595 5. besluitvorming. inderdaad ook andere vormen aannemen. En die integratie met de stadsverwarming die u gevraagd heeft, dat is onderdeel van die gesprekken. DE HEER VAN LUNTEREN: Ja. Maar dan komt die conclusie uiteindelijk vanzelf. Dank u wel. DE VOORZITTER: Goed. Dat was het. Dan vraag ik even de heer Lips. DE BURGEMEESTER: t u De heer Van Lunteren had het over de terugkoppeling van het een en ander wat besproken is rondom uw ingediende motie. Ik heb dat toegezegd en dat zeg ik u toe zo snel en verantwoord dat kan. En dat zal u dan bereiken. Het is nu even aan het college hoe we daar mee omgaan. Dan de Brandweer. Ik denk dat de motie, en dat moet ik zeggen, door de heer Szablewski, die al eerder aangekondigd en gemotiveerd as, ja ik ervaar dat als een zekere steun in de rug. We zijn het daar met elkaar over eens: zo sober en eenvoudig mogelijk. Misschien nog wel even goed over het fenomeen auteursrecht. Dat is natuurlijk altijd aan de orde bij projecten waar een architect bij betrokken is. Het staat overigens los van het bedrag wat is genoemd. Dat was aanvankelijk de vraag. Ik kan u wel melden dat de auteur, de architect, zich zeer medewerkend opstelt en meekijkt ook naar de inhoud en de aanpak van een sobere oplossing. Dat geef ik nog eens nadrukkelijk mee. En ik heb datgene wat bij u leeft meer dan meegenomen. De mails die inmiddels ook de heer Ernst en mevrouw Haagh hebben ontvangen, k zie die graag tegemoet. Ik sluit niet uit dat een aantal mails heel snel met een cc-tje verwerkt zijn dus ook bij mij bekend zijn. Maar wat niet is, ik ontvang dat graag. We zullen het traject moeten afleggen en daar is denk ik genoeg over gesproken. Dan nog even de heer Van Lunteren en de boa's en met name hetgeen hij zegt over geen bonnenquota. Ik ben blij dat u dat stelt want dat is nooit onze insteek geweest. Ik vind dat ook onjuist. Ik weet dat sommige gemeenten dat misschien noteren en zeggen dat ze daar een taakstelling op leggen. Maar ik vind dat vervuilend en dat zouden wij ook niet moeten willen. Ik ben het wel eens met de heer De Beer als hij zegt: betrek ook burgers daar nadrukkelijker bij. Ik denk dat we dat ook inmiddels proberen te doen. In algemene zin zou ik nog eens willen zeggen en dat geef ik ook uw raad mee, dat de komende society, de samenleving, niet meer ingevuld kan worden door politici en ambtenaren. Wij zullen daar een enorme knik in ons denken moeten maken. En dat vind ik een interessante opdracht. Dus in dat opzicht denk ik dat wij dat zeker ook met die boa's proberen te doen. Maar die opdracht strekt vele en vele malen verder en is niet alleen ingegeven door de financiële noodzaak maar door het anders inrichten van een samenleving waar we met elkaar toch allemaal deel van uitmaken. Dat wilde ik nog meegeven, tot slot. DE VOORZITTER: Nog behoefte aan schorsing? Anders stel ik voor dat we overgaan tot de afronaing en de besluitvorming. Dat betekent..., Geen behoefte? DE VOORZITTER: Dan krijgen we als eerste het amendement. Amendement Breda'97 over de buurthuizen. Is er behoefte tot het afleggen van een stemverklaring hierover? Mijnheer Hardorff. DE HEER HARDORFF: v We willen toch nadrukkelijk aangeven dat de Partij van de Arbeid dit amendemeni en eeraer ai ae motie steunt. Ook wij maken ons zorgen over de buurthuizen. Niet dat we tegen een Buurthuis van de toekomst zijn, maar wel gezien het feit dat er al zoveel gesloten is en ook nog een keer bezuinigd gaat worden. Dus die zorg willen wij onderstrepen ook door deze motie te steunen. Pardon, het amendement te steunen. DE VOORZITTER: Dank u. Anderen nog?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 87