144
Deze hardheidsclausule in de verdere communicatie uit te dragen aan alle partijen en aan alle
partijen waarmee wordt samengewerkt.
Is ingediend en ondertekend CDA, Leefbaar Breda en de SP.
Maakt deel uit van de beraadslagingen.
Dank u zeer, mevrouw.
Het woord is aan mevrouw Van Maanen namens de VVD fractie.
MEVROUW VAN MAANEN:
Ja voorzitter, dank u wel.
Naar aanleiding van het NIBUD onderzoek naar het Bredase armoedebeleid en de zelfevaluatie die
het college heeft uitgevoerd, heeft het college de armoederegeling bijgesteld en ligt hier nu een
voorstel voor om de Verordening van de langdurigheidstoeslag te wijzigen.
Als ik zo iedereen die tot nu toe gesproken heeft, eens hoor, dan zijn we het er eigenlijk allemaal
met elkaar wel over eens dat de middelen die steeds schaarser worden, terecht moeten komen bij
de meest kwetsbare mensen. Dat dat noodzakelijk is, daar zijn we het allemaal wel over eens.
Waar nog wat discussie over bestaat, is de manier waarop dat het meest effectief kan gebeuren.
Dus op zich, als je kijkt naar wat het NIBUD heeft onderzocht en daar de uitslagen van, dan kun je
zeggen dat de regels die we hebben, in principe goed zijn. Wat je je kunt afvragen, is hoe het met
de uitvoering van die regels gaat. Uit de evaluatie van het college blijkt namelijk dat de bekendheid
van de armoederegelingen niet altijd even groot is. Regelingen zijn ook niet altijd even goed
vindbaar op de website en de communicatie en voorlichting kan dus beter. Dat heeft het college
zelf ook al vastgesteld en daar zijn in Werken@Breda ook al voorstellen voor gedaan. Wij zullen
daar over de moties die daarover ingediend worden, nog nader te spreken komen.
Met het amendement van de PvdA waarin zij voorstellen langdurigheidstoeslag categoraal toe te
kennen aan iedereen die 3 jaar in de bijstand zit, zijn wij het niet eens. Want als het gaat over de
manier waarop je mensen helpt, dan hebben wij meer vertrouwen in de maatwerkgedachte. Ook
landelijk zie je dat steeds meer die gedachte als te prefereren wordt gezien dan categorale
regelingen. Ik sluit ook niet uit dat die categorale regelingen op een gegeven moment steeds
schaarser zullen worden. Dus wat ons betreft, blijven wij inzetten op maatwerk. Wat wel belangrijk
is, is dat het maatwerk dan wel goed uitgevoerd wordt. En daarom steunen wij ook de motie die
daarover ingediend wordt. Daar wil ik het even bij laten voorzitter.
MEVROUW HAAGH:
Voorzitter, zou ik een vraag mogen stellen aan mevrouw Van Maanen?
DE VOORZITTER:
Korte vraag. Gaat uw gang.
MEVROUW HAAGH:
Als het gaat om die langdurigheidstoeslag. Ik nam ook even als voorbeeld, - en we hebben ons
samen hard gemaakt voor die groep -, om te zeggen: kijk nou ook wat de mogelijkheden zijn
bijvoorbeeld voor scharrelondernemers, dat mensen toch wat gaan doen, zelf wat van hun inkomen
verdienen. Maar niet altijd zijn mensen in staat daarmee een volledig inkomen zelf te verdienen.
Dat wil je stimuleren. Dat is activerend armoedebeleid. En op dit moment worden ze gestraft door
dan niet de langdurigheidstoeslag toe te kennen terwijl er echt veel situaties zijn waar het niet
denkbaar is dat die mensen heel snel boven die bijstandsnorm zullen komen. Dat vind ik dat dat
tegen werkt aan onze eigen gedachte wat we zelf wensen. Hoe staat u daarin?
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, ik ben het eens met de PvdA als ze zeggen: ja wij willen mensen die goed werk doen,
dat willen wij ook stimuleren. En weer, waar ik het mee oneens ben, is de maatregel die zij
voorstellen. Want de maatregel die u voorstelt, die de PvdA voorstelt, is een categorale regeling.
En de VVD ziet dat liever weer in maatwerk. En je kunt de mensen die dat nodig hebben ook met
maatwerk vanuit de Bijzondere Bijstand helpen. Dus ik zie het probleem niet.
DE VOORZITTER:
Goed. Ik denk dat dit gewisseld is.
Dan geef ik het woord aan mevrouw Van der Sanden namens de SP.
MEVROUW VAN DER SANDEN:
Dank u wel, voorzitter.
Tot 2010 had de gemeente Breda een armoedebeleid waar je als stad met karakter trots op kon
zijn. Het was een voorbeeld voor veel gemeenten in het hele land. Maar na de verkiezingen moest
het allemaal anders van het college. Maar liefst 1 miljoen moest worden bezuinigd op het