628 En ja, wat de heer Lips net al zei, kijk vanuit landelijk, dat is natuurlijk ook zorgelijk wat er nu gebeurt. Het geld moet ergens vandaan komen. Maar ook D66 Breda is het eens met D66 Tweede Kamer fractie met de vraag of dit nou wel de juiste wijze is om de woningcorporaties aan te pakken. We zien dat de bouwproductie helemaal stil komt te liggen. Maar ook dit probleem wordt alleen maar groter: geen isolatie, veel tocht en slechte woonomstandigheden. Dat ondersteun ik dus. Maar ik heb geen behoefte aan een motie om dat uit te spreken. Want het college is er al mee aan de slag. DE VOORZITTER: Mevrouw Bijlsma, PvdA. MEVROUW BIJLSMA: Dank u wel, voorzitter. Zoals u al heeft gehoord, is deze motie mede namens ons ingediend. Het signaal is duidelijk. De veiligheid en volksgezondheid stellen wij hierin centraal. En er zijn nu woningen waar de grens van het toelaatbare wordt overschreden. Als we die signalen nu in de raad horen, denk ik dat dat ook wel breed gedeeld wordt. Ik ben wel gedeeltelijk blij met de beantwoording van het college. Ik denk dat we het niet alleen aan de corporaties kunnen overlaten maar dat wij datgene wat wij zo belangrijk vinden voor onze inwoners, dus die veiligheid en gezond wonen, actief oppakken als gemeente. De vragen aan het college waren duidelijk. Die heeft de wethouder beantwoord. Ik hoor nog wel halve toezeggingen. Ik vraag me af of hij nu deze vraag overneemt en dat hij dus gaat kijken naar verscherpt toezicht en tegelijkertijd met de corporaties in gesprek gaat. En dan gaat het niet alleen om die afspraken van sloop en programmering. Maar wij willen u ook vragen om dan gezamenlijk te zoeken naar creatieve oplossingen zodat de projecten in die wijken die zo belangrijk zijn in deze stad, ook doorgang kunnen vinden op toch wat kortere termijn. DE VOORZITTER: Dank u zeer. Overigens moet de motie nog wel ingediend worden. Wie nog meer van de leden? Mevrouw Van Oosterhout, VVD. Gaat uw gang. MEVROUW VAN OOSTERHOUT: Heel kort, voorzitter. Er is al heel veel gezegd. Wij steunen de oproep. Op zich is het de vraag van de SP en PvdA, als het gaat om een gezonde woning waar mensen natuurlijk behoefte aan hebben, en wat we allemaal zouden moeten hebben. Inmiddels is daar natuurlijk ook al de beantwoording van de wethouder overheen gegaan en hebben een aantal collega's zich er ook al over uitgelaten. Wij zijn ook blij, of blij, we zijn tevreden met de beantwoording van de wethouder. En voor het overige wil ik me wel graag aansluiten, omwille van de tijd, bij de woorden van mevrouw Schokker en de heer De Beer. Ik vroeg me nog wel even het volgende af en misschien kan d wethouder daar ook nog iets over zeggen. Natuurlijk is er bouw- en woningtoezicht, of we noemen het handhaving, om uiteindelijk het toezicht te houden op onder andere die slechtere woningen. Maar in hoeverre is er ook, naast de signalen uit de samenleving, dan nog zicht op. En volgens mij heeft de heer Van Lunteren ook die vraag zojuist gesteld. Ik ben benieuwd naar de beantwoording. Dank u wel. DE VOORZITTER: Goed. Andere leden nog? Dan is het woord aan mijnheer Van Lunteren. DE HEER VAN LUNTEREN: U heeft zojuist..., DE VOORZITTER: Excuses, eerst het college, eerst de wethouder. Wethouder Bergkamp. WETHOUDER BERGKAMP: Voorzitter, kijk, nogmaals, er mag geen verschil van mening en geen onduidelijkheid bestaan over het feit dat ook het college zeer hecht aan de aspecten rondom veiligheid en gezondheid, zoals vastgelegd. Op het moment dat wij signalen ontvangen, - want zo werkt toch het systeem van handhaving en toezicht -, dat er op bepaalde plekken iets niet pluis zou zijn met dat aspect, gaan

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 25