159
DE VOORZITTER:
Dank u zeer.
Nog andere leden van uw raad?
Dan is het woord aan de wethouder.
WETHOUDER MEEUWIS:
Voorzitter, dank u wel.
Ik kan het nu kort houden.
Er is nog gevraagd naar de kosten van maatwerk. Dat zijn kosten die bij ons in de bedrijfsvoering
zitten. Als er veel maatwerk wordt geleverd, - als dat nodig is, dan wordt er veel maatwerk
geleverd -, dan hebben we daar budget voor en eventueel een probleem in. In principe stopt het
maatwerk niet als het budget op is, laat ik het zo even formuleren.
Als het gaat over de motie van de PvdA, - want die is nu ingebracht -, dan vind ik daar nog steeds
van wat ik in le termijn over het amendement heb gezegd. Het is een aanpassing van het
armoedebeleid in een generieke maatregel. Ik wil u meegeven in overweging dat
langdurigheidstoeslagen in het algemeen, althans is het voornemen van het kabinet, volgend jaar
er niet meer zullen zijn, dat daar individuele toeslagen voor zullen komen, een beetje in de denklijn
zoals wij die met elkaar rondom Werken@Breda hebben bediscussieerd. Dus in die zin vind ik het
terugbrengen en het uitbreiden van generieke maatregelen zoals de langdurigheidstoeslag, hoe
goed bedoeld de overwegingen ook zijn, niet stroken met het beleid zoals we dat in Breda sinds
enkele jaren voeren. Ik laat het uiteraard graag aan de raad om haar oordeel over deze motie te
geven.
MEVROUW HAAGH:
Voorzitter, ik wil daar graag een vraag over stellen.
U zegt nu: het strookt niet met het beleid. Maar we hebben hier gezamenlijk gezegd dat we het
beleid ook moeten aanpassen. En dat hebben we gedaan in participatiebeleid. We hebben hier een
motie unaniem aangenomen waarin we zeggen: laten we scharrelondernemers stimuleren, laten
we het stimuleren dat mensen ook een beetje inkomen zelf vergaren met de hoop dat ze dan
toegroeien naar een volledig eigen inkomen. En dat gunnen we iedereen. U zegt: goedbedoeld.
Nee, dit is niet goed bedoeld, dit is voor mensen die hun nek uitsteken, die stinkend hun best doen
en die u op deze manier toch bestraft door hen omdat ze eigen inkomen hebben, al is het maar
zo'n klein beetje, niet die langdurigheidstoeslag toe te kennen. Het strookt niet meer met uw eigen
beleid. U moet ook meegaan in uw eigen beleid en daar soms ook uw regelingen op aanpassen. En
dat doet u nu niet. En u zegt: het kan niet. Het kan wel. Het is een kleine aanpassing in de
verordening. Die mag van mij zo afgetikt worden. Maar ik wil u toch ook echt opdragen om uw
eigen beleid ook te gaan volgen, ook als het om dit soort dingen gaat. Ik vind u daarin verwarrend
en niet activerend op deze manier.
DE VOORZITTER:
Goed.
MEVROUW VAN MAANEN:
Voorzitter, mag ik ter interruptie op mevrouw Haagh.
Want kijk, de VVD steunt het principe datje mensen die hun best doen, best kunt belonen. Maar
waar de VVD moeite mee heeft, zijn generieke maatregelen. Omdat we nou net zeg maar als
beleidslijn pakken, we gaan over naar zo veel mogelijk maatwerk, en dan kan ook voor deze groep,
kun je maatwerk bieden zonder dat er een verordeningswijziging nodig is.
DE HEER BOS:
Voorzitter...,
MEVROUW HAAGH:
Maar ik hoor vanavond zo vaak zeggen dat u tegen generieke maatregelen..., U gaat allemaal
akkoord zo meteen met een generieke seniorentoeslag waar van maatwerk geen sprake is. En nu
ligt hier een heel goed voorstel wat echt strookt met wat wij hier als raad hebben ingezet en dan
gaat het onder die noemer, dan wordt het weer weg geschoven. Dit is zo zonde. Als je goed op
weg bent, moet je soms ook een extra stapje zetten. En ik heb informatie ingewonnen. Het gaat
over ongeveer 140 situaties. Die mensen verdienen zelf in hun WWB dus het is economisch gezien
helemaal niet een achteruitgang maar een vooruitgang. En soms moetje ook durven te zeggen:
kijk als wij stappen zetten in beleid, dan passen we ook deze maatregelen aan. Dit is er een van.
Misschien is de wethouder hem vergeten toen hij de verordening deed...,
