116
Goed.
DE VOORZITTER:
Anderen nog?
Dan gaan we over tot stemming.
Wie is voor het voorstel?
Wie is tegen?
Breda'97.
Daarmee is het geamendeerde voorstel aangenomen.
6. INTREKKEN VERORDENING WET INBURGERING.
DE VOORZITTER:
Er is in de commissie gesproken in een termijn. Fractie Partij van de Arbeid en SP hebben zich
onthouden. De overige fracties hebben aangegeven voor het voorstel te zijn. Van het college heeft
u na de commissievergadering nog per brief aanvullende informatie over ïnburgeringsplicht
ontvangen en daarbij ging bijzondere aandacht uit naar de rol en positie van Atea.
Mag ik u vragen u te beperken tot de nieuwe inzichten? Als u voor was en nog steeds bent, heeft u
waarschijnlijk weinig woorden nodig.
Ik geef als eerste het woord aan de Partij van de Arbeid en daarna de SP.
Wie van de Partij van de Arbeid wenst het woord?
Mevrouw Haagh.
En wie van de SP?
Niemand.
Dan mevrouw Haagh.
MEVROUW HAAGH:
Voorzitter, ik kan het ook heel kort houden. Na de commissievergadering hebben wij een brief
ontvangen van de wethouder waarin hij in ieder geval duidelijk maakt dat de taalcursussen zoals
Atea die verzorgt voor de doelgroep bij Atea waar ook inburgeringsbehoeftigen zitten, behouden
blijven. En dat vinden we heel erg belangrijk. Daar zit goede kennis en ervaring. En dat moeten we
vooral zo behouden. Verder is het gewoon ook een wettelijke en een landelijke beslissing om deze
veranderingen zo door te zetten.
Hetgeen wat ik nog wel even aan de wethouder wil vragen, is dat mij opviel dat in het
raadsvoorstel bij het woord communicatie niet van toepassing staat. En dat vind ik erg vreemd. Als
er zulke grote veranderingen zijn voor een bepaalde doelgroep die normaal naar de gemeente toe
kwamen, dan vind ik het van belang dat die groep mensen op een hele goede en adequate manier
nu de juiste weg gewezen wordt. Dus voor de front office van de gemeente, of je nou belt, mailt of
aan het loket staat, is het wel van belang dat de mensen de juiste informatie krijgen waar ze
terecht moeten komen en dat ze gewezen worden op de mogelijkheden waar ze nog wel de juiste
cursussen kunnen doen. Dus ik wil daar een inspanning vragen van de wethouder om in ieder geval
die front office functie even heel goed te doen in deze eerste maanden. En dan hoort er dus bij het
stukje communicatie eigenlijk wel iets te staan.
Dat was het enige.
DE VOORZITTER:
Helder. Dank u wel.
Korte reactie, wethouder Meeuwis.
WETHOUDER MEEUWIS:
Voorzitter, ik kan aangeven dat ik het met mevrouw Haagh eens ben. Als je dingen doet voor
mensen, is het ook handig als die mensen weten wat we voor hen allemaal voor dingen kunnen
betekenen en dat de groep die het betreft, weet wat wij bedoelen met deze implementatie van de
landelijke wetgeving.
DE VOORZITTER:
Akkoord?
Dan ga ik over tot stemming.
Wie is voor het voorstel?
Het voorstel is unaniem aangenomen.
7. VERORDENING LANGDURIGHEIDSTOESLAG 2013.
