620
Ten aanzien van: deelt u dit beeld? Nee, wij steunen het beleid zoals we dat afgelopen tijd gevoerd
hebben, - en in het stuk is dit terug gekomen -, waarbij een buurthuis geen doel op zich is maar
juist een middel om de wijk vooruit te helpen om activiteiten in de wijk te helpen ondersteunen en
te faciliteren. En onze rol daarin is ook niet zozeer om het buurthuis op zich als doel te verheffen
maar te kijken hoeveel plekken je kunt activeren juist voor die activiteiten. En dat hoeft niet per se
een buurthuis te zijn. Dat kan natuurlijk ook een sportclub, een school of een zorgcomplex zijn. Het
blijkt ook uit al die andere wijken waarbij buurthuizen zijn gesloten en waarbij ook die functie
overgenomen wordt.
Ten aanzien van de 2e vraag over de brief. Ik ben blij dat de besturen samen komen, daar heb ik
alle respect voor. Maar in de brieven wordt als eerste oplossing gezegd: ja er moet maar extra
subsidie voor andere activiteiten komen. Voorzitter, dat lijkt me nou niet echt bepaald de oplossing
om nog meer extra subsidie er aan te geven. En ten tweede, de horecagelegenheden, daar spreken
wij geloof ik in januari als commissie over maar ook daarbij moeten we natuurlijk meenemen dat
er een heleboel horeca ondernemers in Breda zijn die al aan heel veel andere regels moeten
voldoen. Dus dat moet wel een eerlijk spel blijven, voorzitter.
Uw laatste vraag, of het college eerst naar de raad moet komen alvorens actie te gaan
ondernemen: u geeft aan als een van de probleempunten dat het traag ambtelijk handelen is,
maar als we er eerst nog een raadssessie overheen moeten doen alvorens het college met de
informatie die het heeft, een besluit kan nemen, dan denk ik dat het niet sneller gaat dan op dit
moment. Dus daar zien wij niets in, voorzitter.
DE VOORZITTER:
Dank u wel.
Mijnheer Elbertse, CDA.
DE HEER ELBERTSE:
Voorzitter, allereerst wil ik waardering uitspreken voor die mensen die opkomen voor hun belangen
en zeker als ze daarvoor naar het stadhuis komen.
De heer Vuijk verwijst in zijn aankondiging van de vragen die hij nu stelt naar de antwoorden, of
de artikel 41 vragen, die zijn gesteld namens de fracties van Breda'97 en de Partij van de Arbeid,
alsook naar de brief van de samenwerkende gemeenschapshuizen.
Dan wil ik eerst even naar die artikel 41 vragen want de gebezigde tekst van die vragen staat, wat
ons betreft, los van de werkelijkheid. In de voetbalwereld noemen ze dit inkomen met gestrekt
been. De suggestie dat dit college (57.50?) en tijddwang niet belangrijk heeft gevonden, werpt de
CDA fractie verre van zich. En wat dat betreft, wil ik Breda'97 en Partij van de Arbeid wel even mee
terug nemen in de tijd. De buurt- en gemeenschapshuizen als sturingsinstrument van het Bredase
sociale beleid, dat beoogde de gemeenteraad in 2005 ter vaststelling van het accommodatiebeleid:
alles onder een dak. In de jaren 2007 en 2009 moesten steeds financiële knelpunten worden
benoemd en opgelost. Echter, de inhoudelijke knelpunten werden niet opgelost. Besluiten daarover
werden als gevolg daarvan doorgeschoven naar het college en de gemeenteraad die zijn
aangetreden in 2010. Het is waar, onder druk van bezuinigingen hebben we buurthuizen moeten
sluiten. Maar misschien hadden we dat anders ook wel gedaan. Immers, het bedachte concept van
2005 werkte in elke wijk niet even goed. Overigens heeft volgens ons iedereen die dit wilde met
betrekking tot de sluitingen weer een nieuwe plek gevonden.
Voorzitter, de CDA fractie gaat voor de activiteiten en niet per se voor stenen.
Dan de brief van de groep samenwerkende gemeenschapshuizen. De heer Vuijk noemt dit een
brandbrief c.q. noodkreet. Ja, dan wil ik toch een citaat uit die brief halen...,
DE VOORZITTER:
Mag ik vragen u tot de tijd te beperken mijnheer Elbertse?
DE HEER ELBERTSE:
Ik ben er bijna. Ik vind het toch belangrijk...,
DE VOORZITTER:
Ik vind het ook belangrijk maar we hebben ook afspraken over de tijd. Ik vraag om een afronding.
DE HEER ELBERTSE:
Ja, ja. Ik kom er aan.
DE VOORZITTER:
Ja.
DE HEER ELBERTSE: