229
Voorzitter, zou ik daarop mogen reageren?
DE VOORZITTER:
Mevrouw Schokker.
MEVROUW SCHOKKER:
U spreekt uzelf tegen. Want u zegt dat u niet akkoord gaat met de tervisielegging en aan de
andere kant wilt u heel veel verstandige dingen horen uit de stad. Wij betreuren ook, als u nu zou
zeggen van nou niet ter visie leggen want dan kunnen we al die gegevens uit de stad helemaal niet
horen. Dus misschien kunt u er nog over nadenken of dat dan wel een verstandig besluit is.
DE HEER VAN LUNTEREN:
Voorzitter, wat er nu de stad in gaat, is niet namens de SP. Dit is niet een stuk wat wij als SP zo de
stad in zouden leggen. Als de vraag gesteld wordt of dit rijp is voor de stad dan zou ik zeggen:
nee, niet doen want er staan een heleboel dingen in die gewoon niet kloppen in onze ogen, die niet
verstandig zijn voor de stad. En dan zeg ik: doe eerst je huiswerk nog maar eens even over als
college en als raadscommissie en kom met een stuk wat veel meer recht doet aan de situatie waar
we nu in zitten. En als mensen me een beetje de tijd geven om mijn verhaal toe te lichten, dan
kom ik misschien met inhoudelijk nog wel wat argumenten waar ze inhoudelijk wat meer zinnig
discussie over kunnen voeren want dit is allemaal procedureel geneuzel.
Dank u wel, voorzitter.
Ik vervolg maar gewoon mijn betoog.
Want dan kom ik bij de inhoud. Er zijn nogal wat aandachtspunten waar wij zwaar aan tillen en
waarover de stad zich best mag uitspreken, zoals ik zei. Want hij gaat toch de stad in. Dat heb ik al
begrepen. Het gaat immers toch om een visie. Waar gaan we wonen, waar gaan we werken, waar
gaan we recreëren, waar gaan we ons voedsel verbouwen? Daar heb ik helemaal nog niemand iets
over horen zeggen. Waar natuur ontwikkeld mag worden en hoe we overal snel en eenvoudig
komen. Daar gaat het om. En wat er dan ligt, is toch een visie die heel erg uit gaat van oude
denken alsof er geen crisis was in 2008. Het gaat een beetje voort op het idee dat Europa nog
steeds een kenniseconomie is die koploper wordt in innovatie in de wereld, een oude Lissabon
agenda die al lang achterhaald is. Zelfs het IMF heeft al een streep getrokken door dat
wensdenken. En de VVD hoor ik er net nog een schepje boven op doen: laten we gewoon de hele
wereld open gooien, laten we alles en iedereen maar de ruimte geven. Ik vind het allemaal niet
verstandig. Met alle projectontwikkelaars die ik spreek..., Ik heb vanmiddag nog gesproken met
iemand over de retail sector. Iedereen zegt: jongens het is klaar. We hebben genoeg vierkante
meters leeg staan nu. Als we nog meer gaan bouwen, nog meer er bij zetten, dan ontploft de
markt helemaal. Dat is gewoon. Iedereen zegt: geef als gemeente nou duidelijke kaders watje wil.
Dan weten wij wat we kunnen en dan kunnen we ons daar in voegen. En dat mis in compleet in dit
stuk. Het gaat alleen maar door op het oude denken. De winkel vierkante meters vliegen je om de
oren. Achter de Lange Stallen, Bavelse Berg is net al genoemd, het is gewoon allemaal niet
verstandig. Ik zou zeggen: weg met die strategische voorraad. Dat zou ik tegen de wethouder
willen zeggen. Waarom komt de Frankenthalerstraat er ineens in. Het Hout is net genoemd,
Waterakkers, waarom staat het er allemaal nog in. Geef nou duidelijk aan: dit is onze compacte
stad, zo willen we het, geen vierkante meters er meer bij, meters voor meters, als je dan al retail
nieuw bouwt, sloop dan ergens anders retail, vierkante meters weg. En dan kom je vanzelf in de
discussie van wat je wel wil en wat je niet wil. Er zijn tal van andere opties die niet genoemd
worden in dit stuk.
Ook de prominente plek van de auto is ons nog steeds een doorn in het oog. De wethouder heeft al
heel veel woorden gebruikt om te zeggen dat het niet allemaal de auto is maar zolang de VVD het
hier voor het zeggen heeft, zal het zo wel blijven.
Het stuk praat ook over gastvrijheid in Breda. Daar kunnen we iets voor voelen. De eindgebruiker
komt centraal te staan. Dat klinkt zowaar een beetje des SP's, had ik al gezegd. Eerst de mensen.
Heel goed. Als je dan al gaat luisteren naar de mensen, dan valt daar vast een wereld te winnen.
Dan begint het bij mij toch een beetje te jeuken als het college dat dan hospitality noemt. Als je
dan al gastvrij wil zijn, praat dan gewoon Nederlands. We zijn in Nederland. Gastvrij Breda.
Waarom niet. Waarom al die managementtaak Waarom al die citymarketing of citymaking werd
het laatst weer genoemd. Ik heb nog nooit iemand in Tuinzigt of Haagse Beemden of Boeimeer
horen zeggen: goh, wat is Breda toch hospitality. Praat dan ook als de eindgebruiker. Ga de taal
van de mensen praten en dan kom je misschien wat dichterbij. Dat dicht misschien ook de kloof
tussen het stadsbestuur en de mensen.
En als we dan die echte eindgebruiker centraal gaan stellen en we gaan echt naar de vraag voor
woningen, bouwen, zoals net gezegd wordt, dan zou dat ook in dat stuk terug moeten komen in die
ontwerpvisie, van daar gaan we nou sociale woningen bouwen, daar gaan we voor ouderen
bouwen, daar gaan we voor mensen met een beperking bouwen. Dat zou dan nu al veel meer in
