575 Dan..., Mevrouw Van Beek nog een vraag. MEVROUW VAN BEEK: Het was me niet helemaal duidelijk, de laatste uitspraak van de heer Van Lunteren over Buurthuis van de Toekomst. U bedoelt dat u de motie van Breda 97 daarmee niet steunt? Want u zegt. wij zijn ertegen, wat betreft het Buurthuis van de Toekomst? Of gaat het erom dat u geen steun geeft aan de ontwikkelingen die er in de maatschappij zijn om accommodaties die er al zijn, waar ook gemeentelijk geld in zit, open te stellen voor allerlei maatschappelijke initiatieven en verenigingen waar hele mooie kruisbestuivingen plaats kunnen vinden? DE HEER VAN LUNTEREN: De SP is een vrij principiële partij. Dat zal u opgevallen zijn de afgelopen tijd. Wij geloven niet in het concept van Bibliotheek van de Toekomst, Buurthuis van de Toekomst, waar alle activiteiten maar kris kras in de stad hun plek moeten zoeken. De heer Spapens sprak recent nog over het ontstaan van buurthuisnomaden, blijkbaar een prachtig woord voor de dikke Van Dale, om dat er in te krijgen dit jaar. Dat is wat er gebeurt. Mensen moeten gaan zwerven door de stad op zoek naar een dartbord, op zoek naar een kaarttafel. U zei het deze week al, ze kunnen fijn biljarten in de voetbalkantine. Die man achter de bar van de voetbalkantine speelt in het 5e en die moet dan door de week ineens oppas worden van een paar mensen die daar komen biljarten of jongeren uit de buurt die daar komen darten. Daar is hij niet voor opgeleid. Hij is gewoon voetballer in het 5e die op dinsdagavond bij de training komt tappen. Daar moet u eens over nadenken als CDA. En om die reden steunen wij geen initiatieven die afkoersen op dat concept van de toekomst van buurthuizen en bibliotheken. DE HEER ERNST: u Voorzitter, ik had niet gedacht dat ik vanavond nog eens even over solidariteit zou beginnen. Maar als ik u nu hoor en hoe ik u normaal altijd hoor dat iedereen voor elkaar moet zorgen en dat er toch solidariteit moet zijn. En nu valt u mensen af die dat vrijwillig doen en die ook zeggen dat zij het hun maatschappelijke plicht vinden om dat te doen en dat vind ik echt schande. DE HEER VAN LUNTEREN: Waarvan akte. DE VOORZITTER: Dan denk ik dat..., DE HEER VAN LUNTEREN: Ik kan hier wel een heel betoog gaan houden over solidariteit maar het lijkt me dat de voorzitter dat niet wil. U slaat kant noch wal met deze opmerking. DE VOORZITTER: U heeft al meer colleges in het vooruitzicht gesteld. Nu komt dit erbij, college 2. Maar ik denk dat het duidelijk is. Het is gewisseld. Ik dank u zeer. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, wij hebben cursussen van de SP. Iedereen is van harte welkom op de cursus. Heel de mens. Basisvorming. Prachtige cursus van de SP. Elke maand weer. DE VOORZITTER: Ik verwacht aan het eind van de avond massale aanmeldingen. Ik geef het woord aan de heer Van den Berg, Breda'97. DE HEER SZABLEWSKI: De motie nog even voorlezen, als het kan. DE VOORZITTER: Die heb ik net voorgelezen. Ik heb hem voorgelezen mijnheer Szablewski. DE HEER SZABLEWSKI: Welk nummer heeft die motie dan?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 67