449 betrokken. werd. Dus ik denk dat we er onszelf een enorm plezier mee doen om hier als het ware een ubbe e verantwoordelijkheid te hanteren. Want volgens mij wordt het bestuur en daarmee de voorstellen en uiteindelijk onze positie er alleen maar krachtiger door. Dus volgens mij is het helemaal met zo'n zware afweging. DE VOORZITTER: Goed. Ik stel vast dat we op zich in 2 termijnen gesproken hebben. Er is in de 2e termijn op de valreep nog een 2-tal moties ingediend. Is er nog behoefte voor een 3e termijn of kunnen wij overgaan tot het opmaken van de balans. DE HEER VAN LUNTEREN: Ik zou nog wel graag antwoord krijgen van het college. DE VOORZITTER: Is er van die zijde nog behoefte? Wethouder Boelema. Ik wil even kijken of er behoefte is aan een 3e termijn en dan is het even aan het college om kort een reactie op de moties te geven. Dat betekent dat we een opvatting geven en dan hebben we het, wat mij betreft, daarmee dan gehad en dan kunnen we overgaan tot de stemverklaringen. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, kunnen we de 3e termijn dan beslissen na de 2e termijn van het college? Want ik kan nu toch niet zeggen of ik alsnog iets wil. Als zij er een potje van maken in 2e termijn, dan zou ik zomaar een 3e termijn willen. DE VOORZITTER: Dat is denk ik niet een juiste benaming. v Wij zijn hier samen in een samenspraak en dan is het niet wie wat doet. Dat vind ik niet zo gepast. Ik geef het woord aan de wethouder voor een reactie op datgene wat geleverd is. Wethouder Boelema. WETHOUDER BOELEMA: Dank u wel, voorzitter. Eigenlijk staan er van mij vooral nog 2 moties open en verder geen financiële vragen meer. Ik ben blij dat daar in ieder geval helderheid in is en het is aan u om een beslissing te nemen over hoe u met een investering als deze wilt omgaan. Dat is uw eigen politieke afweging. Ik ben in ieder geval blij dat voor iedereen nu duidelijk is hoe de financiën in elkaar zitten zodat u ook een eerlijke afweging kunt maken of u daar vandaag voor of tegen bent. Dan weten we ook waar iedereen staat. Dan nog even ten opzichte van de moties het volgende. In de le termijn ben ik al uitgebreid ingegaan op de manier waarop dit college dit dossier aanpakte, in collegialiteit en met de expertise die bij alle wethouders aanwezig is die meedenken over zo'n dossier. En dat kan ook niet anders want het is een dossier wat omvangrijk is en wat ook voor veel portefeuilles meedenkwerk vraagt, waaronder natuurlijk ook het feit dat wij de gemeentefinanciën nauwlettend in de gaten houden en daar ook enorm op sturen. Het is natuurlij in zekere zin voor mijzelf een vertrouwenwekkend signaal dat u mij die gemeentefinancien zo toevertrouwt maar er zitten ook voor mij nog een aantal vertrouwenwekkende figuren in het stichtingsbestuur. De Raad van Toezicht controleert feitelijk het stichtingsbestuur en in het stichtingsbestuur hebben wij 3 kanonnen uit het bedrijfsleven zitten die ik ook enige financiële kennis toedicht. Dat zijn de heer van de Goorbergh, directeur van de Rabobank, de heer Hendriks van Philips en de heer Swinkels van Bavaria, alle drie gelauwerde mensen uit het bedrijfsleven die als geen ander ook gewoon om kunnen gaan met geld. Daarvan hebben ze hun bedrijf groot gemaakt en het zijn zelfs functies waar direct de relatie ligt met zorgen dat de uitgaven goed beheerd worden en dat er natuurlijk nadrukkelijk gekeken wordt naar de inkomstenkant. Want we hebben het continu over die 100 miljoen maar we gaan er natuurlijk ook van uit dat we met dit project een hoop sponsorgeld binnen halen en daar zijn dit soort mensen ook heel nadrukkelijk bij Ja en de Raad van Toezicht. Daar is nog een vacature. Even terug naar hoe die Raad van Toezicht in elkaar zit. Daar zitten vanuit de provincie de Commissaris in en de portefeuillehouder Cultuur. Daar zitten de burgemeester van Den Bosch in, de burgemeester van Eindhoven en alle wethouders Cultuur. En dan rest er nog een vacature. En nou vind ik dat heel veel eer om dat te gaan invullen maar ik denk dat het beter is om te kijken met de steden, - want we hebben het signaal wel duidelijk gezien en ik vind ook dat we nadrukkelijk naar die financien moeten blijven kijken - of wij niet naar die Raad van Toezicht een pleidooi kunnen doen om te kijken naar die

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 25