145 MEVROUW VAN DER SANDEN: armoedebeleid. En er ontstond een soort van sfeer of mensen profiteerden van voorzieningen, alsof er volop gefraudeerd werd, mensen hun eigen verantwoordelijkheid maar eens moesten nemen en onderhand eens aan het werk moesten gaan. Dus werd er rigoureus gesneden. En dat heeft de afgelopen 2 jaar tot veel ellende geleid. Wethouder Meeuwis wil deze ellende niet zien. DE HEER BOS: Voorzitter, zou ik een vraag mogen stellen? MEVROUW VAN DER SANDEN: Dat is snel. DE HEER BOS: U doet dat wel vaker. Maar u schept een sfeer van een enorme crisis en een compleet ontspoord armoedebeleid in Breda. Dat is eigenlijk de inleiding waarmee u start. En dan vraag ik u: heeft u het NIBUD rapport gelezen? En ik ga nu citeren uit het rapport. Het NIBUD concludeert dat ondanks de koopkrachtdaling door de gemeentelijke inkomensondersteuning nagenoeg alle huishoudens in Breda in staat zijn de noodzakelijke onvermijdbare uitgaven te betalen. Dan kunt u toch niet volhouden dat uw start de juiste is. Jawel, want het NIBUD onderzoek zegt ook heel veel andere dingen. En het is alweer een poosje geledén dat het NIBUD onderzoek gedaan is. En sindsdien is het een stuk slechter met het inkomen van heel veel mensen. En de mensen die ik spreek, geven heel veel voorbeelden van dat ze nu minder te besteden hebben en dat ze van bepaalde regelingen geen gebruik meer kunnen maken. Maar ik had het NIBUD onderzoek ook in mijn betoog staan. Wethouder Meeuwis wil het niet zien en mijnheer Bos ook niet, omdat volgens het NIBUD onderzoek van een jaar geleden het gemiddeld allemaal dus wel meevalt. Maar gemiddelden zeggen mij niet zoveel. Want als je niet kunt zwemmen en je steekt een rivier over die gemiddeld een meter diep is, kun je in het midden nog steeds verzuipen. En dat is dus precies wat er nu in Breda gebeurt. Een van de doelen van de bezuinigingen was financiële prikkel voor bijstandsgerechtigden om aan het werk te gaan waarbij voor het gemak ouderen, gehandicapten en chronisch zieken die niet kunnen werken, werden vergeten. En voor de rest was het ook geen succes. Er zijn nauwelijks mensen uit de doelgroep die een baan hebben kunnen vinden. Maar wethouder Meeuwis blijft hen prikkelen, koste wat kost. Zo roept de VVD ook regelmatig dat er misbruik wordt gemaakt van de regelingen. En wij weten ook dat er altijd fraudeurs zijn en dat die ook aangepakt moeten worden. Maar die fraudeurs heb je er echt niet mee als je de langdurigheidstoeslag verlaagt. Want dan beunen ze gewoon een extra dag bij of ze jatten een paar extra autoradio's. Wie worden er dan wel getroffen door dit asociale beleid? Dat is bijvoorbeeld Jan. Vanaf zijn 14e heeft hij gewerkt in de bouw. 3 Jaar geleden is het bedrijf waar hij werkte, failliet gegaan en na de WW is hij nu in de bijstand terecht gekomen. Met zijn 56 jaar zit er geen werkgever op hem te wachten. In de bouw is er geen werk en bij andere werkgevers kan hij zonder opleiding en relevante ervaring op zijn leeftijd niet terecht. Hij solliciteert zich suf en krijgt alleen maar afwijzingen. Daar heb je dan 42 jaar lang keihard voor gewerkt. En wethouder Meeuwis maar prikkelen. En het is bijvoorbeeld Astrid. U kent haar misschien nog wel uit de brief van de BCG. Astrid is 42, heeft MS en zit in een rolstoel. Het is een intelligente en enthousiaste vrouw, trots dat ze zelfstandig woont en alles goed voor elkaar heeft. Maar de laatste 2 jaar wordt dat steeds moeilijker. Allerlei zorgkosten zijn gestegen, langdurigheidstoeslag is lager en Bijzondere Bijstand wordt afgewezen. Zij heeft haar verantwoordelijkheid genomen en zij heeft geld voor medische hulpmiddelen geleend bij vrienden. Hoe ze dat ooit moet gaan terug betalen met haar WAJONG uitkering weet ze niet. Astrid krijgt het gevoel alsof de overheid haar een lastpost vindt omdat ze ziek is. Dit knaagt aan haar zelfvertrouwen en ze is bang op termijn haar zelfstandigheid te gaan verliezen. En het is ook René. Jarenlang had hij een goed lopende zaak. Maar door de recessie ging het steeds slechter met het bedrijf en uiteindelijk ging de zaak failliet. Inmiddels had hij al wel al zijn spaargeld in de zaak gestoken om te proberen de boel te redden. Nou zit hij dus in de bijstand met een eigen huis dat onverkoopbaar is en een flinke restschuld en staat hij vrijdags in de rij bij de Voedselbank. Voorzitter, ik heb maar 5 minuten. Dus meer voorbeelden kan ik niet geven. Daarom nu 4 vragen aan de wethouder waarvoor ik ook alvast een motie zal indienen. Ten eerste. De SP wil dat de Bijzondere Bijstand ruimhartiger wordt toegepast voor chronisch zieken en gehandicapten. We horen veel verhalen van kosten die jarenlang vergoed zijn en sinds

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 2013 | | pagina 24