103
DE HEER BOS:
Dank u wel, voorzitter.
Na een constructieve wisseling in de commissie Bestuur was wel duidelijk dat er een goed rapport
lag van de Rekenkamer maar dat het heel belangrijk was om dat te verbinden met alle goede
dingen die op dit moment al gebeuren in de gemeente Breda rond het grondbeleid.
En ik wil daarmee, met het amendement wat nu opgesteld is, een compliment maken aan de heer
Quaars zeg maar op de wijze waarop hij daar leiderschap aan heeft getoond en ook de aan
ondersteuning van de griffie in de persoon van de heer Schoenmakers.
Want ik denk dat met dit amendement in combinatie met het rapport van de Rekenkamer de
kracht van het rapport maximaal ook naar actie wordt gebracht. Het is nog niet zo lang geleden
dat afboekingen in deze raad een politieke discussie waren. Zoals: is het nou wel of niet nodig. De
VVD wil natuurlijk altijd afboeken ten koste van allerlei andere mooie dingen, en in 1,5 a 2 jaar tijd
zijn we er in geslaagd om die hele discussie te depolitiseren en hebben het er meer over de goede
techniek te hanteren hoe je met elkaar afboekt. D66 is van mening dat het daarbij heel erg
belangrijk is dat een college het volgende college, een heel goed en transparant beeld geeft over
hoe de situatie is zodat zij gelijk vanuit de vliegende start naar de toekomst kunnen gaan. En
daarom hebben wij een motie opgesteld die op een breed draagvlak kan rekenen. En ik vind dat
ook een belangrijk signaal opnieuw van de hele raad dat we een streep willen zetten achter dit
soort dingen, dat we niet goed duidelijk hebben hoe de situatie is, en dat we een volgend college
een maximale snelle start kunnen gunnen. Ik wil daarbij ook deze motie indienen.
DE VOORZITTER:
Verzoekt het college de situatie van gebrek aan inzichtelijkheid in verslechtering van de
risicopositie van het Bredase Grondbedrijf aan het eind van de raadsperiode in de toekomst te
voorkomen.
Op uiterlijk 31 januari 2014 een overdrachtsdocument openbaar te maken.
Dit overdrachtsdocument in elk geval te laten bestaan uit een actueel overzicht van de risico s die
de gemeente Breda loopt en hierbij specifiek aandacht te besteden aan de risicopositie van het
Bredase Grondbedrijf en een actueel inzicht in de reserves en het weerstandsvermogen van de
gemeente Breda.
Is ondertekend D66, VVD, Partij van de Arbeid, Leefbaar Breda, Trots op Nederland, Breda 97,
GroenLinks, CDA. Maakt deel uit van de beraadslagingen.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, mag ik daar een vraag over stellen?
DE VOORZITTER:
Gaat uw gang, mijnheer Van Lunteren.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Ik vond het in eerste instantie een hele goede motie. Hoe meer openheid, hoe beter. Maar zou het
niet zo moeten zijn dat tegen die tijd gewoon alles al bekend is, dat dat geen verrassing meer mag
zijn op 31 januari wat er dan in het Grondbedrijf gebeurt en dat we dat al lang moeten weten dan
en dat het een geheel overbodige motie zou moeten zijn?
DE HEER BOS:
Ja, in die zin...,
DE VOORZITTER:
Mijnheer Bos.
DE HEER BOS:
Ja, in die zin wel.
Dank u wel voorzitter.
In die zin heeft u daar gelijk in. Ik denk alleen het feit dat het we dit raadsbreed ook echt willen,
we daarmee ook iets willen markeren van: en zo willen we dat ook echt doen. En dat betekent dat
er een lerend vermogen in de raad zit om dingen die misschien in het verleden ook hadden
gemoeten, die misschien niet gebeurd zijn, dat die zeg maar worden omgezet in iets wat kracht is
voor de toekomst. Dus in een ideale wereld zou een dergelijke motie niet nodig zijn maar zouden
wij als raad eigenlijk ook niet nodig zijn.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, maar dan is dat dus geen markering, geen uiterste houdbaarheidsdatum van dan moet
alles bekend zijn. Want dan gaat de wethouder natuurlijk zitten wachten tot dan en dan gooit ze