482 MEVROUW VAN DER SANDEN: reguliere situatie waarbij dus de drukte van de kerst en hoe die aankopen allemaal heten, er niet is, en dat juist een goed beeld kan geven voor hoe zeg maar 52 koopzondagen per jaar zich gedragen. DE VOORZITTER: Kunt u afronden wethouder? WETHOUDER MEEUWIS: Ja. Tot slot is de handrem waarover ik sprak, of de stok achter de deur van mevrouw Van Beek of hoe je die ook wil noemen, reeds gehanteerd. Het college heeft al een besluit genomen over het verbieden van een koopzondag. En dat is een pro forma besluit geweest maar wel met effect dat er niet open mag op 7 oktober aanstaande als er een loopevenement in de binnenstad is en wij van mening waren dat er op dat moment, dat het niet verantwoord is een openstelling van de binnenstad te hebben. Voorzitter, de wethouder haalt een paar stokken door elkaar, volgens mij. DE VOORZITTER: Goed. Ik stel voor dat nu tot slot het woord is aan mevrouw Giebels en dan gaan we over tot het in stemming brengen van de motie. Het woord is aan mevrouw Giebels. MEVROUW GIEBELS: Ja, er is zoveel om op te reageren. Zo raad ik u toch aan om de notulen van het Stadshart te lezen, want dan zeggen die dat er geen sprake kan zijn van een uitruil op welke suggestie dan ook. Het andere is dat ik nou niet begrijp..., Neemt u nou de motie over? Want u zegt: ik ga een onderzoek doen. WETHOUDER MEEUWIS: Ik heb aangegeven dat deze motie in mijn beleving overbodig is omdat er ten tijde van de verordening al afspraken zijn gemaakt, en dat is toen door de CDA fractie afgedwongen, dat het convenant op z'n plaats er zou zijn, en dat er duidelijke afspraken over de evaluatie zouden komen. En ik geef u aan dat ik het verstandig vind om die toezegging, die wil ik hier graag herhalen, die staat dus nog steeds, om die bij de komende commissie Economie, om daarover te spreken met elkaar. Kan ik u een voorstel doen. Ik kan de motie zoals die er nu ligt, niet overzien, en ik denk ook dat hij dus in die zin overbodig is. Ik deel uw behoefte om te evalueren. Ik wil dat graag doen op basis van de criteria waarop we destijds het besluit hebben genomen om het winkeltijdenbesluit ten aanzien van de koopzondagen in te voeren. DE VOORZITTER: Goed. Ik denk dat er voldoende van gedachten gewisseld is. We gaan over tot de stemmingen. Is er behoefte aan het afleggen van stemverklaringen? Mevrouw Van Beek, CDA. MEVROUW VAN BEEK: Dank u wel. Er werd even gewisseld of de motie nou overbodig is. De evaluatie, als ik de notulen lees, zou die al veel eerder zijn uitgevoerd. Dus misschien dat het toch wel goed is om er even wat kracht bij te zetten. En goed, wij maken ons gewoon zorgen over de binnenstad. We hebben ook een artikel daarover geschreven, over het sociaal economisch akkoord. We denken dat Breda niet een binnenstad heeft waarin het ieder voor zich is. Het lijkt goed dat daarbij alle betrokkenen betrokken worden. DE VOORZITTER: Nog andere stemverklaringen? Dan gaan we over tot de stemming. Mevrouw Giebels, het is misschien goed om uw plaats in te nemen. Ik stel voor dat we de motie in stemming brengen. Wie is voor de motie? De Partij van de Arbeid, CDA, SP, Leefbaar, Breda'97. Wie is tegen de motie? 17 voor de motie, 19 tegen de motie.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 27