607
die goed luistert. En wij zijn wel benieuwd hoe de wethouder dat gaat doen. Op welke houding
kunnen wij gaan rekenen richting de stad als het gaat om communicatie met organisaties in de
stad en in de wijken? Er is ook sprake toch in de publiciteit over het gebrek aan vertrouwen vanuit
de stad. Hoe gaat deze wethouder dat terug winnen?
Dat zijn zomaar een paar adviezen die we in ieder geval willen meegeven, een paar vragen die we
hebben. En wat ons betreft krijgen we daar nog een bevlogen reactie op want dat maakt het
stemmen zo dadelijk een stuk gemakkelijker.
DE VOORZITTER:
Mijnheer Van den Berg, Breda'97.
DE HEER VAN DEN BERG:
Dank u wel, voorzitter.
Ik had begrepen dat er ruimte was voor een korte verklaring. Wij hebben expliciet geen vragen
gesteld. Dus ik wil die graag voorlezen. En als u denkt: nou dat gaat niet goed, dan moet u maar
Breda'97 heeft de afgelopen weken de ontwikkelingen die geleid hebben tot deze ingelaste raad, in
ieder geval met interesse en op het laatst toch ook wel met stijgende verbazing, gevolgd. Wij
denken niet inderdaad dat het nu onze plaats is om alle punten van een inhoudelijk of
beschouwend oordeel te voorzien. Wel wil Breda'97 een enkele opmerking plaatsen over de
voordracht en sollicitatieprocedure omdat die toch wel unieke kenmerken bezit, althans dit is de
eerste sollicitatieprocedure die ik meemaak, waar straks over een kandidaat mag of moet gestemd
worden, waar we in principe nog niet helemaal precies weten wat onze nieuw aangenomen
werknemer nu precies gaat doen. De dossiers moeten nog verdeeld worden. Gemakshalve zijn we
er dan ook maar van uit gegaan dat 95% van de dossiers uit de portefeuille van gewezen
wethouder Willems morgen ook weer in de portefeuille van de te installeren opvolger, de heer
Akinci is te vinden. Het zou immers ons inziens geen pas geven om na het aftreden van de een
grote veranderingen aan te brengen voor de ander. Ook kunnen wij ons niet voorstellen datwe in
Breda een nieuwe wethouder gaan installeren voor in principe een beperkte tijd, en ook de huidige
financiële situatie van Breda, om vervolgens deze wethouder op te zadelen met een soort cultureel
pretpakket inclusief tekenen en handenarbeid. Dat lijkt me toch niet de bedoeling. Zou dit namelijk
wel het geval zijn, dan was, wat Breda'97 betreft, een discussie over het vacant laten van deze
functie op zijn plaats geweest. Hoe het ook zij, als de installatie van de heer Akinci straks een feit
is dan wenst Breda'97 de nieuwe wethouder uiteraard heel veel succes en in enkele dossiers ook
een hele grote flinke dosis geluk. Het college wensen wij de komende tijd veel wijsheid bij het
samenstellen van de portefeuilles.
En als u mij toestaat voorzitter, wil ik afsluiten met enkele stichtende woorden. Ze zijn niet van
mezelf. Wees geloofwaardig. Persoonlijke ambities zijn ondergeschikt aan het belang van de stad.
Een goed raadslid is niet per definitie een goed bestuurder. En 5 of 6 goede bestuurders zijn niet
automatisch een goed team. Duist in tijden van financiële pijn dient een college een eenheid te
vormen. En ik denk dat dit verhaal de heer Akinci zeer bekend voor komt. Hij heeft het namelij
zelf geschreven. En als u straks dan weer de biologisch afbreekbare confetti bij elkaar heeft
geveegd en mocht u nog tijd hebben, leest u dan het hele artikel nog eens door. Het is op zich
geen onaardig stukje.
DE VOORZITTER:
Ik dank u zeer.
Rondom portefeuilleverdeling en het constituerend beraad, zal ik straks een paar woorden spreken.
Dat is morgen, op de eerste plaats in het college. Dan wordt u daar ook over gerapporteerd. En ik
kan mij voorstellen dat misschien na de definitieve benoeming de heer Akinci nog enige woorden
zal spreken en de bemerkingen mee kan nemen die door u geopperd zijn. Dat lijkt mij een goed
moment. Ja?
Dan gaan wij over tot de benoeming van de beoogd wethouder.
De commissie voor onderzoek van de geloofsbrieven heeft de geloofsbrieven van de heer Akinci
onderzocht. En ik wil de voorzitter van de commissie, mevrouw Van Maanen, uitnodigen hierover
aan de raad verslag te doen.
Het woord is aan mevrouw Van Maanen.
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, mevrouw Van der Bruggen zal deze keer het woord voeren.
DE VOORZITTER:
Pardon. Mijn excuses.