden dit jaar als er geen geld van Culturele Hoofdstad voor beschikbaar was. Dat zit in die opmaat gelden. Dus we hebben eigenlijk al een stukje profijt om bestaande voorzieningen die eigenlijk afliepen omdat het geld van de provincie terugliep, om die op die manier door te kunnen zetten. Dat is eigenlijk alleen maar pure winst en daar zullen we dus mee doorgaan. DE HEER VAN LUNTEREN: Begrijp ik dan ook goed dat wij dan in dat ambitieniveau van MOTI, - vreselijke naam -, die 0,7 miljoen die ze niet van het rijk krijgen, - die geven wij er ook bij -, om dat ambitieniveau dan op peil te houden? WETHOUDER WILLEMS: Nee, kijk, geld wat bij anderen bezuinigd wordt, kunnen wij niet compenseren. Dat zal duidelijk zijn. Daar hebben wij geen geld voor. Ik heb gezegd: het gemeentelijk budget blijft intact, die bedragen. En we proberen daar waar problemen zijn, die problemen op te lossen door te reorganiseren, door samen te werken, door te kijken hoe je efficiënter kunt werken, of door middelen van derden te organiseren. Dat is de opgave waar MOTI voor staat onder andere. Dat is niet omdat wij daarop korten, maar omdat het geld wat de provincie gaf, niet meer doorgaat, en het rijk niet bereid is om in dat gat te springen. In een tijd van 200 miljoen bezuinigen is dat eigenlijk ook wel een beetje te voorspellen. Vervolgens zitten wij voor de opdracht, dat geld is weg, we hebben aan de provincie een oproep gedaan, denk met ons mee over het gat wat daardoor ontstaat. Dat is dus niet een gat wat wij als gemeente op kunnen vangen maar we kunnen wel met derden, Europees geld, nationaal geld en provinciaal geld kijken hoe we daar een mouw aan kunnen passen. Met die discussie zijn we bezig. DE VOORZITTER: Gaat u verder, wethouder. WETHOUDER WILLEMS: De tweede oproep van de heer Elbertse spreekt mij ook zeer aan. Betrek leegstaande panden bij de ambities van Culturele Hoofdstad. Prima, is ook al gedaan, iedereen heeft ook al suggesties daarvoor gedaan. Er wordt al gesproken over wat doen we met die Rechtbank straks als die in 2016 leeg komt, met de kazerne die misschien leeg komt, leegstaande gebouwen in het Spoorzonegebied. Dus wat dat betreft, is dat prima om dat in te vullen in de programma activiteiten. En laat iedereen maar met goede projecten komen. We hebben veel geld straks beschikbaar om dit soort projecten op gang te brengen met ook een duurzaam karakter. Overigens geldt dat voor alle initiatieven die genomen worden, ook zoals die in Kansen voor Breda staan. Wat ik eigenlijk niet wil, - want dan zou ik in strijd zijn met de opdracht die uw raad ons zelf gegeven heeft -, dat we het ten koste laten gaan van onze ambitie in de Spoorzone. Want daar hebben we als raad en als college nu wel alle belang bij om een belangrijk deel van die middelen juist te gebruiken om die Spoorzone verder in die transformatie te helpen. Dus als daarvoor die Kashba een goed instrument is, moetje dat doen. En dan moetje daarnaast, in alle andere panden die zich daarvoor lenen, kijken of je goede projecten kunt organiseren. Daar hoort Sint Joost bij, daar hoort NHTV bij, Game Academy, iedereen die daar verder iets over kan melden en kunstenaars zijn welkom. Dus met alle plezier. Doe het, maar laat het niet ten koste gaan van onze ambities in de Spoorzone. Voorzitter, het laatste is de opmerking van de heer Hardorff. Maar die is volgens mij grotendeels al behandeld door mijn collega. Ik geloof niet dat er vanuit de heer Hardorff nog vragen voor mij over zijn. DE HEER HARDORFF: Volgens mij bent u de vraag van de heer De Beer nog vergeten over het meebetalen door de regio. WETHOUDER WILLEMS: Ja, dat is een vraag die ik ook van de heer De Beer gehoord heb. Dat heb ik eigenlijk ook maandag aan u uitgelegd. In de notulen van de Stuurgroep staat de zin, en die is er op ons verzoek in gekomen: De stuurgroep bevestigt dat initiatieven in de regio in aanmerking kunnen komen voor cofinanciering. Daarmee hebben we dat vastgelegd. Ook de regio doet mee aan de verdeling van de middelen. Die zullen daar zelf dus ook iets in investeren. Of dat in menskracht is of in geld van derden of eigen geld, dat staat open. Maar daarvoor gaat het meetellen voor de multiplier voor de regio West Brabant. Dat is juist. Nou, dat is de manier waarop we met de regio nu afspraken hebben gemaakt, in eerste instantie inhoudelijk, commitment uitspreken, we willen graag meedoen, en vervolgens moet dat uitmonden in concrete projecten die we met elkaar gaan uitwerken en indienen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 19