179
zich benadeeld voelt door dit beleid en u hoort het verhaal aan en u denkt echt dat het niet klopt,
dan heeft u 06 nummers van ons allemaal. En dan zou ik zeggen, neem dan gewoon individueel
contact op en laat die casus nou via ons even uitzoeken of het wel of niet terecht is. Volgens mij is
dat de manier van werken die we wel vaker hanteren. Dus die suggestie zou ik u in ieder geval
willen meegeven.
DE VOORZITTER:
Ik dank u wel.
We hebben in 2 termijnen de gedachten gewisseld.
Aan de orde is de motie, ingediend door Leefbaar Breda.
Is er behoefte aan het afleggen...,
DE HEER STUBENITSKY:
Voorzitter, ik trek de motie in.
DE VOORZITTER:
U trekt de motie in?
DE HEER STUBENITSKY:
Ja.
DE VOORZITTER:
Akkoord.
Dan is de motie ingetrokken.
De wethouder, ik wil dat ook nog eens even gezegd hebben, omdat er soms natuurlijk
gevoeligheden zijn, maar ik weet uit ervaring dat het hele college open staat als er zaken zijn die
soms de individuele aandacht vragen. En dan krijgt dat de aandacht die ook past. Dus ik wil dat
ook nog eens nadrukkelijk stipuleren, wat wethouder Boelema zojuist ook zei.
De motie is ingetrokken.
We gaan over tot stemming.
Aan de orde is het voorstel.
Wenst iemand nog een stemverklaring af te leggen?
Dan wil ik u vragen: wie is voor het voorstel?
Wie is tegen het voorstel?
Het voorstel is aangenomen met stemmen tegen van de SP fractie.
3. ACTIEPLAN STUDENTENHUISVESTING.
le termijn.
DE VOORZITTER:
In de commissiebehandeling heeft het debat zich toegespitst op het onderdeel de regulering van de
kamermarkt, en dan in het bijzonder de normering in de vorm van een maximaal percentage
kamerverhuurpanden per straat. En dat is de reden geweest dat enkele fracties zich nog van
advies hebben onthouden.
Wie van u wenst het woord over dit dossier?
Dan geef ik het woord aan de heer Aartsen van de VVD. Gaat uw gang mijnheer Aartsen.
DE HEER AARTSEN:
Dank u wel, mijnheer de voorzitter.
Voor ons ligt momenteel het Actieplan Studentenhuisvesting wat eigenlijk uit 2 sporen bestaat.
Enerzijds de verruiming en betaalbare kwaliteit, anderzijds de regulering van de kamermarkt.
En laat ik met het positieve beginnen voorzitter. De VVD is voorstander van het eerste spoor. Er
komen in Breda extra wooneenheden voor studenten bij die goed aansluiten bij de ambitie en de
groei van Breda als studentenstad. Ook wordt er goed gekeken naar de kwaliteit van woningen
hierin. En daarvoor spreken wij graag onze steun uit richting het college.
Het tweede spoor gaat over de regulering van de kamermarkt, in de volksmond het
studentenquotum genoemd. De VVD is hier zowel principieel als pragmatisch geen voorstander
van. De VVD is überhaupt geen voorstander van quota. Daar krijgen wij als liberalen vaak jeuk
van: verplichte harde regels zonder oog voor de situatie en geen ruimte voor maatwerk. De VVD is
al helemaal tegenstander van een quotum voor mensen. Wij zijn tegen vrouwenquota, wij zijn
tegen immigrantenquota zoals voorgesteld door onze grote blonde vriend uit Den Haag. En zo zijn
wij hier in Breda dus ook tegenstander van een studentenquotum. Met deze maatregel wordt er