446 De 2e motie, daar heeft de heer Stubenitsky ook al wat over gezegd. Wanneer u zegt: wethouder, zorg ervoor dat Breda de leegstaande gebouwen, de braakliggende terreinen, en alles wat de stad heeft aan ruimte die op dit moment niet actief gebruikt wordt, stel dat ter beschikking aan welk idee dan ook in het kader van de Culturele Hoofdstad, dan ben ik dat met u eens. Als u zegt, en dat is het 2e gedeelte van het dictum, ruil die Kashba daarvoor in, dan denk ik: die kant moeten we niet op gaan. Het is niet aan ons om te beoordelen of het idee van een kunstenaar als Piet Hein Eek wel of niet toepasbaar is of beter anders vorm gegeven kan gaan worden. Piet Hein Eek, zijn werk is het vervolgens niet om politiek te bedrijven behalve die ene keer in de 4 jaar dat hij naar de stembus gaat, tenzij hij raadslid wordt, uiteraard. Dan tot slot voorzitter, een wat algemene constatering en een smaak die ik in ieder geval bij een aantal fracties een beetje over heb gehouden na de le termijn. Ja, het gaat om een investering van 10 miljoen euro. Ja, we hopen daar veel voor terug te krijgen. Het dubbele wordt gezegd, 5 miljoen wordt gezegd. We krijgen er in ieder geval meer voor terug. En ik wil dit project niet zien als een project waarbij je alle financiën langs de liniaal legt en in 2021 gaat bekijken of je nu wel tot op de laatste stuiver het maximale eruit hebt gehaald of net niet. Als je op die manier met elkaar gaat samen werken binnen Brabantstadverband en binnen de provincie, dan kom je er niet met die gezamenlijke agenda. Dan wordt dit gewoon een project waarbij iedereen alleen maar probeert het maximale voor zichzelf eruit te halen en dat is geen samenwerking. Volgens mij moet je dit project, en dat is dan ook maar een sprong van vertrouwen die je moet maken, met enthousiasme inzetten, en moet je er op een gegeven moment voor gaan. Het is goed dat we over geld gepraat hebben, het is goed dat we over de voorwaarden gepraat hebben maar volgens mij moeten we vanaf nu tot 2018 en ver daarna, praten over de inhoudelijke projecten die Brabant aantrekkelijker maken, leuker maken en leefbaarder maken. DE VOORZITTER: Ik dank u zeer, mijnheer Akinci. Het woord is aan mijnheer Van Lunteren, SP. DE HEER VAN LUNTEREN: Ja, na de woorden van nu van de heer Akinci, wil ik dan toch nog wel wat toevoegen. Dus liever niet nu maar straks pas vaststellen. En de wethouder zegt die 2,5 miljoen die komt uit de Nieuwe Veste. Die komt dus niet uit de cultuursector, geen bureaucratie meer wegsnijden, verder niks, dus dan begrijp ik goed dat die 2,5 miljoen dan ook niet meer meetelt uit de taakstellingen waar ze eerder voor weg geschreven waren, voor bedrijfsvoering of waar waren ze eerder voor weg geschreven. Die waren natuurlijk ergens ingeboekt. Daar wil ik wel graag duidelijkheid over hebben van de wethouder van Financiën. En de wethouder zei ook dat het ambitieniveau verder hetzelfde blijft voor alle culturele instellingen, dat ze op dezelfde plaats blijven, dat alles op zijn plek blijft, dat alles open blijft. Dat is een heuglijk feit voor de cultuursector volgens mij want die maakte zich toch ernstig zorgen vanavond over die 3 miljoen. Nou dat koppen we maar in dan als SP en als sector. Ik had nog gevraagd in mijn le termijn of dan de factor C leidend was. Ik ben benieuwd of de wethouder daar nog iets over kan zeggen. Want die hebben we ooit samen vastgesteld en die hoor of lees je nergens meer in terug. Wat doen we daar mee? Moeten we die dan niet eens updaten? Dan blijft de SP wel kritisch. Want die 6 miljoen extra. Kijk, de wethouder begrijpt Den Bosch heel goed maar 10 miljoen erbij op het bestaande in Den Bosch is hetzelfde als dat wij nu ook gewoon nog die 6 miljoen erbij doen op het bestaande wat we zelf hebben. Het blijft bij ons ook 6 miljoen op het bestaande. Het lijkt mij dan als de wethouder Den Bosch begrijpt, dat ze de SP ook wel begrijpt, dat wij daar niet heel enthousiast voor worden. Dus wij zullen tegen stemmen. En over de moties van het CDA zou ik het volgende willen zeggen. De ene over de Kashba, daar kunnen we ons wel in vinden met toevoeging dat het voor ons vooral gaat om die structurele inbedding van kunst en cultuur, dat die mensen niet als een soort nomaden iedere keer worden ingezet om ergens een plek aantrekkelijk te maken voor de vastgoedjongens, maar dat ze ook echt eens een keer een plek krijgen waar ze zich kunnen ontwikkelen. Dus daar stemmen we voor. En die andere over een extra tussenlaag, die dan weer geen tussenlaag is, daar zijn we tegen want het is al een draak van een organisatie. Dus laten we het niet erger maken dan het is. Dank u wel. DE VOORZITTER: De heer Hardorff. DE HEER HARDORFF: Dank u wel, voorzitter.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 22