648 leges voor betaald, voor dit verzoek. Daarmee voorkomen we verloedering, daarmee voorkomen we leegstand, en daarmee brengen we een stuk werkgelegenheid weer terug op die plek. DE HEER DE BEER: Voorzitter, een vraag aan de wethouder. De wethouder zal vast ook wel het gebied van het Ritmeesterpark kennen. Daar vinden de laatste tijd ook nogal wat bijzondere activiteiten plaats omdat we tegenwoordig een ander drugsbeleid hebben. Dat zou ik verloedering willen noemen. Die grond ligt ook braak. Daar hebben we geen bestemming meer voor. Dus ik vraag me af waarom dan niet de bestemming, en een ander plan maken voor grond die wij in bezit hebben als gemeente, maar wel met dit verzoek meegaan en niet tegen elkaar afwegen wat een aantrekkelijke optie is. Kiezen we dan voor de 10 vastgoed BV's in deze stad of kiezen we voor de belastingbetaler in deze stad die continu al aan het opdraaien is voor de verliezen van het Grondbedrijf? WETHOUDER ARBOUW: Voorzitter, het punt van eigen grond eerst heeft D66 destijds in de commissie niet aan de orde gebracht en is nu in feite een nieuw punt in de discussie. DE HEER DE BEER: Voorzitter, dat zeg ik niet. Ik zeg: balans tussen een beleid voor eigen grondposities en een balans voor grondbeleid van derden. Dat wil ik wel even recht zetten. WETHOUDER ARBOUW: Het college is er ook nooit een voorstander van geweest om op die manier de zaak te benaderen. En natuurlijk moet je ook kijken naar andere terreinen waar nog leegstand is, waar kansen zijn. Maar dan zie je dat het Ritmeesterpark en zeker ook als het gaat om de boekwaarde waarvoor dat in het Grondbedrijf voor in de boeken staat, is natuurlijk een heel andersoortig bedrijventerrein, waarvan we ook onlangs hebben vastgesteld dat het oorspronkelijke ambitieniveau ook zeker aangepast moet worden. Dat hebben we ook gedaan. Sterker nog: daar is ook voor afgewaardeerd. Maar het is natuurlijk als je kijkt ook naar de plek, de kansen die daar zijn, een andersoortige kwaliteit, een ander ambitieniveau en vraagt dus ook andersoortige bedrijven die daar gaan landen dan de plek waar we het hier over hebben. En daarom ben ik er ook voorstander van om het niet alleen financieel te benaderen maar met name ook maatwerk te doen over het soort bedrijventerrein waar we het over hebben. En wat dat betreft, heeft de rondrit die we met de commissie Structuurvisie door de stad hebben gemaakt, en de verschillende soorten bedrijventerreinen en de differentiatie die we hebben in de stad, dat is wat mij betreft, ook zeer waardevol en prima om het inzicht te vergroten. Voorzitter, en daarmee doe ik niets af aan het punt wat mevrouw Schokker natuurlijk maakt met haar amendement, namelijk dat ook het college natuurlijk voor een duurzaam en zorgvuldig ruimtegebruik is. Maar dat wordt hier, wat mij betreft, niet geraakt. Het is juist een kans die door de ondernemer wordt aangedragen van laten wij die FSI knop gebruiken om de kansen ook te vergroten dat daar snel een bedrijf wel gaat komen. Ik weet dat er gesprekken zijn geweest over deze locatie. Dat geeft mevrouw Bijlsma natuurlijk geen zekerheid dat we binnen 6 maanden een bedrijf hebben wat daar kan landen. Die zekerheid kunnen wij niet geven. Ik heb geen concrete casus waar we dit nu voor doen. Het is met name een vraag van de ondernemer om ervoor te zorgen dat die kans in ieder geval vergroot wordt. En dat ondersteunen wij als college van harte en daarmee ondersteunen we niet het amendement van GroenLinks. DE HEER VAN LUNTEREN: Voorzitter, mag ik daar nog een verhelderende vraag over stellen? Voor ons stemgedrag. DE VOORZITTER: Gaat uw gang. DE HEER VAN LUNTEREN: Kijk, de wethouder zegt: het instrument fsi gaan we nu inzetten in het voordeel van een particulier. Omdat hij denkt dat dat het beste is voor de stad? Of is dat het beste voor die particulier? Want dat is voor mij niet helder. Ik kan de redenering van mijnheer wel volgen die zegt: door dit instrument nu anders in te zetten zoals mevrouw Schokker voorstelt, maken we de kans groter dat we meer revenuen hebben elders in de stad, niet alleen voor de grondbak van mevrouw Boelema, het gat daarin, maar ook voor de werkgelegenheid in de stad. Heeft u die afweging ook wel gemaakt? U zegt: dit is echt de allerbeste plek om deze FSI nu te verlaten. Want ik kan me voorstellen dat het elders in de stad veel meer meerwaarde zou hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2012 | | pagina 45